20.52uur: [medeverdachte 3] doet de deur open met een sleutel en gaat naar binnen.
4. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen van 25 april 2016 (AH-049-01), opgenomen op pagina 1379 e.v. van map 4 van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van verbalisant:
Op 22 april 2016 omstreeks 18.30 uur zag ik dat [medeverdachte 3] richting de portiek van [straatnaam] te Groningen liep. Ik zag dat [medeverdachte 3] aanbelde, vervolgens de toegangsdeur tot het portiek opengedaan werd en dat [medeverdachte 3] de plastic zak overhandigde aan iemand. Ik zag dat [medeverdachte 3] daarna wenkte en dat er twee vrouwen en een man uit de portiek kwamen lopen. Ik zag dat deze personen rechtstreeks naar zijn auto liepen met alle drie een grote zwarte tas in de hand. Een persoon die voorop liep had zelfs twee tassen vast. [medeverdachte 3] is na de overdracht van de tassen direct weggereden. Van de drie personen die uit de portiek kwamen lopen herkende ik een man onmiskenbaar als [medeverdachte 1] . De andere twee personen betroffen dames, een van middelbare leeftijd en een jongere dame. Het onderzoeksteam heeft de pasfoto van [verdachte] opgevraagd bij de Gemeente Appingedam en deze vergeleken met de filmopname van de onbekende jonge vrouw die met de zwarte tassen uit de portiek kwam lopen in de [straatnaam]. Gezien het uiterlijk, postuur en vorm van het gezicht komt het onderzoeksteam tot de conclusie dat de onbekende jonge vrouw [verdachte] betreft.
5. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen van 22 juli 2016 (AH-108-01), opgenomen op pagina 1374 e.v. van map 4 van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van verbalisant:
Op 22 juli 2016 keek ik camerabeelden uit die heimelijk opgenomen waren van de portiek die toegang geeft tot het adres [straatnaam] te Groningen. Hieronder ziet u een overzicht van de bijzonderheden die ik gezien heb.
24 april 2016
12:40 uur de observatiecamera neemt waar dat verdachte [verdachte] voor de portiek loopt.
13:14 uur verdachte mevrouw [verdachte] verlaat de portiek.
26 april 2016
14:19 uur verdachte mevrouw [verdachte] loopt met een plastic tas, die gezien de vorm ergens mee gevuld moet zijn de portiek binnen. Te zien is dat ze met een sleutel de portiekdeur openmaakt.
15:04 uur verdachte mevrouw [verdachte] verlaat de portiek zonder plastic tas.
6. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor verdachte van 31 mei 2016 (V-007-10), opgenomen op pagina 305 e.v. van map 11 van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van medeverdachte [medeverdachte 1] :
V: Collega's van ons zijn vandaag in jouw woning geweest aan de [straatnaam] om daar onderzoek te doen. Wat hebben zij daar volgens jou aangetroffen?
A: Het stond vol met hennep. Die [verdachte] . Zij regelt dat allemaal voor die mensen.
V: Wie heeft de kwekerij onderhouden?
A: Ik denk dat meisje.
V: Waarom denk je dat?
A: Omdat dat de enige was die daar kwam.
7. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor verdachte van 2 juni 2016 (V-007-12), opgenomen op pagina 334 e.v. van map 11 van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van medeverdachte [medeverdachte 1] :
V: Je bent op 22 april 2016 gezien met tassen. Op de foto’s is te zien dat je 's ochtends al binnen kwam. Hoe verklaar je dat?
A: Ja, we waren aan het knippen geweest, dat moest. We moesten meehelpen van [medeverdachte 3] , van [verdachte] , van die jongens die er achter zitten.
8. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen van 19 augustus 2016 (AH-122-01), opgenomen op pagina 1238 e.v. van map 4 van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van verbalisant:
Door het onderzoeksteam zijn de track en trace gegevens opgevraagd van een aantal auto's die verdachte [medeverdachte 3] gehuurd heeft. De track en trace gegevens van de volgende auto's en huurperioden kwamen ons ter beschikking:
Huurperiode 04-01-2016 t/m 02-02-2016, auto met kenteken [kenteken] .
Huurperiode 02-02-2016 t/m 11-04-2016, auto met kenteken [kenteken] .
Huurperiode 22-04-2016 t/m 29-04-2016, auto met kenteken [kenteken] .
Uit de gegevens blijkt dat de volgende locatie meerdere malen wordt aangedaan:
[straatnaam] nabij [nummer] te Groningen. Wordt in januari vrijwel iedere dag bezocht, in totaal 31 maal en soms meerdere malen per dag. Wordt in de periode van 3 februari tot 11 april 15 maal bezocht waarvan op sommige dagen ook weer meerdere malen per dag.
9. Een niet ondertekend proces-verbaal van bevindingen van 1 juni 2016 (FTO-002-01), opgenomen op pagina 1469 e.v. van map 4 van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van verbalisant:
Tijdens de zoeking aan de [straatnaam] te Groningen heb ik de hennepkwekerij op biologische sporen(dragers) onderzocht.
Op de zolderverdieping waren twee ruimtes gebouwd waarin zich de kweekruimtes bevonden. Op de overloop tussen deze twee ruimtes heb ik peuken aangetroffen en veiliggesteld (SIN AAET1112NL, SIN AAET1113NL en SIN AAET1114NL).
Op een slaapkamer werden diverse vuilniszakken met daarin kleding en hennepresten aangetroffen. Op twee broeken die in één van deze vuilniszakken zaten heb ik bloed aangetroffen en veiliggesteld (SIN AAET1115NL).
10. Een deskundigenrapport afkomstig van het Nederlands Forensisch Instituut van het Ministerie van Veiligheid en Justitie, zaaknummer 2016.06.13.104, van 9 juli 2016 opgemaakt door A.I. Berghout, op de door hem/haar afgelegde algemene belofte als vast gerechtelijk deskundige (FTO-002-02), opgenomen op pagina 1473 e.v. van map 4 van voornoemd dossier, voor zover inhoudend:
Tabel 1: Resultaten, interpretatie en conclusie van het vergelijkend DNA-onderzoek
SIN
Celmateriaal kan afkomstig zijn van
Matchkans
AAET1112NL#01
[medeverdachte 3]
kleiner dan één op één miljard
AAET1113NL#01
[medeverdachte 3]
kleiner dan één op één miljard
AAET1114NL#01
[medeverdachte 3]
kleiner dan één op één miljard
AAET1115NL#01
[medeverdachte 1]
kleiner dan één op één miljard
11. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen camerabeelden van 6 december 2016 (AH-127-01), opgenomen op pagina 411 e.v. van map 10 van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van verbalisanten:
Wij hebben de camerabeelden van de panden aan de [straatnaam] te Groningen van de periode van 1 maart 2016 tot en met 28 mei 2016 bekeken en geanalyseerd. Hieronder geven wij een overzicht van de data van aanwezigheid en de door ons waargenomen bijzonderheden.
[medeverdachte 1] komt meerdere malen per week aan de [straatnaam].
Aanwezigheid maart 2016 op de beelden vastgesteld op: 1, 5, 9, 11, 12, 14, 15, 17, 19, 29.
Aanwezigheid april 2016 op de beelden vastgesteld op: 6, 8.
Met betrekking tot de hiervoor weergegeven standpunten overweegt de rechtbank het volgende.
De rechtbank stelt voorop dat de betrokkenheid aan een strafbaar feit als medeplegen kan worden bewezenverklaard indien is komen vast te staan dat bij het begaan daarvan sprake is geweest van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking.
Uit de bewijsmiddelen leidt de rechtbank met betrekking tot de betrokkenheid van verdachte bij het ten laste gelegde het volgende af. Verdachte heeft op 22 april 2016 hennep geknipt in de woning van medeverdachte [medeverdachte 1] samen met medeverdachten [medeverdachte 1] en [medeverdachte 3] . Vervolgens heeft zij met medeverdachten [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] in totaal vier tassen met hennep in de auto van medeverdachte [medeverdachte 3] gelegd. Uit de camerabeelden volgt dat verdachte ook op 24 en 26 april 2016 in de woning is geweest, waarbij zij kennelijk over een sleutel van de woning beschikte. Verdachte heeft voor de bezoeken op 24 en 26 april 2016 ter terechtzitting geen verklaring gegeven, en evenmin voor het feit dat zij over een sleutel van deze woning kon beschikken. Medeverdachte [medeverdachte 1] heeft verklaard dat verdachte regelmatig in de woning kwam om de hennepkwekerij te onderhouden. De rechtbank acht deze verklaring geloofwaardig, mede gelet op het feit dat verdachte vaker bij de woning is gezien dan alleen op de knipdag, daar kennelijk zelfstandig naar binnen kon en er in haar eigen woning twee dozen met assimilatielampen en sealbags zijn aangetroffen. Deze goederen worden veelal gebruikt in de hennepteelt. Voorgaande omstandigheden duiden naar het oordeel van de rechtbank op een grotere rol van verdachte bij de exploitatie van de hennepkwekerij dan enkel het knippen van hennep en vervoeren van tassen met hennep.
Uit de bewijsmiddelen volgt naar het oordeel van de rechtbank ook betrokkenheid van medeverdachten [medeverdachte 1] en [medeverdachte 3] . Ten aanzien van medeverdachte [medeverdachte 1] volgt dit uit het feit dat hij zeer regelmatig goederen ten behoeve van de hennepkwekerij in zijn woning bij [bedrijf] aan de [straatnaam] heeft opgehaald. Daarnaast is zijn DNA aangetroffen op een broek, die in een vuilniszak met daarin ook hennepresten is aangetroffen. Uit de track & trace-gegevens van de huurauto’s van medeverdachte [medeverdachte 3] volgt dat hij in de maanden januari tot en met april 2016 zeer regelmatig heeft stilgestaan in de buurt van de woning aan de [straatnaam] . Uit de camerabeelden van 22 april 2016 volgt dat medeverdachte [medeverdachte 3] na het knippen de tassen met hennep heeft weggebracht en dat hij kennelijk over een sleutel van de woning beschikte. Daarnaast is zijn DNA aangetroffen in de hennepkwekerij op een drietal sigarettenpeuken.
Hoewel het voor de rechtbank niet duidelijk is geworden wat de exacte rolverdeling was tussen verdachte en haar medeverdachten, oordeelt de rechtbank op grond van het voorgaande dat sprake is geweest van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking tussen verdachte en haar medeverdachten die in de kern bestaat uit een gezamenlijke uitvoering. Daarmee acht de rechtbank het ten laste gelegde medeplegen van het telen en verwerken van hennep bewezen.