11.1.Naar het oordeel van de rechtbank is niet gebleken van zodanig waardevolle en beschermde houtwallen dat het op enkele plaatsen doorkruizen daarvan door een mountainbike pad van maximaal 1 meter breed het bestreden besluit onrechtmatig maakt.
12. Door Fopma Natuur Advies is een natuurtoets verricht. Hiervan is op 23 september 2017 een rapportage gemaakt. Hierin is onderzocht of voor de realisering van de plannen een ontheffing op grond van de Wet natuurbescherming aangewezen is. Fopma komt tot de conclusie dat daarvan geen sprake is.
13. Per 1 januari 2017 is de Wet natuurbescherming (Wnb) in werking getreden.
Artikel 3.1 van de Wnb luidt:
1. Het is verboden opzettelijk van nature in Nederland in het wild levende vogels van soorten als bedoeld in artikel 1 van de Vogelrichtlijn te doden of te vangen.
2 Het is verboden opzettelijk nesten, rustplaatsen en eieren van vogels als bedoeld in het eerste lid te vernielen of te beschadigen, of nesten van vogels weg te nemen.
3 Het is verboden eieren van vogels als bedoeld in het eerste lid te rapen en deze onder zich te hebben.
4 Het is verboden vogels als bedoeld in het eerste lid opzettelijk te storen.
5 Het verbod, bedoeld in het vierde lid, is niet van toepassing indien de storing niet van wezenlijke invloed is op de staat van instandhouding van de desbetreffende vogelsoort.
Ingevolge artikel 3.5, eerste lid, Wnb is het verboden in het wild levende dieren van soorten, genoemd in bijlage IV, onderdeel a, bij de Habitatrichtlijn, bijlage II bij het Verdrag van Bern of bijlage I bij het Verdrag van Bonn, in hun natuurlijk verspreidingsgebied opzettelijk te doden of te vangen.
Artikel 3.5, eerste lid van de Wnb luidt: “1 Het is verboden in het wild levende dieren van soorten, genoemd in bijlage IV, onderdeel a, bij de Habitatrichtlijn, bijlage II bij het Verdrag van Bern of bijlage I bij het Verdrag van Bonn, met uitzondering van de soorten, bedoeld in artikel 1 van de Vogelrichtlijn, in hun natuurlijk verspreidingsgebied opzettelijk te doden of te vangen.”
Ingevolge artikel 3.5, tweede lid, Wnb is het verboden dieren als bedoeld in het eerste lid opzettelijk te verstoren.
Ingevolge artikel 3.5, vierde lid, Wnb is het verboden de voortplantingsplaatsen of rustplaatsen van dieren als bedoeld in het eerste lid te beschadigen of te vernielen.
Ingevolge artikel 3.10, eerste lid, voor zover van belang, is het onverminderd artikel 3.5, eerste, vierde en vijfde lid, verboden:
a. in het wild levende zoogdieren, amfibieën, reptielen, vissen, dagvlinders, libellen en kevers van de soorten, genoemd in de bijlage, onderdeel A, bij deze wet, opzettelijk te doden of te vangen;
b. de vaste voortplantingsplaatsen of rustplaatsen van dieren als bedoeld in onderdeel a opzettelijk te beschadigen of te vernielen.
Ingevolge artikel 1.11, eerste lid, Wnb, neemt een ieder voldoende zorg in acht voor Natura 2000-gebieden, bijzondere nationale natuurgebieden en voor in het wild levende dieren en planten en hun directe leefomgeving.
Ingevolge artikel 1.11, tweede lid, Wnb, houdt de zorg, bedoeld in het eerste lid, in elk geval in dat een ieder die weet of redelijkerwijs kan vermoeden dat door zijn handelen of nalaten nadelige gevolgen kunnen worden veroorzaakt voor een Natura 2000-gebied, een bijzonder nationaal natuurgebied of voor in het wild levende dieren en planten:
a. dergelijke handelingen achterwege laat, dan wel,
b. indien dat achterwege laten redelijkerwijs niet kan worden gevergd, de noodzakelijke maatregelen treft om die gevolgen te voorkomen, of
c. voor zover die gevolgen niet kunnen worden voorkomen, deze zoveel mogelijk beperkt of ongedaan maakt.
14. Door eisers zijn inhoudelijke argumenten aangevoerd tegen het rapport van Fopma Natuur Advies. Eisers wijzen er op dat er slechts eenmalig een veldonderzoek heeft plaatsgevonden en dat het veldonderzoek, dat heeft plaatsgevonden op 20 september 2017 tussen 15.30 en 17.30 uur slechts twee uren in beslag heeft genomen. Dat is niet voldoende voor een deugdelijk onderzoek.