ECLI:NL:RBNNE:2021:4711
Rechtbank Noord-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Handhaving van illegale bebouwing en last onder dwangsom in bestuursrechtelijke context
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Nederland op 29 oktober 2021 uitspraak gedaan in een geschil tussen een B.V. en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Assen over de handhaving van illegale bebouwing. De eiseres, een vastgoedonderneming, had een gebouw gekocht dat zonder de vereiste omgevingsvergunning was verbouwd tot zes appartementen. De gemeente legde een last onder dwangsom op, waarbij eiseres werd verplicht het gebouw terug te brengen in de vergunde staat, met een dwangsom van € 6.000,- per maand bij niet-naleving. Eiseres ging in beroep tegen het besluit van de gemeente, dat het bezwaar tegen de last onder dwangsom gegrond verklaarde en de begunstigingstermijn verlengde.
De rechtbank beoordeelde of de gemeente in redelijkheid de last onder dwangsom kon opleggen. De rechtbank constateerde dat er geen gronden waren aangevoerd tegen de overtreding van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo). De rechtbank oordeelde dat handhaving in het algemeen belang is en dat er geen concreet zicht op legalisatie bestond, aangezien de gemeente geen toestemming wilde geven voor de zes appartementen. Eiseres had ook geen argumenten aangedragen die de onevenredigheid van de handhaving konden onderbouwen, zoals het feit dat de illegale situatie al jaren bestond of dat de huurbescherming van de huurders het onmogelijk maakte om aan de last te voldoen.
De rechtbank concludeerde dat het beroep ongegrond was en dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak benadrukt de noodzaak voor vastgoedondernemingen om zich bewust te zijn van de geldende bestemmingsplannen en omgevingsvergunningen, en dat handhaving van illegale situaties in het algemeen belang is.