Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
Vonnis van de kantonrechter van 26 november 2019
[eiser]
PROCESGANG
OVERWEGINGEN
Despacito niet geschikt is om bereden te worden.
-het volgende:
“(...) Tijdens het bezoek van mevrouw [eiser] aan ons was ik aanwezig. Ik heb mij niet met de onderhandelingen bemoeid maar tijdens de koffie die we gezamenlijk dronken heb ik wel iets gezegd. (...) Er is vervolgens afgesproken dat het paard klinisch en röntgenologisch gekeurd zou worden en dat wij de rapporten zouden doorsturen naar haar dierenarts. Volgens mij was er op dat moment al een prijs afgesproken en als haar dierenarts akkoord zou zijn, dan was het paard verkocht. De keuringen die zijn op verzoek van mevrouw [eiser] gedaan. Dit is ook wel gebruikelijk als je in het dure segment een paard koopt. Ik heb zelf nooit op het paard gereden, maar het was een goed paard. (…) Het paard heeft bij ons nimmer gebreken vertoond en is geen dag ziek geweest. (…) Het was een goed paard en je kon het paard berijden. (…) Bij het afleveren was ook de eigenaresse van de manege aanwezig. Mevrouw [eiser] begon meteen over het feit dat ze een nieuw zadel wilde laten maken voor het paard. De eigenaresse gaf toen aan dat ze daarmee zou moeten wachten omdat het om een jong paard ging. Dat ze er mee zou gaan trainen dat het paard nog zou gaan veranderen, ik heb dat zelf ook meerdere malen aangegeven, dat het om een jong paard ging en dat je de training langzaam moet opbouwen.(…)Er zijn twee onderzoeken uitgevoerd. Een klinische keuring en er is röntgenologisch onderzoek gedaan. Het gaat daarbij om een compleet onderzoek waarbij het hele skelet is onderzocht. Dat is ook normaal. Standaard worden er zo’n 18 foto’s gemaakt waarbij ieder onderdeel van het paard wordt bekeken.”
(....) Ik blijf bij de schriftelijke verklaring die ik heb opgesteld. Die verklaring heb ik op verzoek van de familie [gedaagde sub 2] opgesteld. Ik weet niet helemaal precies meer wat er in staat, maar ik heb wel naar waarheid verklaard. Ik ken mevrouw [eiser] . Ik heb het paard op verzoek van familie [gedaagde sub 2] voorgereden toen zij het kwamen bekijken. Dat doe ik wel vaker. Het is een Spaans paard en ik vond het meteen een fijn paard. Hij was op zich nog te jong voor wedstrijden, maar was daar wel geschikt voor. Voor de verkoop heb ik ongeveer twee maanden op het paard gereden, dat was ongeveer om de dag. Zo’n jong paard moet je niet iedere dag trainen. Er is me aan het paard nooit iets afwijkends opgevallen. Het klopt dat mevrouw [eiser] het paard heeft nagereden, zij was tevreden. Aan haar rijgedrag viel mij op dat ze na de derde gang onrustig op het paard zat en dat het paard rustig bleef. Aan het einde van de rit stapten zij anders dan gebruikelijk van het paard af. (…) Het paard is na die dag nog bij de familie [gedaagde sub 2] in training gebleven omdat mevrouw [eiser] op vakantie ging. Ik heb het paard toen ook nog bereden en er is mij niets opgevallen.