Naar aanleiding van een verkeersongeval op de Bornholmstraat te Groningen hebben wij op 9 september 2018, omstreeks 01:00 uur, een nader onderzoek ingesteld. Bij dit ongeval waren betrokken een personenauto, merk Volvo, type V70, kleur beige, kenteken [kenteken] (hierna: de Volvo) en een fiets, merk Union (hierna: de fiets).
Wegsituatie: Het verkeersongeval had plaatsgevonden op de Bornholmstraat, gelegen binnen de bebouwde kom van Groningen. Het ongeval vond plaats ter hoogte van de kruising met de Antwerpenweg. Op de Bornholmstraat gold een toegestane maximumsnelheid van 50 kilometer per uur. Gezien vanuit de richting van de Winschoterweg was er voor de plaats van het ongeval een aanliggend fietspad dat door middel van een trottoirband was gescheiden van de rijbaan. Ter hoogte van de kruising met de Antwerpenweg eindigde dit fietspad en was er een fietsoversteek en een voetgangersoversteekplaats. Gezien vanuit de richting van de Winschoterweg was er op de doorgaande rijbaan van de Bornholmstraat kort voor de oversteek het bord L02 (voetgangersoversteekplaats) geplaatst en was op de rijbaan een zebrapad zichtbaar.
Sporen op het wegdek: Op de plaats van het ongeval werden geen sporen op het wegdek aangetroffen. Op twee plaatsen werd een hoeveelheid bloed aangetroffen. De eerste plaats was op het trottoir in de nabijheid van de fietsoversteek en de voetgangersoversteekplaats. Na onderzoek bleek dit de eindpositie van slachtoffer 2. Gemeten vanuit het midden van de rijstrook, tussen de fietsoversteek en de voetgangersoversteekplaats, lag slachtoffer op ongeveer 5,5 meter in haar eindpositie. De tweede plaats waar bloed werd aangetroffen was op enige afstand van de fietsoversteek en de voetgangersoversteekplaats. Het bloed lag aan de rechterzijde van de rijstrook voor verkeer in de richting van de Beneluxweg. Na onderzoek bleek de tweede plaats de eindpositie van slachtoffer 1. Gemeten vanuit het midden van de rijstrook, tussen de fietsoversteek en de voetgangersoversteekplaats, lag slachtoffer op ongeveer 41,5 meter in zijn eindpositie. Op het wegdek werden enkele losse onderdelen aangetroffen. Deze onderdelen lagen verspreid over de rijstrook voor verkeer in de richting van de Beneluxweg, tussen de fietsoversteek en de eindpositie van slachtoffer 1.
Voertuigonderzoek voertuig 1, merk Volvo: Het voertuig verkeerde voor zover door ons kon worden nagegaan in een voldoende rijtechnische staat van onderhoud en vertoonde geen gebreken die eventueel de oorzaak of van invloed zouden kunnen zijn geweest op het ontstaan dan wel het verloop van het ongeval. De Volvo had schade aan de voor-, rechter- en bovenzijde. Aan de voorzijde van de Volvo zat schade aan de voorbumper en de motorkap. De voorruit was zodanig beschadigd dat er geen normaal zicht meer mogelijk was. Aan de rechterzijde zagen wij meerdere krassen en veegsporen. Wij zagen dat de rechter buitenspiegel beschadigd was en deels niet meer aanwezig was aan de Volvo. Tevens was aan de rechterzijde het achterste ruit beschadigd en niet meer in zijn geheel aanwezig. In de rand van dit ruit werden in de resterende glasscherven haren aangetroffen en weefsel gelijkend op menselijk weefsel. Aan de bovenzijde van de Volvo waren twee indeukingen zichtbaar. De eerste indeuking was aansluitend aan de bovenzijde van het voorruit. De tweede indeuking zagen wij aan de achterzijde van de Volvo. Alle aangetroffen schade aan de Volvo was recent. Na onderzoek bleek zeer waarschijnlijk de meeste schade aan de voor- en bovenzijde te zijn veroorzaakt door de botsing met slachtoffer 1. De schade aan de rechterzijde van de Volvo bleek zeer waarschijnlijk te zijn veroorzaakt door de botsing met slachtoffer 2. Na onderzoek bleken alle aangetroffen onderdelen afkomstig te zijn van deze Volvo. Na het technische onderzoek werd door ons een korte rijproef gehouden op het terrein van het bergingsbedrijf. Er kon geen lange rijproef gehouden worden, omdat het zicht door het voorruit ten gevolge van de schade, ernstig belemmerd werd en zodoende niet veilig was. Tijdens de rijproef werden geen bijzonderheden aangetroffen, welke van invloed konden zijn geweest op het ontstaan van het ongeval.
Voertuigonderzoek voertuig 2, merk Union: De fiets was rondom beschadigd. De meeste schade zat aan de voorzijde. De voorzijde van de fiets was geheel ontzet. Gezien vanuit de bestuurders positie was de schade naar rechts gericht. Wij zagen dat er een slag in het voorwiel zat, de voorvork was ontzet en er de pakjesdrager aan de voorzijde was verbogen. Tevens zagen wij dat het zadel verdraaid was, gezien vanuit de bestuurders positie, naar links. Gelet op de aangetroffen schade aan de fiets zal de schade zijn ontstaan door een kracht, gezien vanuit de bestuurderspositie, van links naar rechts.
Bepaling botsposities: Aan de hand van de schade aan de betrokken voertuigen, werden de voertuigen tegen elkaar geplaatst. Tijdens het onderzoek naar de botsposities bleek dat de schade aan de voorzijde van de Volvo en de linkerzijde van de fiets op minimaal drie plaatsen met elkaar overeen kwamen. Ter hoogte van de kentekenplaat aan de voorzijde was een deuk zichtbaar, welke na onderzoek afkomstig bleek te zijn van de linker moer van de vooras van de fiets. Aan de rechterzijde van de voorbumper, nabij de kentekenplaat, was een beschadiging zichtbaar, welke na onderzoek afkomstig bleek te zijn van de linker poot van de voorvork van de fiets. Op de rechter koplamp unit waren een aantal veeg-/krassporen zichtbaar. Deze veeg-/krassporen bleken te zijn afgetekend door de linkerzijde van de diagonale framebuis. De veeg-/krassporen waren grijs van kleur en kwamen wat kleur betreft overeen met de kleur van het frame van de fiets. Uit de schadepassing bleek dat er een gering hoogte verschil was tussen de schade aan de Volvo en de fiets. Hierbij zat de schade aan de Volvo een klein beetje hoger ten opzichte van de schade aan de fiets. Dit duidt erop dat de bestuurder van de Volvo het gas losliet of gering de reminrichting activeerde, waarbij de Volvo gering dompte (kantelde). Indien sprake zou zijn geweest van een noodremming door de bestuurder van de Volvo, was er door het dompen van de Volvo een groter hoogteverschil ontstaan tussen de schade aan de Volvo en de fiets. Indien sprake was van acceleratie, had de schade aan de Volvo hoger gezeten, ten opzichte van de schade aan de fiets.
Camerabeelden: Ik, verbalisant [verbalisant 2] , zag dat er camerabeelden waren veiliggesteld onder de naam " [bestandsnaam] ". Ik zag dat op de beelden een deel van de Bornholmstraat zichtbaar was. In het camerabeeld zag ik de datum 09-09-2018 staan met daarbij de dag-aanduiding “Zo”, de tijd opgebouwd in uren, minuten en seconden. In de eigenschappen van het bestand van de camera beelden zag ik dat het een framerate betrof van 25,000 fps. Dit hield in dat er elke seconden 25 beeldjes werden vastgelegd. Uit de NFI player bleek eveneens dat elke seconden bestond uit 25 frames. Derhalve stond 1 frame gelijk aan 0,04 seconden. Ik zag dat er vanaf 00:20:00 uur steeds meer en grotere groepen fietsers zichtbaar waren. Deze fietsers waren zichtbaar op het parallel aan de Bornholmstraat lopende fietspad en de fietsers waren rijdende in de richting van de Beneluxweg. Naarmate de tijd vorderde was zichtbaar dat de hoeveelheid fietsers toenam en de groepen groter werden. Daarbij was er een normaal verkeersbeeld zichtbaar van de voertuigen, rijdende op de doorgaande rijbaan van de Bornholmstraat. Ik zag op 09-09-2018 Zo 00:35:20 dat er een groep in beeld verscheen, welke de Bornholmstraat overstak. Gezien de rijrichting van de eerste fietser kwam deze groep uit de richting van de Winschoterweg. Op beeld was niet duidelijk zichtbaar of deze groep de Bornholmstraat overstak via de fietsoversteek of de voetgangersoversteekplaats. Ik zag daarbij dat er meerdere personen fietsen met verlichting ingeschakeld aan de achterzijde. Ik zag op 09-09-2018 Zo 00:35:29, frame 23676, dat er een voertuig in het beeld verscheen rijdende op de Bornholmstraat, komende uit de richting van de Winschoterweg en gaande in de richting van de Beneluxweg. Om 00:35:29, frame 23681, zag ik een voorwerp boven de auto wat een persoon bleek te zijn. Deze persoon betrof slachtoffer 1. Ik zag op 09-09-2018 Zo 00:35:31 dat het voertuig uit het beeld verdween. Gedurende de tijd dat het voertuig zichtbaar was op het beeld, was tevens zichtbaar dat slachtoffer 1 ongeveer dezelfde tijd op het voertuig lag. Ik zag dat het voertuig een station betrof, licht van kleur. Ik zag tijdens en direct na het ongeval veel fietsers.
Onderzoek gereden snelheid met camerabeelden: De uitkomst van dit onderzoek moet worden geïnterpreteerd als een indicatieve gemiddelde snelheid. Het onderzoek naar de gereden snelheid direct na het ongeval werd uitgevoerd met de verkregen beelden, veiliggesteld onder de naam: " [bestandsnaam] ". Gelet de snelheid werd berekend direct na de botsing, kan worden gesteld dat de snelheid op basis van de camerabeelden geïnterpreteerd moet worden als de minimaal gereden snelheid door de bestuurder van de Volvo ten tijde van het ongeval. De snelheid kort voor het moment van de botsing zal zeer waarschijnlijk gelijk of hoger hebben gelegen. Op basis van de camerabeelden werden er twee punten gekozen om van daaruit een snelheidsberekening te maken, nader te noemen als punt A en punt B. Deze punten werden gekozen, omdat hier het beste de positie kon worden bepaald van de Volvo ten opzichte van een vast punt. Tevens was dit het langste traject, waardoor de gemiddeld gereden snelheid over dit traject als meest betrouwbaar kan worden beschouwd. Tussen punt A en punt B zaten (23714 - 23678) 36 frames. Dit is gelijk aan (36 x 0,04) 1,44 seconden. Uit de ingemeten data bleek dat de afstand tussen punt A en punt B 22,3 meter was. De bestuurder van de Volvo deed over de afstand van 22,3 meter 1,44 seconden. De bestuurder van de Volvo reed daarbij met een snelheid van (22,3 /1,44) 15,4 meter per seconden, zijnde (15,4 x 3,6) 55,7 km/u.
Uitzichtbepalingen: Het uitzicht van de voertuigen en slachtoffers werd op generlei wijze belemmerd. Ter hoogte van de plaats van het ongeval was het zicht vrij en konden de betrokkenen voldoende zicht op elkaar hebben.