Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
1.Het procesverloop
2.De feiten
Toekomstige organisatie/huidige situatie en Nieuwbouw;
Plan van aanpak voor technische klussen:
Mediation:
Twee kampen binnen het 'MT': 1. [E] , [A] en [Q] en 2. [J] , [I] en [D] . Voor alle partijen geeft dit veel negatieve energie en belemmert gezamenlijke groei. Wel nog respect en loyaliteit. Personeel voelt dit ook. Er zijn mensen die hierom niet naar personeelsfeestjes gaan. (" [I] praat mee, terwijl hij nooit in de fabriek te vinden is").
- Door inzet van [G] is [A] enorm geschoffeerd. (…)
- Medewerkers hebben last van onduidelijkheid, zijn enorm loyaal, harde werkers, maar sommigen zijn murf van door de situatie (…)
- Afspraken worden niet nagekomen: worden niet door gediscussieerd, snel geaccepteerd en vervolgens niet uitgevoerd (er zit geen 'lijm' tussen twee mensen m.b.t. afspraak). (…)
- [A] en [D]: zitten duidelijk in elkaars allergie. [P] en [E] plooien nog wel mee met [D] : [A] niet.
- 'heidag(en)' m.b.t. koers van de organisatie (strategie) (…)
- vanuit een gezamenlijk traject volgen daar waar nodig individuele coaching gesprekken of training-on-the-job situaties (…)".
- Werknemer is deels geschikt te achten voor het eigen werk.
- Werknemer is, afgaande op de aangegeven belastbaarheid, geschikt te achten om een opbouw in het eigen werk te maken, tot thans 4 uren per werkdag.
- Er is sprake van een arbeidsconflict waarbij een juridische procedure loopt. Hierdoor zijn er thans geen realistische mogelijkheden om aan te vangen met een opbouw in eigen werkzaamheden/spoor 1.
- Geadviseerd wordt om z.s.m. een bemiddelingstraject in spoor 2 in te zetten.
- Belastbaarheid volgen via de bedrijfsarts.".