ECLI:NL:RBNNE:2022:1454
Rechtbank Noord-Nederland
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Intrekking van jachtakte na ongeoorloofd afschot van een ree
Op 10 mei 2022 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in de zaak tussen een verzoeker en de Korpschef van Politie, eenheid Noord-Nederland. De zaak betreft de intrekking van de jachtakte van de verzoeker, die in bezwaar ging tegen het besluit van 10 maart 2022 waarin zijn jachtakte werd ingetrokken. De verzoeker had de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen. Tijdens de zitting op 4 mei 2022 is de zaak behandeld, waarbij de verzoeker werd bijgestaan door zijn gemachtigde en de verweerder door zijn gemachtigde en een vertegenwoordiger van de politie.
De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat de verzoeker op 15 april 2021 een ree heeft geschoten zonder de benodigde toestemming, wat in strijd is met de Wet natuurbescherming. De politie had eerder een proces-verbaal van overtreding opgemaakt, waarin werd gesteld dat de verzoeker het dier had geschoten in een natuurgebied waar jacht niet is toegestaan. De voorzieningenrechter heeft de feiten en omstandigheden zorgvuldig gewogen en geconcludeerd dat de intrekking van de jachtakte door de verweerder gerechtvaardigd was. De verzoeker had geen bewijs kunnen leveren dat zijn handelen binnen de wettelijke kaders viel.
De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat de intrekking van de jachtakte niet onevenredig was, gezien de ernst van de overtreding en de belangen van natuurbehoud. De verzoeker heeft ook geen gegronde redenen kunnen aanvoeren voor een lichtere maatregel. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen en geen proceskostenveroordeling uitgesproken. De uitspraak is openbaar gedaan en er staat geen hoger beroep of verzet open tegen deze beslissing.