SBPE heeft op de bij dagvaarding geformuleerde gronden gevorderd:
primair
I. de huurovereenkomst tussen partijen per datum uitspraak te ontbinden op grond van artikel 5.4 sub a van die huurovereenkomst;
II. de zwemschool te veroordelen het zwembad binnen 8 dagen na datum van de ontbinding, vrij van gebruik en gebruiksrechten, behoorlijk schoongemaakt en leeg en ontruimd op te leveren en nadien ontruimd te houden, zulks op straffe van een dwangsom van € 500,00 voor iedere dag dat de zwemschool niet geheel en volledig aan deze veroordeling voldoet;
III. de zwemschool te veroordelen tot betaling van een vergoeding, gelijk aan de hoogte van de laatst geldende maandhuurprijs, per maand of gedeelte daarvan dat de zwemschool de bedrijfsruimte vanaf de datum van ontbinding in gebruik houdt;
subsidiair
IV. op grond van artikel 5.4 sub a van de huurovereenkomst de datum vast te stellen waarop de huurovereenkomst tussen partijen komt te eindigen;
meer subsidiair
V. op grond van dringend eigen gebruik in de zin van artikel 7:296 lid 1 sub 2 van het Burgerlijk Wetboek (BW) de datum vast te stellen waarop de huurovereenkomst tussen partijen komt te eindigen;
zowel subsidiair als meer subsidiair
VI. de datum waarop de opgezegde huurovereenkomst eindigt, vast te stellen op de datum van de uitspraak, althans een door de kantonrechter in goede justitie te bepalen datum;
VII. de zwemschool te veroordelen de bedrijfsruimte per die datum, althans de door de kantonrechter vast te stellen datum, vrij van gebruik en gebruiksrechten, behoorlijk schoongemaakt en leeg en ontruimd op te leveren en nadien ontruimd te houden, zulks op straffe van een dwangsom van € 500,00 voor iedere dag dat de zwemschool niet geheel en volledig aan deze veroordeling voldoet;
VIII. de zwemschool te veroordelen tot betaling van een vergoeding, gelijk aan de hoogte van de laatst geldende maandhuurprijs, per maand of gedeelte daarvan dat de zwemschool de bedrijfsruimte vanaf de einddatum van de huurovereenkomst in gebruik houdt;
zowel primair, subsidiair als meer subsidiair
IX. de zwemschool te veroordelen in de kosten van deze procedure, vermeerderd met nakosten en rente vanaf de vijftiende dag na het wijzen van het vonnis.