ECLI:NL:RBNNE:2023:165

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
19 januari 2023
Publicatiedatum
19 januari 2023
Zaaknummer
18/930007-21
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Illegale handel in erectiemiddelen via professionele internetsites met ernstige gevolgen voor de volksgezondheid

Op 19 januari 2023 heeft de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die zich schuldig heeft gemaakt aan het langdurig en op grote schaal handelen in het illegale erectiemiddel Kamagra. De verdachte en medeverdachten maakten gebruik van professioneel uitziende internetsites om deze illegale goederen te promoten en te verkopen. De rechtbank oordeelde dat de verdachte, die een leidende rol had in de organisatie, niet alleen vennootschappen oprichtte, maar ook actief anderen benaderde om deel te nemen aan de Kamagrahandel. Betalingen vonden plaats via reguliere Nederlandse banken en de distributie werd uitgevoerd door onwetende bezorgdiensten zoals PostNL. De rechtbank benadrukte dat de illegale verkoop van deze geneesmiddelen, die zonder toezicht van een arts of apotheek op grote schaal werd gedaan, een ernstige bedreiging voor de volksgezondheid vormt.

De rechtbank oordeelde dat de verdachte een significante bijdrage heeft geleverd aan de criminele activiteiten en dat haar rol verder ging dan alleen administratieve taken. De verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van achttien maanden, waarvan zes maanden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren. De rechtbank hield rekening met de overschrijding van de redelijke termijn van de procedure, maar vond de ernst van de feiten en de rol van de verdachte in de organisatie zodanig dat een onvoorwaardelijke gevangenisstraf passend was. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer van de rechtbank, waarbij de betrokkenheid van de verdachte bij de illegale handel in Kamagra overtuigend werd bewezen.

Uitspraak

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling strafrecht Locatie Leeuwarden
parketnummer 18/930007-21
Vonnis van de meervoudige economische kamer voor de behandeling van strafzaken d.d. 19 januari 2023 in de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte

[verdachte] ,

geboren op [geboortedatum] 1973 te [geboorteplaats] , wonende te [straatnaam] , [woonplaats] .
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting van 24 november 2022.
Verdachte is verschenen, bijgestaan door mr. C.M.H van Vliet, advocaat te 's-Gravenhage. Het openbaar ministerie is ter terechtzitting vertegenwoordigd door mr. D. Homans-de Boer.

Tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
1.
zij in of omstreeks de periode van 11 mei 2016 tot en met 31 januari 2018, in de gemeente Emmen en/of (elders) in Nederland, meermalen, althans eenmaal, (telkens) tezamen en in vereniging met een of meer andere(n) natuurlijke persoon/personen en/of rechtspersoon/rechtspersonen, althans alleen, al dan niet opzettelijk
-zonder vergunning van Onze Minister (een) geneesmiddel(en) niet bedoeld voor onderzoek, te weten Kamagra en/of Sildenafil en/of Tadalafil, althans een waar/waren bevattende de werkzame stof Sildenafil en/of Tadalafil heeft ingevoerd en/of afgeleverd en/of uitgevoerd, dan wel
-een groothandel heeft gedreven in dat/die geneesmiddel(en), te weten Kamagra en/of Sildenafil en/of Tadalafil, althans een waar/waren bevattende de werkzame stof Sildenafil en/of Tadalafil, terwijl daarvoor geen handelsvergunning was verleend;
2.
zij in of omstreeks de periode van 11 mei 2016 tot en met 31 januari 2018, in de gemeente Emmen en/of (elders) in Nederland, meermalen, althans eenmaal, (telkens) tezamen en in vereniging met een of meer andere(n) natuurlijke persoon/personen en/of rechtspersoon/rechtspersonen, althans alleen, al dan niet opzettelijk -(een) geneesmiddel(en) waarvoor geen handelsvergunning gold, te weten
Kamagra en/of Sildenafil en/of Tadalafil, althans een waar/waren bevattende de werkzame stof Sildenafil en/of Tadalafil, in voorraad heeft gehad en/of te koop heeft aangeboden en/of heeft verkocht en/of afgeleverd en/of ter hand gesteld en/of ingevoerd en/of uitgevoerd en/of anderszins binnen of buiten het Nederlands grondgebied heeft gebracht;

Beoordeling van het bewijs

Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft veroordeling gevorderd voor beide ten laste gelegde feiten, met dien verstande dat ten aanzien van het onder 1. ten laste gelegde niet bewezen kan worden dat verdachte tezamen en in vereniging een groothandel heeft gedreven. Verdachten hebben immers de geneesmiddelen verkocht aan particulieren, niet zijnde apothekers. Ten aanzien van het onder 2. ten laste gelegde kan niet bewezen worden dat verdachten de geneesmiddelen ter hand hebben gesteld, nu geen sprake is geweest van een ter hand stellen aan patiënten, aldus de officier van justitie.
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft aangevoerd dat verdachte partieel moet worden vrijgesproken van het onder 1. ten laste gelegde. Verdachte heeft verklaard dat zij vanaf februari 2017 wist dat er met de betrokken vennootschappen werd gehandeld in het illegale erectiemiddel Kamagra. De verklaring wordt ondersteund door de verklaring van medeverdachte [medeverdachte 1] . Voorts wordt haar verklaring ondersteund door de aangetroffen WhatsApp-gesprekken tussen verdachte en anderen.
Zij heeft daarnaast aangevoerd dat verdachte moet worden vrijgesproken van het onder 2. ten laste gelegde. Het opzet van verdachte niet was gericht op de omstandigheid dat voor het geneesmiddel geen handelsvergunning gold. Dit betekent dat voor het misdrijf geen veroordeling kan volgen. De overtredingsvariant is verjaard, aldus de raadsvrouw.
Oordeel van de rechtbank
Bewijsmiddelen:
De rechtbank past de volgende bewijsmiddelen toe die de voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden bevatten zoals hieronder zakelijk weergegeven.
Ieder bewijsmiddel is -ook in onderdelen- slechts gebruikt voor het feit waarop het blijkens zijn inhoud betrekking heeft.
1. De door verdachte ter zitting van 24 november 2022 afgelegde verklaring, voor zover inhoudend:
In 2016 heb ik een besloten vennootschap voor [medeverdachte 2] op mijn naam gezet. Ik ben door hem benaderd om vennootschappen voor hem op te richten. Ik kende hem al langer, ik ben een oudcollega van hem. Als eerste heb ik [bedrijf 1] op mijn naam gehad. [medeverdachte 2] had bankrekeningen nodig voor de handel. Ik deed de boekhouding voor [medeverdachte 2] vennootschappen. In 2017 steeg de omzet sterk en toen wist ik dat er in Kamagra werd gehandeld. De ABN-AMRO heeft eens een brief gestuurd waarin het vermoeden werd geuit dat er in Kamagra werd gehandeld. Ik heb er toen niet voor gekozen om ermee te stoppen. Je kunt een besloten vennootschap niet zomaar platleggen, ik was bang dat er geen financiële middelen meer zouden zijn en dat er een belastingschuld zou ontstaan.
Ik wist wel dat die hele handel niet mocht.
Ik heb [bedrijf 2] niet op naam gehad, maar heb de vennootschap wel op mijn adres ingeschreven. Feitelijk had ik die vennootschap niet op mijn adres, dit was slechts op papier zo. Ik heb contact gehad met een neefje, [naam 3] , over de handel in Kamagra. Hij wilde gaan handelen in Scandinavië.
2. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen internetsurveillance d.d. 4 augustus 2017, opgenomen op pagina 2407 e.v. van het dossier van Politie Noord-Nederland met nummer NNRBB18002-Maanvis d.d. 1 april 2022, inhoudend als relaas van verbalisant:
Ik voerde op 6 juli 2017 surveillance uit op internet. Op de online zoekmachine Google
(www.google.nl) voerde ik de zoekterm ‘Kamagra’ in. Er werden diverse sites getoond waarop Kamagra besteld kon worden. Als eerste werd door Google getoond de internetsite [website] . Daarnaast werden de navolgende sites ook als een van de eersten genoemd:
[website]
Bij het invoeren van de domeinnaam [website] werd er direct doorgelinkt naar de site [website] .nl.
3. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van pseudokoop d.d. 1 december 2017,opgenomen op pagina 2413 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van verbalisant:
Op 23 oktober 2017 heb ik op de internetsite [website] een bestelling geplaatst van 5 strips a 4 stuks
Kamagra 100mg (20 stuks) a 51,40 euro onder bestelnummer TRABKJMJV. Dit bedrag moest overgemaakt worden op rekeningnummer [rekeningnummer] t.n.v. [bedrijf 3] . Op 25 oktober 2017 heb ik op de internetsite [website] een bestelling geplaatst onder bestelnummer HYTOXLZCJ. Dit bedrag moest overgemaakt worden op rekeningnummer [rekeningnummer] t.n.v [bedrijf 4] . Op 25 oktober 2017 heb ik op de internetsite [website]
een bestelling geplaatst van 5 strips a 4 stuks Kamagra 100mg (20 stuks) onder bestelnummer TMJJMQJWG. Dit bedrag moest overgemaakt worden op rekeningnummer [rekeningnummer] t.n.v.
[bedrijf 4] . Op 25 oktober 2017 heb ik op de internetsite [website] .nl een bestelling geplaatst van 5 strips a 4 stuks Kamagra 100mg (20 stuks) onder bestelnummer RDRWRMXPJ. Dit bedrag moest overgemaakt worden op rekeningnummer [rekeningnummer] t.n.v. [bedrijf 3] . Op 27 oktober 2017 zijn alle genoemde bedragen overgemaakt middels een bankoverschrijving op genoemde rekeningnummers. Op 29 november heb ik, verbalisant, het pakje met barcode SYZXG100898496* opgehaald bij het afgesproken afhaalpunt. Alle genoemde bestellingen waren verpakt in 1 doos met 3 strips extra van in totaal 25 stuks pillen.
4. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van onderzoek ontvangen postpakket met Kamagra d.d. 7 december 2017, pagina 2416 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende als relaas van verbalisant:
Op 2 december 2017 deed ik onderzoek naar één door het pseudokoopteam verstrekt postpakket. Zij hadden dit pakket ontvangen naar aanleiding van een viertal pseudokopen op de internetsites: [website] .nl
[website]
Ik zag dat het ging om een postpakket met als verzender:
[bedrijf 1]
[straatnaam] [plaats] .
Op basis van de genoemde bestellingreferenties op de facturen alsmede de genoemde totaalbedragen heb ik ter verificatie onderzoek gedaan aan de banktransacties van de ondernemingen [bedrijf 3] en [bedrijf 4] Hierbij zag ik dat onderstaande betalingen met bijbehorende referentienummers daadwerkelijk hadden plaatsgevonden:
TRABKJMJV € 51,40 [rekeningnummer] [bedrijf 3] .
RDRWRMXPJ € 51,40 [rekeningnummer] [bedrijf 3] .
HYTOXLZCJ € 43,40 [rekeningnummer] [bedrijf 4] .
TMJJMQJWG € 50,40 [rekeningnummer] [bedrijf 4] .
In het postpakket werden de goederen geleverd afkomstig van alle vier de pseudokopen op alle vier de verschillende sites waarbij de betalingen plaatsvonden op de bankrekeningen van [bedrijf 3] ., alsmede die van [bedrijf 4]
5. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen InspectieVolksgezondheid d.d. 16 mei 2018, opgenomen op pagina 2799 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende als relaas van verbalisant:
Bij raadpleging in het zogenaamde BIG-register op woensdag 16 mei 2018, zag ik dat
[medeverdachte 2] , [medeverdachte 3] en [medeverdachte 4] , niet voorkomen als beroepsbeoefenaar als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de individuele beroepen in de gezondheidszorg. (Wet BIG) Eventuele voor artsen en apothekers geldende uitzonderingen op de verbodsbepalingen in de Geneesmiddelenwet kunnen daarom niet van toepassing zijn. Bij raadpleging van de communautaire gegevensbank EudraGMDP op 16 mei 2018 zag ik dat voor de hierboven genoemde namen en op de hierboven genoemde adressen geen houder van een vergunning als bedoeld in artikel 18, eerste lid, van de Geneesmiddelenwet staat geregistreerd.
6. Een deskundigenverklaring afkomstig van de Inspectie voor de Gezondheidszorg d.d. 5 juli 2018,opgemaakt op ambtseed door dr. J.H.C.M. Lammers, opgenomen op pagina 2441 e.v. van voornoemd dossier, voor zover inhoudend als diens verklaring:
Op verzoek van dhr. [naam 1] van de Dienst Regionale Recherche van de politie Noord Nederland heb ik een deskundigenverklaring opgesteld betreffende de status van de producten, aangetroffen in een postpakket dat na een pseudokoop door de politie is te Den Haag. De verschijningsvormen van deze producten zijn getoetst aan de Geneesmiddelenwet.
De aangetroffen en beoordeelde producten zijn:
Product Werkzame stof
1. Kamagra sildenafil citraat 100 mg
2. CIALIS tadalafil 20 mg
3. Super P-force sildenafil 100 mg en dapoxetine 50 mg
4. Sexforce 100 mg sildenafil citraat 100 mg
5. Cobra-120 sildenafil citraat 120 mg
6. Cenforce 150 sildenafil citraat 150 mg
Uit navraag bij het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen blijkt dat de volgende geneesmiddelen niet in Nederland in het daartoe bestemde register staan ingeschreven:
Kamagra, Super P-force, Sexforce 100 mg, Cobra-120 en Cenforce 150
De in bijlage 1 genoemde producten kunnen aangemerkt worden als geneesmiddel, zoals bedoeld in art. 1 lid 1 onder b Geneesmiddelenwet. Voor één middel is een handelsvergunning in Nederland afgegeven. Voor vijf middelen is geen handelsvergunning in Nederland afgegeven.
7. Een schriftelijk bescheid, te weten een Uittreksel uit het handelsregister van de Kamer vanKoophandel d.d. 25 augustus 2017, opgenomen op pagina 2546 van voornoemd dossier, voor zover inhoudend:
Rechtsvorm: Besloten vennootschap Statutaire naam: [bedrijf 3] .
Statutaire zetel: Gemeente Emmen
Datum akte van oprichting: 20-03-2017
Enig aandeelhouder en bestuurder: [naam 2]
Geboortedatum en -plaats: [geboortedatum] -1987, [geboorteplaats] .
8. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal verhoor verdachte d.d. 5 februari 2018,opgenomen op pagina 2542 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende de verklaring van [naam 2] :
[verdachte] en [medeverdachte 1] zijn bij mij gekomen of ik ze uit de brand kond helpen. Ik moest een BV openen. [verdachte] heeft de inschrijving bij de Kamer van Koophandel gedaan. Ik heb de pinpas en pincode van [bedrijf 3] aan [verdachte] gegeven.
9. Een schriftelijk bescheid, te weten een Uittreksel uit het handelsregister van de Kamer vanKoophandel d.d. 14 maart 2018, opgenomen op pagina 2567 e.v. van voornoemd dossier, voor zover inhoudend:
Rechtsvorm: Besloten vennootschap
Statutaire naam: [bedrijf 4]
Statutaire zetel: Gemeente Emmen Datum akte van oprichting: 20-05-2016 Bezoekadres: [straatnaam] [plaats] .
Enig aandeelhouder en bestuurder: [medeverdachte 1]
Geboortedatum en -plaats: [geboortedatum] -1969, [geboorteplaats]
10. Een schriftelijk bescheid, te weten een Uittreksel uit het handelsregister van de Kamer vanKoophandel d.d. 18 juli 2018, opgenomen op pagina 2569 e.v. van voornoemd dossier, voor zover inhoudend:
Rechtsvorm: Besloten vennootschap
Statutaire naam: [bedrijf 4]
Statutaire zetel: Gemeente Emmen
Bezoekadres: [straatnaam] [plaats] .
Datum akte van oprichting: 20-05-2016
Enig aandeelhouder en bestuurder: [bedrijf 4]
11. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal restinformatie Morpheus d.d. 23 februari2018, opgenomen op pagina 2787 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende als relaas van verbalisant:
Naar aanleiding van het door de officier van justitie afgegeven bevel ex artikel 126i Wetboek van Strafvordering tot het uitvoeren van een pseudokoop van goederen die werden aangeboden op de onderhavige vier internetsites, werden de betrokken bankrekeningen alsmede de identiteit van de rekeninghouders achterhaald. Het bleek te gaan om:
[website]
.nl
[website]
: [bedrijf 3] , [rekeningnummer]
: [bedrijf 3] , [rekeningnummer]
: [bedrijf 4] , [rekeningnummer]
: [bedrijf 4] , [rekeningnummer]
De natuurlijke personen achter voornoemde rechtspersonen bleken te zijn genaamd:
[bedrijf 3] : [naam 2] , [geboortedatum] -1987 te [geboorteplaats] , wonende [straatnaam] , [woonplaats] ,
[bedrijf 4] : [medeverdachte 1] geboren [geboortedatum] -1969 te [geboorteplaats] , wonende [straatnaam] , [woonplaats]
12. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen [bedrijf 1] d.d. 3 november 2017, opgenomen op pagina 2471 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende als relaas van verbalisant:
Blijkens de Gemeentelijke Basisadministratie (GBA) is mij gebleken dat [medeverdachte 1] voornoemd stond ingeschreven op het adres [straatnaam] , [woonplaats] . Op dit adres stond tevens ingeschreven de vermoedelijke partner van [medeverdachte 1] genaamd:
[verdachte] , geboren [geboortedatum] -1973 te [geboorteplaats]
Onderzoek op internet wees uit dat de naam [bedrijf 1] werd genoemd op de internetsite [website] . Onder de veel gestelde vragen stond benoemd dat afnemers van Kamagra in verband met de discretie niet 'kamagra100, kamagra of iets dergelijks op het afschrift te zien krijgen, maar wel de naam van 'onze' B.V. [bedrijf 1]
13. Een schriftelijk bescheid, te weten een Uittreksel uit het Handelsregister van de Kamer vanKoophandel van 14 maart 2018, opgenomen op pagina 2571 e.v. van voornoemd dossier, voor zover inhoudend:
Rechtsvorm: Besloten Vennootschap
Statutaire naam: [bedrijf 1]
Datum akte van oprichting: 20-05-2016 Bezoekadres: [straatnaam] [plaats] .
Enig aandeelhouder: [verdachte]
Bestuurder: [verdachte]
Geboortedatum en -plaats: [geboortedatum] -1973, [geboorteplaats]
14. Een schriftelijk bescheid, te weten een Uittreksel uit het Handelsregister van de Kamer vanKoophandel van 27 juni 2018, opgenomen op pagina 2573 e.v. van voornoemd dossier, voor zover inhoudend:
Rechtsvorm: Besloten Vennootschap
Statutaire naam: [bedrijf 1]
Datum akte van oprichting: 20-05-2016 Bezoekadres: [straatnaam] [plaats] .
Enig aandeelhouder: [bedrijf 1]
Bestuurder: [bedrijf 1]
15. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen inzake gegevens telefoon [verdachte] d.d. 14 mei 2018, opgenomen op pagina 2580 e.v., inhoudend als relaas van verbalisant:
De telefoon van [verdachte] is in beslag genomen. Mij werd een USB stick aangeleverd met daarop data en het UFED 4 PC programma om deze data te bekijken. Ten eerste heb ik bij device info gekeken. Daar zag ik onder MSISDN dat het nummer [telefoonnummer] werd getoond. Dit betreft het nummer welke aan deze telefoon is gekoppeld en dus kennelijk het nummer dat in gebruik is bij [verdachte] . Ik heb het programma een lijst laten produceren van alle contactpersonen welke op de telefoon te vinden zijn. [medeverdachte 2] : + [telefoonnummer] .
03-04-17, 16:08 - [medeverdachte 2] : Morgen wordt er een leeg doosje bezorgd bij [bedrijf 4] afkomstig van [bedrijf 1] . Dat is een test voor een nieuwe verzendmethode. Als dat werkt scheelt dat hoop werk. Komt gewoon met post nl
03-04-17, 16:09 - [verdachte] [medeverdachte 1] : Oké top.. ben benieuwd..
03-04-17, 16:09 - [verdachte] [medeverdachte 1] : Hopelijk werkt de test. minder werk is beter (4x smiley)
06-12-17, 11:19 - [medeverdachte 2] : Ik zou ze alleen vragen waar het op gebaseerd is dat we Kam verkopen. Dan kunnen we aan de hand van hun antwoord reageren
06-12-17, 11:20 - [medeverdachte 2] : Je weet namelijk niet of dit de reden is.
06-12-17, 19:26- [verdachte] [medeverdachte 1] : Dit staat al in de brief dat ze op de bank dit gezien hadden,, dus geen optie om te vragen waar ze dat op baseren
09-01-18, 11:47 - [medeverdachte 2] : Weet je nog iemand voor een bv?
09-01-18, 11:48 - [medeverdachte 2] : Lijkt me beter [bedrijf 4] af te voeren i.v.m. ABN gedoe
09-01-18, 11:58- [verdachte] [medeverdachte 1] : Nee joh waarom ? Alleen de ABN afvoeren lijkt me beter..
09-01-18, 11:58- [verdachte] [medeverdachte 1] : Tis onder controle verder en juist als in lx niks meer gebeurd komen er vragen van belastingdienst
09-01-18, 11:59- [verdachte] [medeverdachte 1] : Dus gewoon rustig laten doorlopen en alleen ABN afvoeren
09-01-18, 12:00 [verdachte] [medeverdachte 1] : [medeverdachte 1] heeft contact met hun en ze zijn rustig
09-01-18, 12:01 - [verdachte] [medeverdachte 1] : Tenzij je anders wil natuurlijk zeg het maar..
09-01-18, 12:05 - [medeverdachte 2] : Voor mij hoeft het niet. Brengt alleen extra werk mee. Maar ging me ook om jullie.
09-01-18, 12:09 - [verdachte] [medeverdachte 1] : Weet ik maar als ellende is dan krijgen we het toch wel.. Dus lekker laten lopen.
16. Een schriftelijk bescheid, te weten een brief van AMN-AMRO d.d. 27 november 2017, opgenomenop pagina 2587 e.v. van voornoemd dossier, voor zover inhoudend:
Betreft: opvragen documenten.
Geachte heer [medeverdachte 1] ,
Middels deze brief verzoekt de bank u schriftelijk opheldering te geven over uw rekeninggebruik. Uit transacties op de rekening blijkt dat u handelt in Kamagra. In Nederland mag Kamagra officieel niet worden verkocht.
17. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 19 december2018, opgenomen op pagina 3376 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende als verklaring van [verdachte] :
V: [bedrijf 2] stond ingeschreven op jouw adres in Valthe. Waar vonden de activiteiten van dat bedrijf op dat moment plaats?
A: Volgens mij zat [bedrijf 2] in antiek, wat later de [bedrijf 5] is geworden.
V: Waarom moest de inschrijving op jouw adres?
A: Hij had [bedrijf 2] al voordat hij bij mij kwam. Hij had verteld dat er seksartikelen en de andere kamagra gestolen werden. Hij vertelde dat zijn loods voor de zoveelste keer bestolen was en daar zat ook [bedrijf 2] , en hij vertelde dat hij achtervolgd werd. V: Na [bedrijf 2] , van welke bedrijven deed je de administratie?
A: [bedrijf 5] , [bedrijf 4] en [bedrijf 1] , en later [bedrijf 3] . Bij [bedrijf 3] wist ik al wat er aan de hand was.
V: Wat heeft hij (
de rechtbank begrijpt: [naam 3]) te maken met kamagra handel?
A: inpakken voor [medeverdachte 2] .
V:Hoe is dat gegaan?
A: Via mij. Hij wilde werken en [medeverdachte 2] zat omhoog met zijn inpakkers. Dus heb ik [naam 3] gevraagd.
18. Een schriftelijk bescheid, te weten een uitdraai van WhatsApp-gesprekken, opgenomen als bijlage het onder 11. genoemde proces-verbaal van verhoor, opgenomen op pagina 3395 e.v. van voornoemd dossier, voor zover inhoudend:
15-08-17, 20200 - [naam 3] : Hoi bosses
15-08-17, 20203 - [verdachte] [medeverdachte 1] : Heyyy
15-08-17, 20204 - [naam 3] : Please, can you send me price list for what we have talked about. For all products. I have bosnian guy in Sweden who needs at least 100 boxes per week for beginning. He says that he is buying in Bosnia fox 2,5 and transport cost him 1. But I think he lied a little bit.
15-08-17, 20204 - [naam 3] : Is it possible to send him to Sweden packing of goods?
j_5-08-l-7, 20205 - [verdachte] [medeverdachte 1] : We cannot talk about this over the phone please 04-09-17, L7:44 - [verdachte] [medeverdachte 1] : Hy [naam 3] . How was your furst day? I have talkt to [medeverdachte 2] and he is oké with you.. if you want you can work 4 days a week and he wil pay 1200 euro we put that money to [naam 3] zo you can pay me a little expence(150) for gas and efectric.. the rest you can use for Iiving and tanya. and also you have to pay 200 back from IQ to hopsasa. are you okay with this?
04-09-1-7, 1-72,45 - [verdachte] [medeverdachte 1] : And tomorrow I give you the price for what we talked about.
19. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 8 februari 2018, opgenomen op pagina 2511 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van [medeverdachte 1] :
V: Wie hielpen er allemaal met het inpakken van de pakketjes?
A: Ik, [verdachte] , [medeverdachte 2] zijn vrouw [naam 4] en enkele zoons van [medeverdachte 2] . Je kreeg een stapel facturen. Aan de hand van de bestelling pakte je de producten en deed je dit in een envelop of pakketje.
V: Vanaf wanneer deed je dit?
A: Vanaf februari, maart, 2017.
Bewijsoverwegingen:
De rechtbank stelt voorop dat de betrokkenheid aan een strafbaar feit als medeplegen kan worden bewezenverklaard wanneer is komen vast te staan dat bij het begaan daarvan sprake is geweest van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking.
Uit het strafdossier en het onderzoek ter terechtzitting leidt de rechtbank met betrekking tot de betrokkenheid van verdachte bij het tenlastegelegde het volgende af.
Verbalisanten hebben door middel van een pseudokoop Kamagra besteld op de websites [website] ,
[website] , [website] en [website] .nl. De bestelling arriveerde in één pakket. Na onderzoek van de Inspectie voor de Gezondheidszorg bleek dat de tabletten in het pakket de werkzame stoffen Sildenafil en Tadafil bevatten.
Verdachte heeft vennootschappen opgericht, naar eigen zeggen op verzoek van medeverdachte [medeverdachte 2] . Mede via deze vennootschappen, te weten [bedrijf 1] en [bedrijf 1] , zijn de opbrengsten van de handel in Kamagra ten goede gekomen aan de verdachten. De vennootschappen hadden het kennelijke doel om een rookgordijn op te werpen ten aanzien van de ondernemingsstructuren van de handel in Kamagra. Door de vennootschappen op te richten en op haar naam te zetten, heeft verdachte deze handel in Kamagra gefaciliteerd.
Voorts heeft zij, zo blijkt uit de verklaring van verdachte zelf, de boekhouding gedaan van de vennootschappen van medeverdachte [medeverdachte 2] . Blijkens de verklaring van de partner van verdachte, medeverdachte [medeverdachte 1] , heeft verdachte ook haar bijdrage geleverd aan het inpakken van de bestellingen.
Daarnaast heeft zij aan medeverdachte [naam 2] gevraagd om een vennootschap op te richten ten behoeve van de handel in Kamagra. Medeverdachte [naam 2] heeft na oprichting van de vennootschap de beschikking over de bankrekening overgedragen aan verdachte. Daarmee heeft verdachte aldus actief anderen benaderd om deel te nemen aan de handel en beschikking gehad over de bankrekening.
Bovendien heeft verdachte contact gehad met haar neef [naam 3] , om een handel in Kamagra in Scandinavië op te starten. Uit de uitgelezen berichten tussen verdachte en [naam 3] volgt dat verdachte in zekere mate zeggenschap had over het reilen en zeilen binnen de Kamagrahandel. Deze zeggenschap leidt de rechtbank voorts af uit de uitgelezen WhatsApp-gesprekken tussen verdachte en medeverdachte [medeverdachte 2] . Toen medeverdachte [medeverdachte 2] naar aanleiding van een brief van de ABN-AMRO suggereerde om een BV ‘af te voeren’, heeft verdachte aangegeven dat het in plaats daarvan beter was om de bank ABN-AMRO ‘af te voeren’. Verdachte had de mogelijkheid om de vennootschappen op te heffen, maar heeft dit niet gedaan. Zij heeft kennelijk zeggenschap gehad over het voortbestaan van de vennootschappen.
Op grond van het voorgaande oordeelt de rechtbank dat verdachte een significante intellectuele en feitelijke bijdrage heeft geleverd aan de ten laste gelegde gedragingen waarmee sprake is geweest van een nauwe en bewuste samenwerking tussen verdachte en haar medeverdachten, die in de kern bestaat uit een gezamenlijke uitvoering. Daarmee acht de rechtbank het tenlastegelegde medeplegen bewezen.
Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat zij pas vanaf begin 2017, toen de omzet explosief begon te stijgen, in de gaten kreeg dat er met de vennootschappen werd gehandeld in het illegale erectiemiddel Kamagra. Deze verklaring van verdachte acht de rechtbank ongeloofwaardig. Verdachte kende medeverdachte [medeverdachte 2] al langer en is door hem gevraagd om vennootschappen voor hem op te richten. Het oprichten van vennootschappen zonder vervolgens feitelijk de vennootschappen te besturen is op zichzelf al uiterst opmerkelijk. Verdachte had echter daarnaast, zoals zij bij de politie heeft verklaard, van medeverdachte [medeverdachte 2] gehoord dat er goederen, waaronder Kamagra, bij een van zijn vennootschappen ( [bedrijf 2] ) waren gestolen. Verdachte heeft daarop besloten om de vennootschap [bedrijf 2] op haar adres in te schrijven en twee vennootschappen op te richten voor [medeverdachte 2] . Naar het oordeel van de rechtbank kan het daarom niet anders zijn dan dat verdachte vanaf de oprichting van de vennootschappen op 20 mei 2016 wist dat er met deze vennootschappen werd gehandeld in het illegale erectiemiddel Kamagra. Zij is doorgegaan met het leveren van haar bijdrage aan de Kamagrahandel tot aan haar aanhouding op 31 januari 2018.
Ten slotte overweegt de rechtbank met betrekking tot het beroep van de raadsvrouw op het ontbreken van opzet op de omstandigheid dat voor het geneesmiddel geen handelsvergunning gold dat dit verweer kennelijk op de opvatting berust dat het opzet van de verdachte ook op het niet naleven van de bedoelde wettelijke verplichtingen dient te zijn gericht. Die opvatting is echter, gelet op vaste jurisprudentie van de Hoge Raad,
1onjuist. De rechtbank verwerpt dit verweer van de raadsvrouw.

Bewezenverklaring

De rechtbank acht de ten laste gelegde feiten wettig en overtuigend bewezen, met dien verstande dat:
1.
zij in de periode van 11 mei 2016 tot en met 31 januari 2018, in de gemeente Emmen en elders in Nederland, meermalen, telkens tezamen en in vereniging met andere natuurlijke personen, opzettelijk zonder vergunning van Onze Minister geneesmiddelen, niet bedoeld voor onderzoek, te weten Kamagra, Sildenafil en Tadalafil, heeft ingevoerd, afgeleverd en uitgevoerd;
2.
zij in de periode van 11 mei 2016 tot en met 31 januari 2018, in de gemeente Emmen en elders in Nederland, meermalen, telkens tezamen en in vereniging met andere natuurlijke personen opzettelijk geneesmiddelen waarvoor geen handelsvergunning gold, te weten Kamagra, Sildenafil en Tadalafil, althans een waren bevattende de werkzame stof Sildenafil en Tadalafil, in voorraad heeft gehad, te koop heeft aangeboden, heeft verkocht en afgeleverd, ingevoerd en uitgevoerd of anderszins binnen of buiten het Nederlands grondgebied heeft gebracht.
Verdachte zal van het meer of anders ten laste gelegde worden vrijgesproken, aangezien de rechtbank dat niet bewezen acht.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

Strafbaarheid van het bewezen verklaarde Het bewezen verklaarde levert op:

Eendaadse samenloop van
medeplegen van overtreding van een voorschrift gesteld bij artikel 18 van de Geneesmiddelenwet,opzettelijk begaan, meermalen gepleegd; en
medeplegen van overtreding van een voorschrift gesteld bij artikel 40, tweede lid, van deGeneesmiddelenwet, opzettelijk begaan, meermalen gepleegd.
Deze feiten zijn strafbaar nu geen omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid uitsluiten.

Strafbaarheid van verdachte

De rechtbank acht verdachte strafbaar nu niet van enige strafuitsluitingsgrond is gebleken.
Strafmotivering
Vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte wordt veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van zes maanden, met een proeftijd van twee jaren, en een taakstraf voor de duur van 240 uren. De officier van justitie heeft aangevoerd dat zij bij het bepalen van haar strafeis rekening houdt met de overschrijding van de redelijke termijn als bedoeld in artikel 6, eerste lid, van het Europees Verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens en burgerlijke vrijheden (hierna: EVRM).
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft gepleit voor schuldigverklaring zonder oplegging van een straf. Hiertoe heeft zij aangevoerd dat rekening moet worden gehouden met de ernstige overschrijding van de redelijke termijn als bedoeld in artikel 6, eerste lid, van het EVRM. De strafzaak en de daaraan gerelateerde beslagleggingen hebben, gelet daarop, reeds grote gevolgen gehad voor verdachte en haar gezin.
Oordeel van de rechtbank
Bij de bepaling van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de aard en de ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan, de persoon van verdachte zoals deze naar voren is gekomen uit het onderzoek ter terechtzitting, de rapportage van de reclassering van 9 november 2022 en het uittreksel uit de justitiële documentatie, alsmede de vordering van de officier van justitie en het pleidooi van de verdediging.
De rechtbank heeft in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het gedurende een langere periode tezamen en in vereniging met anderen handelen in het illegale erectiemiddel Kamagra. De verdachten maakten gebruik van professioneel uitziende internetsites om de illegale goederen te promoten en te verkopen. De verdachten hebben dit jarenlang en op grote schaal gedaan. Hun clientèle bestond dikwijls uit afnemers die onwetend waren over de illegaliteit en de gevaren van de aangeboden medicatie. Betalingen vonden plaats via de infrastructuur van het reguliere Nederlandse betalingsverkeer. Hierbij werden de grote Nederlandse banken betrokken, alsmede de door hen ondersteunde online betaalmethoden zoals iDEAL. De verdere distributie van de medicijnen werd (deels) uitgevoerd door bonafide en onwetende bezorgdiensten zoals PostNL. De verdachten hebben gebruik gemaakt van andere personen die voor verdachten vennootschappen hebben opgericht, met als doel de afscherming van hun identiteiten, het betalingsverkeer, het logistieke proces en de marketing. Daarnaast werd een bedrijfspand gebruikt voor de levering, distributie en opslag van de illegale medicatie. Al met al kan worden gesproken van een professionele handel.
De illegale opbrengsten werden geherinvesteerd in criminele activiteiten, zoals het aanschaffen van nieuwe illegale medicatie in het buitenland en het betalen van personen die voor de verdachten vennootschappen hebben opgericht. De opbrengsten werden daarnaast, na meerdere girale overschrijvingen, ingezet voor de aanschaf van onder meer dure auto’s, een chalet en cryptocurrency. Het illegaal, zonder toezicht van een arts of apotheek, op grote schaal verkopen van geneesmiddelen die, voor zover die al zullen worden voorgeschreven door een arts, uitsluitend op recept verkrijgbaar zijn vormt, gelet op de mogelijk schadelijke bijwerkingen, een ernstige bedreiging voor de volksgezondheid met in het ergste geval fatale gevolgen, door onoordeelkundige toepassing en verslavende effecten. De verdachte heeft uitsluitend oog gehad voor haar eigen financieel gewin en de risico's van die middelen voor de gezondheid van de gebruikers op de koop toegenomen.
Naar het oordeel van de rechtbank ging de rol van verdachte verder dan het oprichten van vennootschappen ten behoeve van de Kamagrahandel en het doen van de boekhouding. Uit het dossier komt een beeld naar voren van een verdachte die tot op zekere hoogte een initiërende en leidende rol heeft gehad, waarbij zij zelf actief anderen benaderde om ook deel te nemen aan de Kamagrahandel, contact had over het opstarten van de illegale Kamagrahandel in Scandinavië en kennelijk bevoegd was om beslissingen te nemen over het in stand houden van de vennootschappen.
De rechtbank is dan ook van oordeel dat niet kan worden volstaan met een andere of lichtere straf dan een deels onvoorwaardelijke gevangenisstraf. Een lichtere strafrechtelijke afdoening of zelfs afzien van het opleggen van een straf, zoals door de verdediging is bepleit, miskent naar het oordeel van de rechtbank de aard en ernst van de bewezenverklaarde feiten en de rol die verdachte daarin heeft gehad.
De rechtbank heeft tevens in aanmerking genomen dat verdachte blijkens het Uittreksel uit de Justitiële Documentatie van 27 oktober 2022 niet eerder onherroepelijk is veroordeeld. Voorts heeft de rechtbank acht geslagen op voormeld reclasseringsrapport, waaruit blijkt dat verdachte haar leven gedurende de bewezen verklaarde periode op orde had en desondanks tot delictgedrag is gekomen. Verdachte heeft weloverwogen de keus gemaakt om zich bezig te houden met de illegale handel van Kamagra. Ook op dit moment zijn er bij verdachte geen problemen in de diverse leefgebieden.
In artikel 6, eerste lid, van het EVRM is het recht van iedere verdachte gewaarborgd om binnen een redelijke termijn te worden berecht. Een strafzaak moet in beginsel twee jaar nadat verdachte mag verwachten dat hij vervolgd zal gaan worden met een einduitspraak worden afgedaan. In dit geval is die redelijke termijn fors overschreden: verdachte is op 31 januari 2018 in verzekering gesteld. Op dat moment is de termijn aangevangen. De einduitspraak is op 19 januari 2023. Naar vaste rechtspraak moet overschrijding van de redelijke termijn in beginsel tot strafvermindering leiden. De rechtbank houdt bij het bepalen van de strafmaat uitdrukkelijk rekening met dit tijdsverloop. De rechtbank acht, alles afwegende, een gevangenisstraf voor de duur van achttien maanden, waarvan zes maanden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren, passend en geboden.
Tenuitvoerlegging van de op te leggen gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat verdachte in aanmerking komt voor deelname aan een penitentiair programma als bedoeld in artikel 4 van de Penitentiaire beginselenwet.

Toepassing van wetsartikelen

De rechtbank heeft gelet op de artikelen 14a, 14b, 14c, 47 en 55 van het Wetboek van Strafrecht, de artikelen 1, 2, 6 van de Wet op de economische delicten en de artikelen 18, 40 en 61 van de Geneesmiddelenwet.
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij ten tijde van het bewezen verklaarde rechtens golden dan wel ten tijde van deze uitspraak gelden.

Uitspraak

De rechtbank

Verklaart het onder 1. en het onder 2. ten laste gelegde bewezen, te kwalificeren en strafbaar zoals voormeld en verdachte daarvoor strafbaar.
Verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan het bewezen verklaarde en spreekt verdachte daarvan vrij.
Veroordeelt verdachte tot:

een gevangenisstraf voor de duur van achttien maanden.

Bepaalt dat van deze gevangenisstraf
een gedeelte, groot zes maandenniet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, op grond dat de veroordeelde zich voor het einde van een proeftijd, die hierbij wordt vastgesteld op
twee jaren,aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Beveelt dat de tijd die de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf, geheel in mindering zal worden gebracht.
Dit vonnis is gewezen door mr. O.J. Bosker, voorzitter, mr. K. Bunk en mr. M.A.A. van Capelle, rechters, bijgestaan door mr. D.H. Röben, griffer, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 19 januari 2023. mrs. O.J. Bosker en M.A.A. van Capelle zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.