Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
[verdachte] ,
Tenlastelegging
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij op of omstreeks 3 september 2020 / in of omstreeks de periode van 3 tot en met 4 september 2020 te Groningen tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, [slachtoffer] opzettelijk van het leven heeft beroofd, door samen met zijn, verdachtes, medeverdachte(n), althans alleen, die [slachtoffer] met een mes, althans een scherp(randig) en/of puntig voorwerp, in de buik(streek) en/of in/onder de/het borst(been) en/of in de hals, althans in het lichaam, te steken,
hij op of omstreeks 3 september 2020/ in of omstreeks de periode van 3 tot en met 4 september 2020 te Groningen, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om een jas, in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander toebehoorde, te weten aan [slachtoffer] , weg te nemen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen en deze voorgenomen diefstal te doen voorafgaan, te doen vergezellen en/of te doen volgen van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer] , te plegen met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden of gemakkelijk te maken, of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
- zakelijk weergegeven - met dit(/het) plan (te weten: een jas na bedreiging van en/of geweld tegen die [slachtoffer] af te nemen) (samen) met een of meer ander(en) ( [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] ) (op de scooter) naar de plaats van het delict / de vooraf afgesproken plaats is gegaan (in het bezit van een of meer mes(sen) (al dan niet in de buddyseat van zijn, verdachtes, scooter)) en/of die [slachtoffer] aldaar heeft opgewacht en/of (vervolgens) heeft benaderd en/of waarna (vervolgens) die [slachtoffer] door een of meer van die anderen ( [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] ) met een mes is gestoken, althans er geweld op die [slachtoffer] is toegepast, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
hij op of omstreeks 3 en/of 4 september 2020 te Groningen, als getuige van het ogenblikkelijk levensgevaar waarin een ander (te weten [slachtoffer] ) verkeert, heeft nagelaten om deze ( [slachtoffer] ) die hulp te verlenen of te verschaffen die hij, verdachte, hem zonder gevaar voor zichzelf of anderen redelijkerwijs te kunnen duchten, had kunnen verlenen of verschaffen, terwijl de dood van de hulpbehoevende ( [slachtoffer] ) is gevolgd.
Beoordeling van het bewijs
1. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 5 september 2020, opgenomen op pagina 1045 e.v., van onderzoek BOOT/NNRAB20005, inhoudende als verklaring van verdachte:
V: Ja
V: Wat doen jullie dan?
A: Op internet kijken wat er met die man of die nog leefde of dat hij dood is.
V: Hoe deed je dat?
A: Gewoon de site van 112 gewoon
V: Wie deed dat?
A: [medeverdachte 2] . En toen gingen we de hele tijd kijken en toen zagen we dat die man overleden was.
2. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 10 september 2020, opgenomen op pagina 636 e.v., van voornoemd dossier, inhoudende als verklaring van [medeverdachte 1] :
3. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 15 september 2020, opgenomen op pagina 912 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende als verklaring van [medeverdachte 2] :
4. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 4 september 2020, opgenomen op p. 57 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van [getuige] :
5. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 4 september 2020, opgenomen op p. 1 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als relatering van verbalisant:
6. Een deskundigenrapport afkomstig van het Nederlands Forensisch Instituut van het Ministerie van Veiligheid en Justitie, zaaknummer 2020.09.04.055, d.d. 7 september 2020, opgenomen op p. 1255 e.v. van voornoemd dossier, opgemaakt door H.H. de Boer (forensisch patholoog), op de door hem/haar afgelegde algemene belofte als vast gerechtelijk deskundige, voor zover inhoudende als zijn/haar verklaring:
i. Links laag in de hals, op ca. 156 cm van de voetzoolrand en ca. 7 cm van het midden, was een steekletsel van ca. 2,3 cm (C), met één scherp en één stomp uiteinde. Hierbij was er een rugwaarts, voetwaarts en naar rechts gericht wondkanaal van tenminste ca. 5 cm, met o.a. perforatie van enkele kleine onderhuidse bloedvaten en de linkerborstholte. De linkerlong was niet geraakt.
ii. Hoog op de buik, op ca. 130 cm van de voetzoolrand en iets rechts van het midden, was een steekletsel van ca. 5,6 cm (D), met één scherp en één stomp uiteinde. Hierbij was er een rugwaarts, hoofdwaarts en minimaal naar links gericht wondkanaal van ca. 18,5 cm, met o.a. perforatie van de lever, de aorta, de poortader (v. porta), de linkernierader (v. renalis sinistra) en de bovenste buikslagader (a. mesenterica sup.). Ook was er beschadiging van de 1e lendenwervel en de linkerlendenspier.
Bij het steekletsel sub 3-ii was er o.a. perforatie van de lever en meerdere zeer grote bloedvaten. Perforatie hiervan heeft -gezien de bevindingen sub 4- geleid tot zeer ernstig bloedverlies, hetgeen middels weefselschade door zuurstoftekort het overlijden volledig verklaart. Bij het steekletsel sub 3-i waren er geen belangrijke structuren, zoals grote bloedvaten of essentiële organen geraakt. Dit letsel kan derhalve op zich het overlijden niet verklaren. Wel kan het letsels hebben bijgedragen aan de snelheid van het overlijden, door een bijdrage aan het bloedverlies en het induceren van ademhalingsstoornissen door een klaplong.
Het overlijden van [slachtoffer] , 19 jaren oud geworden, wordt verklaard door één steekletsel in de buik.
Bewezenverklaring
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
medeplichtigheid aan medeplegen van doodslag.
Strafbaarheid van verdachte
Strafmotivering
Benadeelde partij
1. [benadeelde partij 1] , tot een bedrag van € 4.031,29 ter zake van materiële schade, € 20.000,- ter vergoeding van affectieschade en € 20.000,- ter vergoeding van shockschade, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum dat de schade is ontstaan;
2. [benadeelde partij 2] , tot een bedrag van € 4.031,29 ter zake van materiële schade, € 20.000,- ter vergoeding van affectieschade en € 20.000,- ter vergoeding van shockschade, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum dat de schade is ontstaan.
Toepassing van wetsartikelen
Uitspraak
De rechtbank
een jeugddetentie voor de duur van 90 dagen.
groot 33 dagen, niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, op grond dat de veroordeelde zich voor het einde van een proeftijd, welke hierbij wordt vastgesteld op 2 jaren, aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt of de hierna te noemen voorwaarden niet heeft nageleefd.
[benadeelde partij 1]niet-ontvankelijk is en dat deze slechts bij de burgerlijke rechter kan worden aangebracht.
[benadeelde partij 2]niet-ontvankelijk is en dat deze slechts bij de burgerlijke rechter kan worden aangebracht.