Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
de maatschap [maatschap naam A] , gevestigd te [plaats A] , eiseres
het college van gedeputeerde staten van Drenthe, verweerder
derde-partijheeft aan dit geding deelgenomen: [Naam B] , te [plaats B] , eiser,
[Naam B] , te [plaats B] , eiser,
het college van gedeputeerde staten van Drenthe, verweerder
derde-partijheeft aan dit geding deelgenomen: maatschap [maatschap naam A] te [plaats A] ,
Procesverloop
Overwegingen
artikel 2.7, tweede lid, niet van toepassing is op projecten die zijn beschreven in en worden gerealiseerd overeenkomstig een beheerplan als bedoeld in
artikel 2.3of een programma als bedoeld in
artikel 1.13, eerste, zevende, of achtste lid, of een plan of programma als bedoeld in artikel 2.3, vijfde lid, indien (…).
Beslissing
- verklaart het beroep met kenmerk 20/1183 gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit, voor dat ziet op de gedeeltelijke afwijzing van het verzoek;
- bepaalt dat verweerder met in achtneming van deze uitspraak een nieuw besluit neemt op het bezwaar van eiser;
- bepaalt dat verweerder het griffierecht van € 178,- aan eiser vergoedt.