ECLI:NL:RBNNE:2023:102
Rechtbank Noord-Nederland
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening bijzondere bijstand voor energiekosten
In deze uitspraak beslist de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Nederland op het verzoek om een voorlopige voorziening van verzoekster tegen de gedeeltelijke afwijzing van haar aanvraag om bijzondere bijstand voor de meerkosten van elektra en gasverbruik. De voorzieningenrechter heeft het verzoek op 5 januari 2023 op zitting behandeld, waarbij verzoekster en de gemachtigden van zowel verzoekster als het college aanwezig waren.
Het college had bij besluit van 7 juli 2021 aan verzoekster een bedrag van € 810,- aan bijzondere bijstand toegekend, maar had het verzoek om vergoeding van de meerkosten voor verwarmingskosten afgewezen. Verzoekster stelde dat zij in een lastige financiële situatie verkeert, vooral door de hoge energiekosten, en dat er spoedeisend belang is bij het treffen van een voorlopige voorziening.
De voorzieningenrechter oordeelt echter dat bij een financieel geschil, zoals in deze zaak, niet snel sprake is van spoedeisend belang. De periode waarvoor verzoekster bijzondere bijstand had aangevraagd, was inmiddels verstreken, en zij had niet voldoende gemotiveerd waarom de bodemprocedure niet kon worden afgewacht. Daarom werd het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen, evenals het verzoek om proceskostenveroordeling.