ECLI:NL:RBNNE:2025:1629

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
10 april 2025
Publicatiedatum
30 april 2025
Zaaknummer
18-231052-24
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Oplichting van ouderen door zich voor te doen als politieagent

In deze zaak heeft de rechtbank Noord-Nederland op 10 april 2025 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een minderjarige verdachte die samen met anderen betrokken was bij een serie oplichtingen. De verdachte en zijn medeverdachten hebben zich voorgedaan als politieagenten en gebruik gemaakt van babbeltrucs om oudere slachtoffers te misleiden. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan meerdere feiten van oplichting en diefstal, waarbij grote hoeveelheden sieraden en geld zijn buitgemaakt. De verdachte is veroordeeld tot een jeugddetentie van 240 dagen, waarvan 201 dagen voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar en bijzondere voorwaarden. De rechtbank heeft ook rekening gehouden met de kwetsbaarheid van de slachtoffers, die vaak ouder dan tachtig jaar waren, en de emotionele en financiële schade die zij hebben geleden. De verdachte heeft zijn betrokkenheid bij de feiten bekend, maar zijn verdediging heeft zich gericht op het betwisten van de hoogte van de schade en de rol van de verdachte in enkele specifieke gevallen. De rechtbank heeft de vorderingen van de benadeelde partijen toegewezen en de verdachte hoofdelijk aansprakelijk gesteld voor de schade.

Uitspraak

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling strafrecht
Locatie Leeuwarden
parketnummer 18-231052-24
Vonnis van de meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken d.d. 10 april 2025 in de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte

[verdachte] ,

geboren op [geboortedatum] 2006 te [geboorteplaats] ,
wonende te [adres] .
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting van 27 maart 2025.
Verdachte is verschenen, bijgestaan door mr. A.W.J. van Galen, advocaat te Amsterdam. Het openbaar ministerie is ter terechtzitting vertegenwoordigd door mr. P. van der Vliet.

Tenlastelegging

Aan verdachte is, na wijziging van de tenlastelegging, ten laste gelegd dat:
1.
hij op of omstreeks 15 juli 2024 te Harlingen, althans in Nederland tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse
hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
een persoon genaamd [slachtoffer 1] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, het verlenen van een dienst, het ter beschikking stellen van gegevens, het aangaan van een schuld en/of het teniet doen van een inschuld, te weten de afgifte van
  • een Creditcard ING zilverkleurig, rekeningnummer [rekeningnummer] en/of
  • een bankpas van de ING op naam van [slachtoffer 1] , gekoppeld aan bankrekening [rekeningnummer] en/of
  • een mobiele telefoon (met code en toegangscode voor de bankapp op die telefoon),
althans de afgifte van enig goed en/of van gegevens, hebbende verdachte en/of verdachtes medededader(s) zich met vooromschreven oogmerk - zakelijk weergegeven- valselijk en/of
listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid
  • ( telefonisch) voorgedaan als wijkagent van de politie Harlingen en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 1] - zakelijk weergegeven - gewezen op een inbraak welke had plaatsgevonden aan het [adres] en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 1] aangegeven dat ook zijn woning op de lijst stond bij de inbrekers en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 1] aangegeven dat het zinvol was om zijn bankpassen te blokkeren en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 1] gevraagd om de gegevens van zijn bankpassen en pincode door te geven zodat deze geblokkeerd konden worden en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 1] aangegeven dat deze zijn telefoon gehackt zou zijn en dat hij deze daarom moest afstaan en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 1] heeft bewogen de gegevens van zijn pinpas en/of creditcard en de daarbij behorende pincode(s) te geven en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 1] aangegeven dat een politieagent genaamd [naam] in burgerkleding de bankpassen en/of de telefoon zou ophalen en dat die politieagent een code KLPD0750 zou noemen zodat die [slachtoffer 1] wist dat het om een
politieman ging en/of (vervolgens)
  • ( in die hoedanigheid) zich bij de woning van die [slachtoffer 1] , gevestigd aan het [adres] gemeld en zich daarbij voorstelde als [naam] en/of zich legitimeerde met de code KLPD 0750 en/of
  • ( in die hoedanigheid) via de telefoon aan die [slachtoffer 1] aangegeven dat dit inderdaad de juiste persoon was, althans dat de naam en het nummer wat die persoon gaf klopten en/of (vervolgens)
  • ( in die hoedanigheid) de bankpassen en/of de telefoon (met code en de toegangscode voor de bankapp) in ontvangst genomen van die [slachtoffer 1] en/of met deze goederen en/of gegevens de woning van die [slachtoffer 1] heeft verlaten;
2.
hij op of omstreeks 15 juli 2024 te Harlingen, althans in de provincie Friesland, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een geldbedrag van 1950 euro, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan een persoon genaamd [slachtoffer 1] , in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot
de plaats van het misdrijf heeft/hebben verschaft en/of dat weg te nemen geldbedrag van 1950 euro onder zijn/haar/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van een valse sleutel, door met een van die [slachtoffer 1] - via oplichting verkregen - telefoon (en de daarbij verkregen inlogcode) via de zich op die telefoon bevindende bankapp van de ING (en de daarbij behorende en/of verkregen pincode), in ieder geval zonder toestemming van die [slachtoffer 1] , genoemd geldbedrag van 1950 euro af te schrijven van de bankrekeningnummer [rekeningnummer] en/of over te boeken naar rekeningnummer [rekeningnummer] ten name van ene [naam] ;
3.
hij op of omstreeks 15 juli 2024 te Burgum, gemeente Tytsjerksteradiel, althans in Nederland
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, ter uitvoering van het door verdachte en/of zijn mededader(s) voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, een persoon genaamd [slachtoffer 2] te bewegen tot de afgifte van enig goed, het verlenen van een dienst, het ter beschikking stellen van gegevens, het aangaan van een schuld en/of het teniet doen van een inschuld, te weten de afgifte van een hoeveelheid sieraden en/of één of meer geldbedragen en/of een bankpas en/of de de bij die bankpas behorende pincode en/of de code behorende bij het internetbankieren van die bankpas en/of
bankrekening, althans van enig goed en/of van enige gegevens, hebbende verdachte en/of verdachtes mededader(s) zich met vooromschreven oogmerk - zakelijk weergegeven- valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid
  • ( telefonisch) voorgedaan als medewerker van de politie Nederland en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 2] aangegeven dat er een inbraak heeft plaatsgevonden aan de [adres] te Burgum en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 2] aangegeven/gewaarschuwd dat in het voertuig van de daders van die inbraak een notitieblok is aangetroffen waarin ook het adres van die 1. [slachtoffer 2] stond, te weten [adres] te Burgum en/of aangegeven dat twee van de vier inbrekers van die inbraak waren ontkomen (daarmee de indruk wekkend dat deze ook nog bij de woning van die [slachtoffer 2] konden komen om in te breken) en/of
  • ( in die hoedanigheid) aan die [slachtoffer 2] gevraagd of zij ook (veel) sieraden had en/of die [slachtoffer 2] bewogen de uiterlijkheden van die sieraden te beschrijven en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 2] bewogen haar sieraden bij elkaar te zoeken en/of deze klaar te leggen en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 2] te vragen hoeveel geld zij op haar lopende bankrekening had staan en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 2] te vragen om 2500 euro van haar spaarrekening over te schrijven naar de lopende bankrekening en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 2] te vragen om de codes van het internetbankieren en/of om de pincode behorende bij de bankpas en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 2] heeft bewogen aan te geven dat zij nog 643 euro en 62 cent op haar lopende rekening had staan en/of die [slachtoffer 2] heeft bewogen 2500 euro over te schrijven van haar spaarrekening naar de lopende bankrekening en/of om de code van het
internetbankieren en/of de pincode behorende bij de bankpas te geven en/of
  • ( in die hoedanigheid) aan die [slachtoffer 2] een nieuwe code voor het internetbankieren te geven (te weten 1508) en/of (vervolgens)
  • ( in die hoedanigheid) aan die [slachtoffer 2] aan te geven dat er een wijkagent van politie genaamd [naam] langs zou komen welke zich zou legitimeren met het dienstnummer KLPD 750 (en/of welke de bankpas en/of sieraden op zou halen) en/of
  • ( in die hoedanigheid) zich gemeld bij de woning van die [slachtoffer 2] aan de [adres] en/of zich voorgedaan als politieagent genaamd [naam] , althans op vraag van die [slachtoffer 2] of hij [naam] was bevestigend knikte en/of op grond van het zien van verdachte, die [slachtoffer 2]
het niet vertrouwde en tegen verdachte zei “dit klopt niet” en/of de deur van haar woning dicht deed, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
4.
hij op of omstreeks 27 juni 2024 te Zandvoort, althans in Nederland tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, een persoon genaamd [slachtoffer 3] heeft bewogen tot de afgifte van enig
goed, het verlenen van een dienst, het ter beschikking stellen van gegevens, het aangaan van een schuld en/of het teniet doen van een inschuld, te weten, de afgifte van
  • een kluissleutel en/of
  • 1200 euro (bestaande uit 2 briefjes van 50 euro en 55 briefjes van 20 euro) en/of
  • een grote hoeveelheid aan sieraden (onder meer ringen, kettingen, armbanden, hangers, broches, horloges),
althans enig goed, hebbende verdachte en/of verdachtes mededader(s) zich met vorenomschreven oogmerk zakelijk weergegeven- valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid
  • ( telefonisch) voorgedaan als [naam] , zijnde medewerker van de politie en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 3] - zakelijk weergegegeven - aangegeven dat er in de buurt van de woning van die [slachtoffer 3] veel ingebroken werd en/of een kluis was weggenomen uit een appartement in de buurt van de woning van die [slachtoffer 3] en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 3] -zakelijk weergegeven- vroeg of zij ook een kluis in haar woning had en/of die [slachtoffer 3] heeft bewogen aan te geven dat zij inderdaad een kluis in haar woning had en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 3] aan te geven dat ook haar spullen gestolen zouden kunnen worden en/of
  • ( in die hoedanigheid - aan die [slachtoffer 3] aangegeven dat de politie langs zou komen om haar waardevolle spullen op te halen (en/of zeker te stellen) en/of
  • ( in die hoedanigheid) aan die [slachtoffer 3] aangegeven dat er iemand van politie langs zou komen en zich met code 5871 zou legitimeren en/of
  • ( in die hoedanigheid) zich bij de woning van die [slachtoffer 3] , gevestigd aan het [adres] , heeft gemeld en zich voorgesteld als [naam] en als dienstnummer/code 5871 gaf (conform hetgeen de vrouw aan de telefoon aan die [slachtoffer 3] had doorgegeven) en/of
  • ( in die hoedanigheid) vroeg aan [slachtoffer 3] naar haar waardevolle spullen en/of
  • ( in die hoedanigheid)de sleutel van de kluis kreeg van [slachtoffer 3] (omdat deze zelf slecht te been was) en/of
  • ( in die hoedanigheid) 1200 euro aan cash geld en/of de sieraden (ringen, kettingen, armbanden, hangers, broches, horloges) uit de kluis van die [slachtoffer 3] heeft gehaald, in ieder geval genoemde sieraden en geldbedrag in ontvangst heeft genomen van die [slachtoffer 3] ;
5.
hij op of omstreeks 27 juni 2024 te Zandvoort, althans in Nederland tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, meermalen, althans eenmaal, een persoon genaamd [slachtoffer 4] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, het verlenen van een dienst, het ter beschikking stellen
van gegevens, het aangaan van een schuld en/of het teniet doen van een inschuld, te weten de afgifte van
  • een grote hoeveelheid aan (gouden) sieraden (onder meer 5 gouden armbandjes, 7 gouden kettingen, een schakelketting van 35 gram goud, een trouwring van de vader van die [slachtoffer 4] , een gouden medaillon met fotos van vader en moeder) en/of
  • een cash geldbedrag van ongeveer 22000 euro (in briefjes van 50 euro) en/of
  • 3 verzamelmappen met euro munten,
althans (telkens) de afgifte van enig goed, hebbende verdachte en/of verdachtes medededader(s) zich met vooromschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid
  • ( telefonisch) voorgedaan [naam] van de politie en/of recherche Zandvoort en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 4] - zakelijk weergegeven - gewezen op een inbraak welke had plaatsgevonden in de buurt van de woning van die [slachtoffer 4] en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 4] aangegeven dat ook haar woning op de lijst stond bij de inbrekers en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 4] gevraagd of die [slachtoffer 4] kostbare spullen in huis had en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 4] aangegeven dat een collega van de politie langs zou komen om de kostbare spullen te scannen, zodat later achterhaald kon worden bij een eventuele inbraak welke spullen verdwenen waren deze en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 4] aangegeven dat een politieagent langs zou komen in burgerkleding en de kostbare spullen zou ophalen en dat die politieagent een code KLPD8904 zou noemen zodat die [slachtoffer 4] wist dat het om een politieman ging en/of
(vervolgens)
  • ( in die hoedanigheid) zich bij de woning van die [slachtoffer 4] aan de [adres] gemeld en zich voorgesteld als [naam] en zich daarbij gelegitimeerd met de code KLPD 8904 en/of
  • ( in die hoedanigheid) de sieraden en/of cash geld in ontvangst genomen van die [slachtoffer 4] en/of
  • ( in die hoedanigheid) op een later moment die dag een andere (nep)politieagent, welke zich voorstelde als [naam] bij die [slachtoffer 4] langskwam en/of welke aangaf dat hij nog een paar laatste mappen met (euro)munten kwam ophalen en/of die [slachtoffer 4]
bezwoer dat hij ook van de politie was en/of
- ( ( in die hoedanigheid) drie mappen met (euro)munten in ontvangst genomen van die [slachtoffer 4] ;
6.
hij op of omstreeks 28juni 2024 te Zandvoort, althans in Nederland tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse
hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
meermalen, althans eenmaal, (telkens) een persoon genaamd [slachtoffer 5] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, het verlenen van een dienst, het ter beschikking stellen van gegevens, het aangaan van een schuld en/of het teniet doen van een inschuld, te weten de afgifte van
  • een cash geldbedrag van ongeveer 21500 euro en/of
  • een (privé)bankpas en/of (zakelijke)bankpas(sen) en/of een mobiele telefoon
althans (telkens) de afgifte van enig goed, hebbende verdachte en/of verdachtes medededader(s) zich met vooromschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid
  • ( telefonisch) aan die [slachtoffer 5] voorgesteld als [naam] van de politie en/of recherche Zandvoort en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 5] - zakelijk weergegeven- gewezen op een inbraak welke had plaatsgevonden in de buurt van de woning van die [slachtoffer 5] en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 5] aangegeven dat een collega van de politie langs zou komen om de kostbare spullen veilig te stellen en/of
  • ( in die hoedanigheid) zich bij de woning van die [slachtoffer 5] aan de [adres] gemeld en zich voorgesteld als [naam] en zich daarbij gelegitimeerd met de code KLPD 7501 en/of
  • ( in die hoedanigheid) het cash geld (21500 euro) in ontvangst genomen van die [slachtoffer 5] en/of
  • ( in die hoedanigheid) - op een later moment die dag- een andere persoon bij die [slachtoffer 5] langskwam en/of welke zich voorstelde als [naam] en/of zich voordeed als politieagent en/of zich daarbij gelegitimeerd met de code KLPD 7845 bij die [slachtoffer 5] , en/of
  • ( in die hoedanigheid) bij de [slachtoffer 5] aangaf dat hij de bankpassen en/of mobiele telefoon van die [slachtoffer 5] kwam ophalen en/of (daarbij) bezwoer dat hij ook van de politie was en/of
  • ( in die hoedanigheid) de bankpassen en/of mobiele telefoon in ontvangst genomen van die [slachtoffer 5] ;
7.
hij op of omstreeks 28 juni 2024 te Zandvoort, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, één of meer geldbedragen (van in totaal 29414 euro), in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan een persoon genaamd [slachtoffer 5] , in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft/hebben verschaft en/of dat weg te nemen geldbedrag van 29414 euro onder zijn/haar/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van een valse sleutel, door met twee (of meer) van die [slachtoffer 5] - via oplichting verkregen - (zakelijke)bankpassen met en/of de daarbij verkregen inlogcodes/pincodes -, in ieder geval zonder toestemming van die [slachtoffer 5]
, geldbedragen van respectievelijk 8631 euro, 7232 euro en/of 8900 euro naar rekening [rekeningnummer] ten name van [naam] af te schrijven en/of over te boeken en/of een bedrag van 4651,39 euro naar rekeningnummer [rekeningnummer] ten name van [naam] en/of [naam] af te schrijven en/of over te boeken;8.
hij op of omstreeks 10 juli 2024 te Noordwijk, althans in Nederland tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, meermalen, althans eenmaal, een persoon genaamd [slachtoffer 6] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, het verlenen van een dienst, het ter beschikking
stellen van gegevens, het aangaan van een schuld en/of het teniet doen van een inschuld, te weten de afgifte van
  • twee kistjes met sieraden en/of
  • drie kettingen en/of
  • twee armbanden en/of
  • een aantal (gouden) ringen
althans (telkens) de afgifte van enig goed, hebbende verdachte en/of verdachtes medededader(s) zich met vooromschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid
  • ( telefonisch) voorgedaan aan die [slachtoffer 6] als een medewerker van de politie en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 6] - zakelijk weergegeven - gewezen op meerdere inbraken welke hadden plaatsgevonden in de buurt van de woning van die [slachtoffer 6] en/of (in die hoedanigheid) die [slachtoffer 6] aangegeven dat haar adres, de [adres]
ook op een lijst was aangetroffen van die inbrekers en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 6] aangegeven dat een collega van de politie langs zou komen om de sieraden van die [slachtoffer 6] veilig te stellen en/of te fotograferen en/of in een kluis te stoppen en/of
  • ( in die hoedanigheid) zich bij de woning van die [slachtoffer 6] aan de [adres] gemeld en/of
  • ( in die hoedanigheid) de kistjes met sieraden in ontvangst genomen van die [slachtoffer 6] en/of
  • ( in die hoedanigheid) de kluis van die [slachtoffer 6] open gedaan en/of in de kluis gekeken of er nog meer goederen in zaten en/of
  • ( in die handigheid) drie kettingen, twee armbanden en/of een aantal (gouden) ringen bij die [slachtoffer 6] afgedaan en/of (vervolgens) met alle sieraden is weggegaan;
9.
hij op of omstreeks 9 juli 2024 te Krimpen aan de Lek, binnen de gemeente Krimpenerwaard, althans in Nederland tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, ter uitvoering van het door verdachte en/of zijn mededader(s) voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, een persoon genaamd [slachtoffer 7] te bewegen tot de afgifte van enig goed, het verlenen van een dienst, het ter beschikking stellen van gegevens, het aangaan van een schuld en/of het
teniet doen van een inschuld, te weten de afgifte van een hoeveelheid sieraden, althans van enig goed en/of van enige gegevens, hebbende verdachte en/of verdachtes mededader(s)
zich met vooromschreven oogmerk -zakelijk weergegeven- valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid
  • ( telefonisch) voorgedaan aan die [slachtoffer 7] als [naam] , wijkagent van de politie Nederland en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 7] aangegeven dat er een inbraak heeft plaatsgevonden aan de [adres] te Krimpen aan de Lek en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 7] aangegeven/gewaarschuwd dat in het voertuig van de daders van die inbraak een notitieblok is aangetroffen waarin ook het adres van die [slachtoffer 7] stond, te weten [adres] te Krimpen aan de Lek en/of
  • ( in die hoedanigheid) aan die [slachtoffer 7] gevraagd of hij ook (veel) sieraden had
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 7] bewogen de sieraden van zijn vrouw bij elkaar te zoeken en/of deze klaar te leggen en/of aan te geven dat deze sieraden door de politie gescand zouden worden en/of
  • ( in die hoedanigheid) aan die [slachtoffer 7] aan te geven dat er een agent van politie genaamd [naam] langs zou komen om de sieraden te scannen en/of op te halen
  • ( in die hoedanigheid) zich gemeld bij de woning van die [slachtoffer 7] , gevestigd aan de [adres] en/of zich voorgedaan als politieagent genaamd [naam] en/of één of meer fotos van de klaargelegde sieraden gemaakt en/of
  • ( in die hoedanigheid) aan die [slachtoffer 7] aangegeven dat hij de sieraden mee zou nemen naar zijn politieauto om deze daar te scannen, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
10.
hij op of omstreeks 4 juli 2024 te Mook, binnen de gemeente Mook en Middelaar, althans in Nederland tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, ter uitvoering van het door verdachte en/of zijn mededader(s) voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, een persoon genaamd [slachtoffer 8] te bewegen tot de afgifte van enig goed, het verlenen van een dienst, het ter beschikking stellen van gegevens, het aangaan van een schuld en/of het teniet doen van een inschuld, te weten de afgifte van een hoeveelheid sieraden, althans van enig goed en/of van enige gegevens, hebbende verdachte en/of verdachtes mededader(s) zich met vooromschreven oogmerk - zakelijk weergegeven- valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid
  • ( telefonisch) aan die [slachtoffer 8] voorgedaan als een medewerker van de politie en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 8] aangegeven dat er meerdere inbraken hebben plaatsgevonden in de buurt van de woning van die [slachtoffer 8] en/of in één van de woningen waar was ingebroken een briefje was gevonden met de naam van die [slachtoffer 8] erop en/of
  • ( in die hoedanigheid) aan die [slachtoffer 8] te vragen of zij waardevolle spullen in haar huis had liggen en/of
  • ( in die hoedanigheid) aan die [slachtoffer 8] aangegeven dat een collega van de politie bij die [slachtoffer 8] aan de deur zou komen om haar waardevolle spullen mee te nemen om deze te veilig te bewaren in een kluis aan het politiebureau en/of
  • ( in die hoedanigheid) zich gemeld bij de woning van die [slachtoffer 8] , gevestigd aan de [adres] en/of
  • ( in die hoedanigheid zich voorgedaan en/of gelegitimeerd bij die [slachtoffer 8] als politieagent en/of een “politiehesje” onder zijn jas droeg en/of
  • ( in die hoedanigheid) aan die [slachtoffer 8] te vragen om haar sieraden en/of
  • toen die [slachtoffer 8] haar dochter belde omdat zij de situatie niet vertrouwde
  • ( in die hoedanigheid) uit de woning van die [slachtoffer 8] weg te rennen, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
11.
hij op of omstreeks 10 juli 2024 te Leimuiden, binnen de gemeente Kaag en Braassem, althans in Nederland tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, ter
uitvoering van het door verdachte en/of zijn mededader(s) voorgenomen misdrijf om
met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door
een samenweefsel van verdichtsels, een persoon genaamd [slachtoffer 9] te bewegen tot de afgifte van enig goed, het verlenen van een dienst, het ter beschikking stellen van gegevens, het aangaan van een schuld en/of het teniet doen van een inschuld, te weten
de afgifte van de sleutel van een kluis (en/of de inhoud van die kluis), althans van enig goed en/of van enige gegevens, hebbende verdachte en/of verdachtes mededader(s) zich met vooromschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid
  • ( telefonisch) aan die [slachtoffer 9] voorgedaan als [naam] , agent van de politie Nederland en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 9] aangegeven dat er een inbraak heeft plaatsgevonden in een straat in de buurt van de woning van die [slachtoffer 9] en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 9] aangegeven dat bij die inbraak een kluis van de muur was afgebroken en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 9] aangegeven dat er bij die inbraak een briefje was aangetroffen met meerdere namen en adressen erop, waaronder de naam en adres van die [slachtoffer 9] en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 9] aangegeven dat er een collega agent in burger bij die [slachtoffer 9] lans zou komen om de sloten van de woning te controleren en/of
  • ( in die hoedanigheid) zich gemeld bij de woning van die [slachtoffer 9] , gevestigd aan de [adres] en/of zich voorgedaan als politieagent en/of aangegeven aan die [slachtoffer 9] om de sloten van haar woning te controleren en/of
  • ( in die hoedanigheid) meegelopen in de woning van die [slachtoffer 9] en/of
  • ( in die hoedanigheid) - toen verdachte de kluis van die [slachtoffer 9] zag- te vragen aan die [slachtoffer 9] om de sleutel van die kluis en/of
  • ( in die hoedanigheid) - nadat die [slachtoffer 9] weigerde de sleutel van de kluis aan verdachte af geven en/of naar haar buren ging om hulp te halen omdat zij de situatie niet vertrouwde- weg te lopen en/of rennen uit de woning van die [slachtoffer 9] , terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf met is voltooid;
12.
hij op of omstreeks 2 juli 2024 te Driebergen-Rijsenburg, binnen de gemeente Utrechtse Heuvelrug, althans in Nederland tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het
aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, meermalen, althans eenmaal,
een persoon genaamd [slachtoffer 10] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, het verlenen van een dienst, het ter beschikking stellen van gegevens, het aangaan van een schuld en/of het teniet doen van een inschuld, te weten de afgifte van
  • een kistje met daarin een aantal gouden kettinkjes en/of een gouden ring met zwarte steen en/of
  • een gouden armband met daaraan een aantal zgn “kinderkopjes” en/of
  • een geldbedrag van tussen de 4000 euro en 5000 euro, althans een hoeveelheid briefgeld althans de afgifte van enig goed, hebbende verdachte en/of verdachtes medededader(s) zich met
vooromschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid
  • ( telefonisch) aan die [slachtoffer 10] voorgedaan [naam] en/of [naam] , in ieder geval als (een) medewerker(s) van de politie en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 10] - zakelijk weergegeven - gewezen op een inbraak welke had plaatsgevonden aan [adres] in de buurt van de woning van die [slachtoffer 10] en/of
(in die hoedanigheid) die [slachtoffer 10] aangegeven de inbreker die was aangehouden een briefje bij zich waarop ook haar adres, [adres] ook op stond en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 10] aangegeven dat een collega van de politie langs zou komen om de goederen (sieraden en/of geld) veilig te stellen en/of op te halen en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 10] aangegeven dat de collega van de politie die langs zou komende naam [naam] heeft en/of de code 8541 zou noemen en/of
  • ( in die hoedanigheid) zich bij de woning van die [slachtoffer 10] aan [adres] gemeld en/of
  • ( in die hoedanigheid) zich bij de [slachtoffer 10] voorgedaan aan [naam] met de (dienst)code 8541 en/of
  • ( in die hoedanigheid) het kistje met sieraden en/of hoeveelheid geld in ontvangst genomen van die [slachtoffer 10] en/of
  • ( in die hoedanigheid) aan die [slachtoffer 10] gevraagd om ook nog twee gouden ringen van haar hand af te doen en/of deze aan hem te geven (wat die [slachtoffer 10] weigerde) en/of
  • ( in die handigheid) met genoemde kistje met sieraden en/of geld uit de woning van die [slachtoffer 10] is weggegaan;
13.
hij op of omstreeks 10 juli 2024 te Leiden, althans in Nederland tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
meermalen, althans eenmaal, een persoon genaamd [slachtoffer 11] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, het verlenen van een dienst, het ter beschikking stellen van
gegevens, het aangaan van een schuld en/of het teniet doen van een inschuld, te weten de afgifte van
  • een (grote) hoeveelheid gouden sieraden, onder meer oorbellen, kettingen, een broche met kristallen en/of ringen (onder meer een ring met een ovale blauwe steen, een bloedkorale ketting en/of een paar oorbellen van bloedkoraal) en/of
  • een kussensloop (om genoemde sieraden in te vervoeren) en/of
  • twee horloges,
althans de afgifte van enig goed, hebbende verdachte en/of verdachtes medededader(s) zich met vooromschreven oogmerk -zakelijk weergegeven- valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid
  • ( telefonisch) aan die [slachtoffer 11] voorgesteld als [naam] , zijnde een medewerker van de politie en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 11] - zakelijk weergegeven- erop gewezen dat haar woning op een lijst stond waar zou worden ingebroken en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 11] aangegeven dat er een politieagent in burger langs zou komen bij de woning van die [slachtoffer 11] voor een controle en/of
  • ( in die hoedanigheid) zich bij de woning van die [slachtoffer 11] aan de [adres] gemeld en/of zich daarbij voorstelde als [naam] en/of
  • ( in die hoedanigheid) - nadat verdachte in de woning was - aan die [slachtoffer 11] te vragen haar waardevolle spullen te pakken en/of daarbij aan te geven dat hij deze mee wilde nemen naar zijn auto om deze te fotograferen en/of
  • ( in die hoedanigheid) aan die [slachtoffer 11] te vragen om geld en/of
  • ( in die handigheid) aan die [slachtoffer 11] te vragen een kussensloop voor hem te pakken waarin hij de sieraden in kon doen en/of in kon vervoeren en/of met genoemde afgegeven goederen is weggegaan uit de woning van die [slachtoffer 11] .
Beoordeling van het bewijs
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft veroordeling gevorderd voor alle ten laste gelegde feiten. Verdachte heeft zijn betrokkenheid bij de oplichtingen bekend.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zich op het standpunt gesteld dat verdachte ten aanzien van feit 5 en 6 partieel dient te worden vrijgesproken van de ten laste gelegde geldbedragen. Daartoe heeft de raadsman aangevoerd dat bij beide aangevers twee mannen kort na elkaar in de woning zijn geweest. Verdachte heeft in beide gevallen het contante geld niet meegenomen. Uit het dossier blijkt niet dat verdachte op enig moment een intellectuele en/of materiële bijdrage heeft geleverd aan het meenemen van contant geld door een andere verdachte.
Verder heeft de raadsman zich op het standpunt gesteld dat verdachte vrijgesproken dient te worden van feit 13. Daartoe heeft de raadsman aangevoerd dat verdachte heeft verklaard dat hij de woning niet binnen is geweest. Van enige substantiële intellectuele en/of materiële bijdrage ten aanzien van dit feit is geen sprake. Indien verdachte wel een bijdrage aan het feit heeft geleverd, is hij bovendien voor de voltooiing van het feit vrijwillig teruggetreden.
De raadsman heeft ten aanzien van feit 1, 2, 3, 7, 8, 9, 10, 11 en 12 geen bewijsverweer gevoerd.
Oordeel van de rechtbank
Bewijsmiddelen
Ten aanzien van feit 1 tot en met 12
De rechtbank acht het onder 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10, 11 en 12 ten laste gelegde feit wettig en overtuigend bewezen, zoals hierna opgenomen in de bewezenverklaring. Nu verdachte deze feiten duidelijk en ondubbelzinnig heeft bekend, volstaat de rechtbank met een opgave van de bewijsmiddelen overeenkomstig artikel 359, derde lid, tweede volzin, van het Wetboek van Strafvordering.
Ieder bewijsmiddel is -ook in onderdelen- slechts gebruikt voor het feit waarop het blijkens zijn inhoud betrekking heeft.
Deze opgave luidt als volgt:
de verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 27 maart 2025;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van aangifte d.d. 16 juli 2024, opgenomen op pagina 224 e.v.
(procesdossier 2)van het dossier van Districtsrecherche Fryslân met onderzoeksnaam Dasse en -nummer NN1R024069 d.d. 6 januari 2025, inhoudend de verklaring van aangever [slachtoffer 1] ;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van aangifte d.d. 15 juli 2024, opgenomen op pagina 200 e.v.
(procesdossier 2)van voornoemd dossier, inhoudend de verklaring van aangever [slachtoffer 2] ;
4. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van aangifte d.d. 27 juni 2024, opgenomen op pagina 273 e.v.
(procesdossier 2)van voornoemd dossier, inhoudend de verklaring van aangever [slachtoffer 3] ;
5. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van aangifte d.d. 6 juli 2024, opgenomen op pagina 306 e.v.
(procesdossier 2)van voornoemd dossier, inhoudend de verklaring van aangever [slachtoffer 4] ;
6. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van aangifte d.d. 16 juli 2024, opgenomen op pagina 324 e.v.
(procesdossier 2)van voornoemd dossier, inhoudend de verklaring van aangever [slachtoffer 5] ;
7. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van aangifte d.d. 15 augustus 2024, opgenomen op pagina 453 e.v.
(procesdossier 2)van voornoemd dossier, inhoudend de verklaring van aangever [slachtoffer 6] ;
8. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van aangifte d.d. 12 juli 2024, opgenomen op pagina 431 e.v.
(procesdossier 2)van voornoemd dossier, inhoudend de verklaring van aangever [slachtoffer 7] ;
9. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van aangifte d.d. 23 september 2024, opgenomen op pagina 518 e.v.
(procesdossier 2)van voornoemd dossier, inhoudend de verklaring van aangever [slachtoffer 8] ;
10. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van aangifte d.d. 10 juli 2024, opgenomen op pagina 539 e.v.
(procesdossier 2)van voornoemd dossier, inhoudend de verklaring van aangever [slachtoffer 9] ;
11. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van aangifte d.d. 2 juli 2024, opgenomen op pagina 559 e.v.
(procesdossier 2)van voornoemd dossier, inhoudend de verklaring van aangever [slachtoffer 10] ;
Ten aanzien van feit 13
De rechtbank acht het onder 13 ten laste gelegde feit wettig en overtuigend bewezen, zoals hierna opgenomen in de bewezenverklaring. De rechtbank past de volgende bewijsmiddelen toe die de voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden bevatten zoals hieronder zakelijk weergegeven.
De door verdachte ter zitting van 27 maart 2025 afgelegde verklaring, voor zover inhoudend: Ik zat in de auto terwijl [naam] naar binnen ging. Ik heb genavigeerd naar het adres.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van aangifte d.d. 12. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van aangifte d.d. 10 juli 2024, opgenomen op pagina 574 e.v.
(procesdossier 2)van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van aangever [slachtoffer 11] :
Plaats delict: [adres] te Leiden.
Op 10 juli werd ik gebeld op mijn vaste telefoonlijn. Mij werd het volgende aan de telefoon gezegd: “U staat op een lijst om bij ingebroken te worden. Wij komen langs om het bij u te controleren. Wij komen in burger want dat doen we altijd.” De dame aan de telefoon zou ' [naam] ' heten vertelde ze mij. Omstreeks
17
uur, kwam er een man bij mij aan de deur die zich voorstelde als ' [naam] '. Deze man liet ik de woning in en hij vroeg naar de waardevolle spullen, die wilde hij fotograferen in de auto. Ze vroegen ook naar een kussensloop om de sieraden in te doen. Ik heb een kussensloop uit mijn slaapkamer gepakt en deze aan de man gegeven. De man is ongeveer een half uur binnen geweest. Er zijn meerdere sieraden weg, wel een flinke hoeveelheid verschillende sieraden ook. Het merendeel van de sieraden zijn van goud. Onder andere oorbellen, kettingen, een broche met kristallen en meerdere ringen. Ook een ring met een ovale blauwe steen. Ik mis ook een bloedkorale (roodkleurige) ketting en een paar oorbellen van bloedkoraal. Verder zijn er ook twee horloges weggenomen, waarvan een goudkleurig en de ander met een rekbare band.
BewijsoverwegingenModus operandi
De rechtbank stelt op grond van de bewijsmiddelen vast dat de aangevers werden gebeld door een persoon die zich voordeed als medewerker van de politie. Aan de aangevers werd verteld dat er in de buurt van hun woning een inbraak had plaatsgevonden. Bij de aangehouden verdachten zou een lijst zijn aangetroffen waarop het adres van de aangever stond vermeld. Vervolgens werd er een nepagent langs gestuurd om de waardevolle spullen van de aangever in veiligheid te brengen, dan wel in te scannen, zodat de goederen bij de politie bekend waren. Deze nepagent identificeerde zich met een naam en bijbehorend dienstnummer, die door de beller aan de aangever was doorgegeven. De beller hield gedurende de oplichting de gehele tijd contact met de aangever. De waardevolle goederen, zoals sieraden, contant geld en bankpassen werden door de nepagent meegenomen. De nepagent werd vervolgens weer opgehaald door de chauffeur.
Verdachte heeft bij deze oplichtingen genavigeerd naar woningen van aangevers en deed zich in de meeste gevallen voor als politieagent en heeft de waardevolle goederen van de aangevers in ontvangst genomen en meegenomen.
Ter terechtzitting heeft verdachte verklaard dat er meerdere bellers waren en er meerdere chauffeurs met autos rondreden met nepagenten die de oplichtingen uitvoerden.
Deze modus operandi getuigt van een planmatige aanpak, intensieve samenwerking en duidelijke afstemming tussen de daarbij betrokken personen.
Feit 5 en 6
De rechtbank verwerpt het verweer van de raadsman strekkende tot partiële vrijspraak van het meegenomen contante geld en overweegt daartoe als volgt. Zowel bij aangever [slachtoffer 4] als bij aangever [slachtoffer 5] zijn kort na elkaar twee verschillende nepagenten langs geweest, die afzonderlijk van elkaar waardevolle goederen hebben meegenomen. Verdachte was een van de nepagenten. De raadsman heeft betoogd dat verdachte niet verantwoordelijk gehouden kan worden voor hetgeen de andere nepagent heeft meegenomen. Zoals de rechtbank hiervoor heeft overwogen impliceert de door de rechtbank vastgestelde werkwijze een bepaalde mate van organisatie, structuur en taakverdeling tussen de mensen die zich met deze oplichtingen bezig hielden. Verdachte was ervan op de hoogte dat er meerdere autos met nepagenten rondreden die werden aangestuurd door dezelfde medeverdachten (de zogenaamde bellers). Gelet op het vorenstaande is de rechtbank van oordeel dat er telkens sprake is geweest van een nauwe en bewuste samenwerking tussen verdachte en de tweede nepagent. Daarmee is verdachte ook verantwoordelijk voor het meenemen van het contante geld. De rechtbank vindt de onder feit 5 en 6 ten laste gelegde geldbedragen dan ook wettig en overtuigend bewezen.
Feit 13
De rechtbank verwerpt het tot vrijspraak strekkende verweer en overweegt daartoe als volgt. Verdachte heeft verklaard dat hij de woning van aangever [slachtoffer 11] niet binnen is geweest, maar in de auto op medeverdachte [medeverdachte 1] heeft gewacht. Verdachte heeft verklaard dat hij genavigeerd heeft naar het adres van de aangever, zoals ook blijkt uit het onderzoek naar zijn telefoon. De oplichtingen hebben, zoals de rechtbank hiervoor heeft overwogen, plaatsgevonden in een georganiseerd samenwerkingsverband. Door te navigeren naar het adres heeft verdachte een substantiële en wezenlijke bijdrage geleverd aan de oplichting van aangever [slachtoffer 11] . De rechtbank verwerpt het verweer dat
verdachte vrijwillig zou zijn teruggetreden. Het verweer is onvoldoende door de verdediging onderbouwd. Gelet op het voorgaande vindt de rechtbank feit 13 dan ook wettig en overtuigend bewezen.

Bewezenverklaring

De rechtbank acht feit 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10, 11, 12 en 13 wettig en overtuigend bewezen, met dien verstande dat:
1.
hij op 15 juli 2024 te Harlingen, tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk om zich en een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en van een valse hoedanigheid en door listige kunstgrepen en door een samenweefsel van verdichtsels, [slachtoffer 1] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van
  • een Creditcard ING zilverkleurig, rekeningnummer [rekeningnummer] en
  • een bankpas van de ING op naam van [slachtoffer 1] , gekoppeld aan bankrekening [rekeningnummer] en
  • een mobiele telefoon met code en toegangscode voor de bankapp op die telefoon,
hebbende verdachte en verdachtes mededaders zich met vooromschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en listiglijk en bedrieglijk en in strijd met de waarheid telefonisch voorgedaan als wijkagent van de politie Harlingen en in die hoedanigheid
  • [slachtoffer 1] gewezen op een inbraak welke had plaatsgevonden aan het [adres] en
  • [slachtoffer 1] aangegeven dat ook zijn woning op de lijst stond bij de inbrekers en
  • [slachtoffer 1] aangegeven dat het zinvol was om zijn bankpassen te blokkeren en
  • [slachtoffer 1] gevraagd om de gegevens van zijn bankpassen en pincode door te geven zodat deze geblokkeerd konden worden en
  • [slachtoffer 1] aangegeven dat deze zijn telefoon gehackt zou zijn en dat hij deze daarom moest afstaan en
  • [slachtoffer 1] heeft bewogen de gegevens van zijn pinpas en creditcard en de daarbij behorende pincodes te geven en
  • [slachtoffer 1] aangegeven dat een politieagent genaamd [naam] in burgerkleding de bankpassen en de telefoon zou ophalen en dat die politieagent een code KLPD0750 zou noemen zodat [slachtoffer 1] wist dat het om een
politieman ging en vervolgens
  • zich bij de woning van [slachtoffer 1] , gevestigd aan het [adres] gemeld en zich daarbij voorstelde als [naam] en zich legitimeerde met de code KLPD 0750 en
  • via de telefoon aan [slachtoffer 1] aangegeven dat dit inderdaad de juiste persoon was, en
  • de bankpassen en de telefoon met code en de toegangscode voor de bankapp in ontvangst genomen van [slachtoffer 1] en met deze goederen en gegevens de woning van [slachtoffer 1] heeft verlaten;
2.
hij op 15 juli 2024 te Harlingen, tezamen en in vereniging met anderen, een geldbedrag van 1950 euro, dat aan [slachtoffer 1] , toebehoorde heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte en zijn mededaders en dat weg te nemen geldbedrag van 1950 euro onder hun bereik hebben gebracht door middel van een valse sleutel, door met een van [slachtoffer 1] - via oplichting verkregen - telefoon en de daarbij verkregen inlogcode via de zich op die telefoon bevindende bankapp van de ING en de daarbij behorende en verkregen pincode, genoemd geldbedrag van 1950 euro
af te schrijven van de bankrekeningnummer [rekeningnummer] en over te boeken naar rekeningnummer [rekeningnummer] ten name van [naam] ;
3.
hij op 15 juli 2024 te Burgum, tezamen en in vereniging met anderen, ter uitvoering van het door verdachte en zijn mededaders voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich en een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en een valse hoedanigheid en door listige kunstgrepen en door een samenweefsel van verdichtsels, [slachtoffer 2] te bewegen tot de afgifte van enig goed, te weten de afgifte van een hoeveelheid sieraden en één of meer geldbedragen en een bankpas en de bij die bankpas behorende pincode en de code behorende bij het internetbankieren van die bankpas en bankrekening, hebbende verdachte en verdachtes mededaders zich met vooromschreven oogmerk valselijk en listiglijk en bedrieglijk en in strijd met de waarheid telefonisch voorgedaan als medewerker van de politie Nederland en in die hoedanigheid
  • [slachtoffer 2] aangegeven dat er een inbraak heeft plaatsgevonden aan de [adres] te Burgum en
  • [slachtoffer 2] aangegeven/gewaarschuwd dat in het voertuig van de daders van die inbraak een notitieblok is aangetroffen waarin ook het adres van [slachtoffer 2] stond, te weten [adres] te Burgum en aangegeven dat twee van de vier inbrekers van die inbraak waren ontkomen en daarmee de indruk wekkend dat deze ook nog bij de woning van [slachtoffer 2] konden komen om in te breken en
  • aan [slachtoffer 2] gevraagd of zij ook veel sieraden had en [slachtoffer 2] bewogen de uiterlijkheden van die sieraden te beschrijven en
  • [slachtoffer 2] bewogen haar sieraden bij elkaar te zoeken en deze klaar te leggen en
  • [slachtoffer 2] te vragen hoeveel geld zij op haar lopende bankrekening had staan en
  • [slachtoffer 2] te vragen om 2500 euro van haar spaarrekening over te schrijven naar de lopende bankrekening en
  • [slachtoffer 2] te vragen om de codes van het internetbankieren en om de pincode behorende bij de bankpas en
  • [slachtoffer 2] heeft bewogen aan te geven dat zij nog 643 euro en 62 cent op haar lopende rekening had staan en [slachtoffer 2] heeft bewogen 2500 euro over te schrijven van haar spaarrekening naar de lopende bankrekening en om de code van het internetbankieren en de pincode behorende bij de bankpas te geven en
  • aan [slachtoffer 2] een nieuwe code voor het internetbankieren te geven, te weten 1508 en vervolgens
  • aan [slachtoffer 2] aan te geven dat er een wijkagent van politie genaamd [naam] langs zou komen welke zich zou legitimeren met het dienstnummer KLPD 750 en welke de bankpas en sieraden op zou halen en
  • zich gemeld bij de woning van [slachtoffer 2] aan de [adres] en zich voorgedaan als politieagent genaamd [naam] , terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
4.
hij op 27 juni 2024 te Zandvoort, tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk om zich en een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en van een valse hoedanigheid en door listige kunstgrepen en door een samenweefsel van verdichtsels, [slachtoffer 3] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, te weten, de afgifte van
  • een kluissleutel en
  • 1200 euro bestaande uit 2 briefjes van 50 euro en 55 briefjes van 20 euro en
  • een grote hoeveelheid aan sieraden onder meer ringen, kettingen, armbanden, hangers, broches, horloges, hebbende verdachte en verdachtes mededaders zich met vorenomschreven oogmerk valselijk en listiglijk en bedrieglijk en in strijd met de waarheid telefonisch voorgedaan als [naam] , zijnde medewerker van de politie en in die hoedanigheid
  • [slachtoffer 3] aangegeven dat er in de buurt van de woning van [slachtoffer 3] veel ingebroken werd en een kluis was weggenomen uit een appartement in de buurt van de woning van [slachtoffer 3] en
  • [slachtoffer 3] vroeg of zij ook een kluis in haar woning had en [slachtoffer 3] heeft bewogen aan te geven dat zij inderdaad een kluis in haar woning had en
  • [slachtoffer 3] aan te geven dat ook haar spullen gestolen zouden kunnen worden en
  • aan [slachtoffer 3] aangegeven dat de politie langs zou komen om haar waardevolle spullen op te halen en zeker te stellen en
  • aan [slachtoffer 3] aangegeven dat er iemand van politie langs zou komen en zich met code 5871 zou legitimeren en
  • zich bij de woning van [slachtoffer 3] , gevestigd aan het [adres] , heeft gemeld en zich voorgesteld als [naam] en als code 5871 gaf, conform hetgeen de vrouw aan de telefoon aan [slachtoffer 3] had doorgegeven en
  • vroeg aan [slachtoffer 3] naar haar waardevolle spullen en
  • de sleutel van de kluis kreeg van [slachtoffer 3] , omdat deze zelf slecht te been was en
  • 1200 euro aan cash geld en sieraden ringen, kettingen, armbanden, hangers, broches, horloges uit de kluis van [slachtoffer 3] heeft gehaald;
5.
hij op 27 juni 2024 te Zandvoort, tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk om zich en een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en van een valse hoedanigheid en door listige kunstgrepen en door een samenweefsel van verdichtsels, meermalen, [slachtoffer 4] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, te weten de afgifte van
  • een grote hoeveelheid aan gouden sieraden onder meer 5 gouden armbandjes, 7 gouden kettingen, een schakelketting van 35 gram goud, een trouwring van de vader van [slachtoffer 4] , een gouden medaillon met fotos van vader en moeder en
  • een cash geldbedrag van ongeveer 22000 euro in briefjes van 50 euro en
  • 3 verzamelmappen met euro munten, hebbende verdachte en verdachtes mededaders zich met vooromschreven oogmerk valselijk en listiglijk en bedrieglijk en in strijd met de waarheid telefonisch voorgedaan [naam] van de politie en/of recherche Zandvoort en in die hoedanigheid
  • [slachtoffer 4] gewezen op een inbraak welke had plaatsgevonden in de buurt van de woning van [slachtoffer 4] en
  • [slachtoffer 4] aangegeven dat ook haar woning op de lijst stond bij de inbrekers en
  • [slachtoffer 4] gevraagd of [slachtoffer 4] kostbare spullen in huis had en
  • [slachtoffer 4] aangegeven dat een collega van de politie langs zou komen om de kostbare spullen te scannen, zodat later achterhaald kon worden bij een eventuele inbraak welke spullen verdwenen waren deze en
  • [slachtoffer 4] aangegeven dat een politieagent langs zou komen in burgerkleding en de kostbare spullen zou ophalen en dat die politieagent een code KLPD8904 zou noemen zodat [slachtoffer 4] wist dat het om een politieman ging en vervolgens
  • zich bij de woning van [slachtoffer 4] aan de [adres] gemeld en zich voorgesteld als [naam] en zich daarbij gelegitimeerd met de code KLPD 8904 en
  • de sieraden en cash geld in ontvangst genomen van [slachtoffer 4] en
  • op een later moment die dag een andere neppolitieagent, welke zich voorstelde als [naam] bij [slachtoffer 4] langskwam en welke aangaf dat hij nog een paar laatste mappen met (euro)munten kwam ophalen en [slachtoffer 4]
bezwoer dat hij ook van de politie was en
- drie mappen met (euro)munten in ontvangst genomen van [slachtoffer 4] ;
6.
hij op 28 juni 2024 te Zandvoort, tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk om zich en een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en van een valse hoedanigheid en door listige kunstgrepen en door een samenweefsel van verdichtsels, meermalen, [slachtoffer 5] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, te weten de afgifte van
  • een cash geldbedrag van ongeveer 21500 euro en
  • een privé bankpas en zakelijke bankpas en een mobiele telefoon, hebbende verdachte en verdachtes mededaders zich met vooromschreven oogmerk - valselijk en listiglijk en bedrieglijk en in strijd met de waarheid telefonisch aan [slachtoffer 5] voorgesteld als [naam] van de politie en/of recherche Zandvoort en in die hoedanigheid
  • [slachtoffer 5] gewezen op een inbraak welke had plaatsgevonden in de buurt van de woning van [slachtoffer 5] en
  • [slachtoffer 5] aangegeven dat een collega van de politie langs zou komen om de kostbare spullen veilig te stellen en
  • zich bij de woning van [slachtoffer 5] aan de [adres] gemeld en zich voorgesteld als [naam] en zich daarbij gelegitimeerd met de code KLPD 7501 en
  • het cash geld 21500 euro in ontvangst genomen van [slachtoffer 5] en
  • op een later moment die dag - een andere persoon bij [slachtoffer 5] langskwam en welke zich voorstelde als [naam] en zich voordeed als politieagent en zich daarbij gelegitimeerd met de code KLPD 7845 bij [slachtoffer 5] , en
  • bij [slachtoffer 5] aangaf dat hij de bankpassen en mobiele telefoon van die [slachtoffer 5] kwam ophalen en daarbij bezwoer dat hij ook van de politie was en
  • de bankpassen en mobiele telefoon in ontvangst genomen van [slachtoffer 5] ;
7.
hij op 28 juni 2024 te Zandvoort, tezamen en in vereniging met anderen, geldbedragen van in totaal 29414 euro die aan [slachtoffer 5] toebehoorden heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte en zijn mededaders dat weg te nemen geldbedrag van 29414 euro onder hun bereik hebben gebracht door middel van een valse sleutel, door met twee van [slachtoffer 5] - via oplichting verkregen zakelijke bankpassen met en de daarbij verkregen inlogcodes/pincodes -, in ieder geval zonder toestemming van [slachtoffer 5] , geldbedragen van respectievelijk 8631 euro, 7232 euro en 8900 euro naar rekening [rekeningnummer] ten name van [naam] af te schrijven en over te boeken en een bedrag van 4651,39 euro naar rekeningnummer [rekeningnummer] ten name van [naam] af te schrijven en over te boeken;
8.
hij op 10 juli 2024 te Noordwijk, tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk om zich en een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en van een valse hoedanigheid en door listige kunstgrepen en door een samenweefsel van verdichtsels, meermalen, [slachtoffer 6] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, te weten de afgifte van
  • twee kistjes met sieraden en
  • drie kettingen en
  • twee armbanden en
  • een aantal gouden ringen, hebbende verdachte en verdachtes mededaders zich met vooromschreven oogmerk valselijk en listiglijk en bedrieglijk en in strijd met de waarheid telefonisch voorgedaan aan [slachtoffer 6] als een medewerker van de politie en in die hoedanigheid
  • [slachtoffer 6] gewezen op meerdere inbraken welke hadden plaatsgevonden in de buurt van de woning van [slachtoffer 6] en
  • [slachtoffer 6] aangegeven dat haar adres, de [adres] ook op een lijst was aangetroffen van die inbrekers en
  • [slachtoffer 6] aangegeven dat een collega van de politie langs zou komen om de sieraden van [slachtoffer 6] veilig te stellen en te fotograferen en in een kluis te stoppen en
  • zich bij de woning van [slachtoffer 6] aan de [adres] gemeld en
  • de kistjes met sieraden in ontvangst genomen van [slachtoffer 6] en
  • de kluis van [slachtoffer 6] open gedaan en in de kluis gekeken of er nog meer goederen in zaten en
  • drie kettingen, twee armbanden en een aantal gouden ringen bij [slachtoffer 6] afgedaan en vervolgens met alle sieraden is weggegaan;
9.
hij op 9 juli 2024 te Krimpen aan de Lek, tezamen en in vereniging met anderen, ter uitvoering van het door verdachte en zijn mededaders voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich en een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en een valse hoedanigheid en door listige kunstgrepen en door een samenweefsel van verdichtsels, [slachtoffer 7] te bewegen tot de afgifte van enig goed, te weten de afgifte van een hoeveelheid sieraden, hebbende verdachte en verdachtes mededaders zich met vooromschreven oogmerk valselijk en listiglijk en bedrieglijk en in strijd met de waarheid telefonisch voorgedaan aan [slachtoffer 7] als [naam] , wijkagent van de politie Nederland en in die hoedanigheid
  • [slachtoffer 7] aangegeven dat er een inbraak heeft plaatsgevonden aan de [adres] te Krimpen aan de Lek en
  • [slachtoffer 7] aangegeven/gewaarschuwd dat in het voertuig van de daders van die inbraak een notitieblok is aangetroffen waarin ook het adres van [slachtoffer 7] stond, te weten [adres] te Krimpen aan de Lek en
  • aan [slachtoffer 7] gevraagd of hij ook sieraden had
  • [slachtoffer 7] bewogen de sieraden van zijn vrouw bij elkaar te zoeken en deze klaar te leggen en aan te geven dat deze sieraden door de politie gescand zouden worden en
  • aan [slachtoffer 7] aan te geven dat er een agent van politie genaamd [naam] langs zou komen om de sieraden te scannen en op te halen
  • zich gemeld bij de woning van [slachtoffer 7] , gevestigd aan de [adres] en zich voorgedaan als politieagent genaamd [naam] en één of meer fotos van de klaargelegde sieraden gemaakt en
  • aan [slachtoffer 7] aangegeven dat hij de sieraden mee zou nemen naar zijn politieauto om deze daar te scannen, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
10.
hij op 4 juli 2024 te Mook, tezamen en in vereniging met anderen, ter uitvoering van het door verdachte en zijn mededaders voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich en een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en een valse hoedanigheid en door listige kunstgrepen en door een samenweefsel van verdichtsels, [slachtoffer 8] te bewegen tot de afgifte van enig goed, te weten de afgifte van een hoeveelheid sieraden, hebbende verdachte en verdachtes mededaders zich met vooromschreven oogmerk valselijk en listiglijk en bedrieglijk en in strijd met de waarheid telefonisch aan [slachtoffer 8] voorgedaan als een medewerker van de politie en in die hoedanigheid
  • [slachtoffer 8] aangegeven dat er meerdere inbraken hebben plaatsgevonden in de buurt van de woning van [slachtoffer 8] en in één van de woningen waar was ingebroken een briefje was gevonden met de naam van [slachtoffer 8] erop en
  • aan [slachtoffer 8] te vragen of zij waardevolle spullen in haar huis had liggen en
  • aan [slachtoffer 8] aangegeven dat een collega van de politie bij [slachtoffer 8] aan de deur zou komen om haar waardevolle spullen mee te nemen om deze te veilig te bewaren in een kluis aan het politiebureau
en
  • zich gemeld bij de woning van [slachtoffer 8] , gevestigd aan de [adres] en
  • zich voorgedaan en/of gelegitimeerd bij [slachtoffer 8] als politieagent en een “politiehesje” onder zijn jas droeg en
  • aan [slachtoffer 8] te vragen om haar sieraden, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
11.
hij op 10 juli 2024 te Leimuiden, tezamen en in vereniging met anderen, ter uitvoering van het door verdachte en zijn mededaders voorgenomen misdrijf om
met het oogmerk om zich en een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en een valse hoedanigheid en door listige kunstgrepen en door
een samenweefsel van verdichtsels, [slachtoffer 9] te bewegen tot de afgifte van enig goed, te weten de afgifte van de sleutel van een kluis en de inhoud van die kluis, hebbende verdachte en verdachtes mededaders zich met vooromschreven oogmerk valselijk en listiglijk en bedrieglijk en in strijd met de waarheid telefonisch aan [slachtoffer 9] voorgedaan als [naam] , agent van de politie Nederland en in die hoedanigheid
  • [slachtoffer 9] aangegeven dat er een inbraak heeft plaatsgevonden in een straat in de buurt van de woning van [slachtoffer 9] en
  • [slachtoffer 9] aangegeven dat bij die inbraak een kluis van de muur was afgebroken en
  • [slachtoffer 9] aangegeven dat er bij die inbraak een briefje was aangetroffen met meerdere namen en adressen erop, waaronder de naam en adres van [slachtoffer 9] en
  • [slachtoffer 9] aangegeven dat er een collega agent in burger bij [slachtoffer 9] langs zou komen om de sloten van de woning te controleren en
  • zich gemeld bij de woning van [slachtoffer 9] , gevestigd aan de [adres] en zich voorgedaan als politieagent en aangegeven aan [slachtoffer 9] om de sloten van haar woning te controleren en
  • meegelopen in de woning van [slachtoffer 9] en
  • toen verdachte de kluis van [slachtoffer 9] zag - te vragen aan [slachtoffer 9] om de sleutel van die kluis, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
12.
hij op 2 juli 2024 te Driebergen-Rijsenburg, tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk om zich en een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het
aannemen van een valse naam en van een valse hoedanigheid en door listige kunstgrepen en door een samenweefsel van verdichtsels, [slachtoffer 10] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, te weten de afgifte van
  • een kistje met daarin een aantal gouden kettinkjes en een gouden ring met zwarte steen en
  • een gouden armband met daaraan een aantal zgn “kinderkopjes” en
  • een geldbedrag van tussen de 4000 euro en 5000 euro, hebbende verdachte en verdachtes mededaders zich met vooromschreven oogmerk valselijk en listiglijk en bedrieglijk en in strijd met de waarheid telefonisch aan [slachtoffer 10] voorgedaan [naam] en/of [naam] , als medewerkers van de politie en in die hoedanigheid
  • [slachtoffer 10] -gewezen op een inbraak welke had plaatsgevonden aan [adres] in de buurt van de woning van [slachtoffer 10] en
  • [slachtoffer 10] aangegeven de inbreker die was aangehouden een briefje bij zich waarop ook haar adres, [adres] ook op stond en
  • [slachtoffer 10] aangegeven dat een collega van de politie langs zou komen om sieraden en/of geld veilig te stellen en op te halen en
  • [slachtoffer 10] aangegeven dat de collega van de politie die langs zou komende naam [naam] heeft en de code 8541 zou noemen en
  • zich bij de woning van [slachtoffer 10] aan [adres] gemeld en
  • zich bij [slachtoffer 10] voorgedaan aan [naam] met de code 8541 en
  • het kistje met sieraden en hoeveelheid geld in ontvangst genomen van [slachtoffer 10] en
  • in die handigheid met genoemde kistje met sieraden en geld uit de woning van [slachtoffer 10] is weggegaan;
13.
hij op 10 juli 2024 te Leiden, tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk om zich en een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en van een valse hoedanigheid en door listige kunstgrepen en door een samenweefsel van verdichtsels, [slachtoffer 11] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, te weten de afgifte van
  • een hoeveelheid gouden sieraden, onder meer oorbellen, kettingen, een broche met kristallen en/of ringen onder meer een ring met een ovale blauwe steen, een bloedkoralen ketting en/of een paar oorbellen van bloedkoraal en
  • een kussensloop om genoemde sieraden in te vervoeren en
  • twee horloges, hebbende verdachte en verdachtes mededaders zich met vooromschreven oogmerk valselijk en listiglijk en bedrieglijk en in strijd met de waarheid telefonisch aan [slachtoffer 11] voorgesteld als [naam] , zijnde een medewerker van de politie en
  • in die hoedanigheid [slachtoffer 11] erop gewezen dat haar woning op een lijst stond waar zou worden ingebroken en in die hoedanigheid
  • [slachtoffer 11] aangegeven dat er een politieagent in burger langs zou komen bij de woning van [slachtoffer 11] voor een controle en
  • zich bij de woning van [slachtoffer 11] aan de [adres] gemeld en zich daarbij voorstelde als [naam] en
  • nadat verdachte in de woning was aan [slachtoffer 11] te vragen haar waardevolle spullen te pakken en daarbij aan te geven dat hij deze mee wilde nemen naar zijn auto om deze te fotograferen en
  • aan [slachtoffer 11] te vragen om geld en
  • aan [slachtoffer 11] te vragen een kussensloop voor hem te pakken waarin hij de sieraden in kon doen en in kon vervoeren en met genoemde afgegeven goederen is weggegaan uit de woning van [slachtoffer 11] .
Verdachte zal van het meer of anders ten laste gelegde worden vrijgesproken, aangezien de rechtbank dat niet bewezen acht.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Het bewezen verklaarde levert op:
1. medeplegen van oplichting;
2. diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van valse sleutels;
3. medeplegen van poging tot oplichting;
4. medeplegen van oplichting;
5. medeplegen van oplichting, meermalen gepleegd;
6. medeplegen van oplichting, meermalen gepleegd;
7. diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van valse sleutels;
8. medeplegen van oplichting;
9. medeplegen van poging tot oplichting;
10. medeplegen van poging tot oplichting;
11. medeplegen van poging tot oplichting;
12. medeplegen van oplichting;
13. medeplegen van oplichting.
Deze feiten zijn strafbaar nu geen omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid uitsluiten.
Samenloop
De raadsman heeft bepleit dat de feiten 1 en 2 en de feiten 6 en 7 moeten worden beschouwd als een voortgezette handeling als bedoeld in artikel 56 van het Wetboek van Strafrecht. De rechtbank is echter van oordeel dat bij voornoemde feiten sprake is van meerdere op zichzelf staande handelingen en wilsbesluiten. Daarom is naar het oordeel van de rechtbank sprake van meerdaadse samenloop als bedoeld in artikel 57 van het Wetboek van Strafrecht en niet van een voortgezette handeling.
De rechtbank zal ten aanzien van deze feiten toepassing geven aan de regeling van de meerdaadse samenloop.

Strafbaarheid van verdachte

De rechtbank acht verdachte strafbaar nu niet van enige strafuitsluitingsgrond is gebleken.
Strafmotivering
Vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte voor alle ten laste gelegde feiten wordt veroordeeld tot een onvoorwaardelijke jeugddetentie gelijk aan het voorarrest, een voorwaardelijke jeugddetentie van 201 dagen met een proeftijd van twee jaren en de door de Raad geadviseerde en ter terechtzitting van 27 maart 2025 aangevulde bijzondere voorwaarden, alsmede een werkstraf van 160 uren.
Standpunt van de verdediging
De raadsman kan zich vinden in de door de officier van justitie gevorderde straf.
Oordeel van de rechtbank
Bij de bepaling van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de aard en de ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan, de persoon van verdachte zoals deze naar voren is gekomen uit het onderzoek ter terechtzitting en de over hem opgemaakte rapportages, het verdachte betreffende uittreksel uit de justitiële documentatie, alsmede de vordering van de officier van justitie en het pleidooi van de raadsman.
Ernst van de feiten
Verdachte heeft zich gedurende een periode van bijna drie weken samen met anderen schuldig gemaakt aan een groot aantal oplichtingen en pogingen daartoe. Door middel van babbeltrucs zijn van op leeftijd zijnde slachtoffers, op slinkse wijze grote hoeveelheden sieraden, geld en andere kostbaarheden bemachtigd. Verdachte en zijn medeverdachten hebben zich hierbij voorgedaan als medewerkers van de politie, en hebben misbruik gemaakt van het vertrouwen dat zij bij de slachtoffers wisten te winnen. Bij één van de slachtoffers heeft verdachte de sieraden die zij droeg bij haar afgedaan en meegenomen. De slachtoffers zijn veelal ouder dan tachtig jaar en het oudste slachtoffer was bijna 94 jaar. De rechtbank vindt het extra kwalijk dat juist oudere mensen tot slachtoffers zijn gemaakt, gelet op hun grotere kwetsbaarheid en afhankelijkheid van anderen. Met zijn handelen heeft verdachte het vertrouwen van de slachtoffers in de politie en de medemens, van wie oudere mensen vaak afhankelijk zijn, in ernstige mate geschaad. Uit de aangiftes, de toelichtingen bij de vorderingen tot schadevergoeding en de schriftelijke slachtofferverklaringen is gebleken dat de impact van het handelen van verdachte en zijn mededaders op het leven van de slachtoffers groot is geweest en dat zij ook nu nog steeds de gevolgen van die daden ondervinden. Naast emotionele schade heeft verdachte met zijn mededaders ook grote financiële schade aangericht. Uit de aangiften blijkt dat er voor een bedrag van 155.192,91 buit is gemaakt. Met zijn handelen heeft verdachte alleen oog gehad voor zijn eigen financiële gewin.
Persoon van de verdachte
Naast de ernst van de feiten houdt de rechtbank rekening met de persoonlijke omstandigheden van verdachte. Verdachte was ten tijde van het plegen van de bewezen verklaarde feiten 17 jaar. Uit de justitiële documentatie van 19 februari 2025 blijkt dat verdachte niet eerder is veroordeeld voor soortgelijke feiten. Verdachte heeft de bewezen verklaarde feiten echter gepleegd terwijl zijn voorlopige hechtenis in een strafzaak waarin hij wordt verdacht van drugshandel, was geschorst. De schorsing onder (strenge) bijzondere voorwaarden en het daarbij horende reclasseringstoezicht hebben verdachte er kennelijk niet van weerhouden om strafbare feiten te plegen.
De rechtbank heeft daarnaast gelet op rapport van de Raad voor de Kinderbescherming (hierna: de Raad) van 13 maart 2025. De Raad ziet zorgen op het gebied van relaties, financiën, houding, vrijetijdsbesteding en vaardigheden. Verdachte geeft weinig openheid van zaken, waardoor er onder meer weinig inzicht is verkregen in het sociale netwerk van verdachte. Tijdens de schorsing van de voorlopige hechtenis is verdachte slachtoffer geworden van een schietincident, waarbij hij in zijn been is geschoten. Verdachte heeft hiervan geen aangifte willen doen. Het sociale netwerk van verdachte wordt dan ook als zorgelijk beschouwd. De Raad schat het risico op recidive in als gemiddeld. Tijdens de schorsing is gebleken dat verdachte behoefte heeft aan duidelijke en strakke kaders. Bij een veroordeling adviseert de Raad een voorwaardelijke jeugddetentie met als bijzondere voorwaarden een meldplicht, een dagbesteding of het volgen van onderwijs, inzage in het sociale netwerk, een contactverbod met de medeverdachten en het meewerken aan de al bestaande hulp en behandeling van [instelling] en [instelling] / [instelling] .
Daarnaast adviseert de Raad een onvoorwaardelijke werkstraf. De Raad adviseert om de volwassenreclassering met het toezicht te belasten. De jeugdreclasseringsmaatregel heeft onvoldoende tot gedragsverandering geleid. Daarnaast sluit de volwassenreclassering beter aan bij de problematiek van verdachte.
De rechtbank heeft tot slot gelet op het rapport van de Jeugdreclassering van 7 maart 2025. De voorlopige hechtenis van verdachte is geschorst onder een aantal voorwaarden, waaronder een jeugdreclasseringsmaatregel. Aanvankelijk heeft verdachte goed meegewerkt aan de schorsingsvoorwaarden. Nadat de strakke kaders van de schorsing werden versoepeld, ging verdachte steeds meer zijn eigen gang. Tijdens het toezicht hebben er onvoldoende positieve veranderingen plaatsgevonden en is er onvoldoende zicht op zijn netwerk gekomen. De jeugdreclassering adviseert daarom de volwassenreclassering met het toezicht te belasten.
Op te leggen straf
Naar het oordeel van de rechtbank rechtvaardigen de aard en de ernst van de bewezen verklaarde feiten oplegging van een onvoorwaardelijke jeugddetentie. Ondanks de ernst van de feiten, zal de rechtbank, zoals door de officier van justitie is geëist, aan verdachte geen langere detentie opleggen dan dat het voorarrest heeft geduurd.
Alles afwegende is de rechtbank van oordeel dat een jeugddetentie van 240 dagen, met aftrek van de dagen doorgebracht in voorarrest, waarvan 201 dagen voorwaardelijk, passend en oplegging daarvan geboden is. De rechtbank zal aan het voorwaardelijke strafdeel de door de Raad geformuleerde bijzondere voorwaarden verbinden, en zal daaraan toevoegen dat verdachte inzicht in zijn sociale netwerk zal geven, waaraan verdachte zich gedurende een proeftijd van twee jaren moet houden. Gelet op de inhoud van het reclasseringsadvies zal de rechtbank daarbij bepalen dat de volwassenreclassering het toezicht uitoefent. De volwassenreclassering sluit beter bij de problematiek van verdachte aan.
Benadeelde partij
Ten aanzien van feit 1 en 2
[slachtoffer 1] heeft zich als benadeelde partij in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Gevorderd wordt een bedrag van 3.582,00 ter vergoeding van materiële schade, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum waarop de schade is ontstaan.
Ten aanzien van feit 4
[slachtoffer 3] heeft zich als benadeelde partij in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Gevorderd wordt een bedrag van 63.070,00 ter vergoeding van materiële schade en 500,00 ter vergoeding van immateriële schade, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum waarop de schade is ontstaan.
Ten aanzien van feit 5
[slachtoffer 4] heeft zich als benadeelde partij in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Gevorderd wordt een bedrag van 23.291,89 ter vergoeding van materiële schade en 500,00 ter vergoeding van immateriële schade, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum waarop de schade is ontstaan.
Ten aanzien van feit 6 en 7
[slachtoffer 5] heeft zich als benadeelde partij in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Gevorderd wordt een bedrag van 50.914,39 ter vergoeding van materiële schade, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum waarop de schade is ontstaan.
Ten aanzien van feit 12
[slachtoffer 10] heeft zich als benadeelde partij in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Gevorderd wordt een bedrag van 14.280,00 ter vergoeding van materiële schade en 500,00 ter vergoeding van immateriële schade, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum waarop de schade is ontstaan.
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de vorderingen voor hoofdelijke toewijzing in aanmerking komen, te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zich op het standpunt gesteld dat, indien er een vordering zal worden toegewezen, de vordering voor de helft moet worden toegewezen, gelet op de jonge leeftijd van verdachte en het feit dat hij geen contact meer heeft met de medeverdachte.
Ten aanzien van de vordering [slachtoffer 1]
De raadsman heeft de vordering, met uitzondering van de kosten met betrekking tot de telefoon en bijbehorend telefoonhoesje, niet betwist. De telefoon en het bijbehorende telefoonhoesje zijn door de politie aan de benadeelde partij teruggegeven en daarom is er geen schade.
Ten aanzien van de vordering van [slachtoffer 3]
De raadsman heeft zich op het standpunt gesteld dat de vordering ten aanzien van de sieraden onvoldoende is onderbouwd. In de vordering worden meer sieraden aangegeven dan de benadeelde partij in de aangifte heeft genoemd. Verdachte ontkent de hoeveelheid die genoemd wordt in de vordering.
Daarnaast biedt het taxatierapport onvoldoende onderbouwing voor de waarde van de sieraden. Ten aanzien van de overige schadeposten heeft de raadsman geen verweer gevoerd.
Ten aanzien van de vordering van [slachtoffer 4]
De raadsman heeft zich op het standpunt gesteld dat de vordering ten aanzien van het weggenomen contante geldbedrag uit de kluis ter hoogte van 6.500,00 onvoldoende is onderbouwd.
Ten aanzien van de overige schadeposten heeft de raadsman geen verweer gevoerd.
Ten aanzien van de vordering van [slachtoffer 5]
De raadsman heeft zich, gelet op de door hem bepleite partiële vrijspraak, primair op het standpunt gesteld dat de benadeelde partij ten aanzien van de schadepost betreffende het contante geld niet- ontvankelijk verklaard dient te worden. Subsidiair heeft de raadsman zich op het standpunt gesteld dat onvoldoende is onderbouwd dat de benadeelde partij het gevorderde contante geldbedrag in zijn kluis had bewaard.
Daarnaast heeft de raadsman betoogd dat een bedrag van 3.751,48 in mindering gebracht moet worden op de vordering, omdat dit bedrag terug is geboekt naar de aangever.
Ten aanzien van de overige schadeposten heeft de raadsman geen verweer gevoerd.
Ten aanzien van de vordering van [slachtoffer 10]
De raadsman heeft ten aanzien van de vordering van [slachtoffer 10] geen verweer gevoerd.
Oordeel van de rechtbank
Algemeen
De rechtbank zal, voor zover de vorderingen worden toegewezen, het verzoek van de raadsman om de vorderingen voor de helft toe te wijzen niet volgen. Verdachte heeft de feiten samen met anderen gepleegd en is derhalve hoofdelijk aansprakelijk voor de geleden schade. Daar komt bij dat de benadeelde partijen niet belast moeten worden met het innen van de schadevergoedingen. Van bijzondere omstandigheden die tot een ander oordeel zouden moet leiden, is de rechtbank niet gebleken.
Immateriële schadevergoeding
De benadeelde partijen [slachtoffer 3] , [slachtoffer 4] en [slachtoffer 10] hebben onder andere vergoeding van immateriële schade gevorderd ( 500,00). Indien geen sprake is van lichamelijk letsel, zoals in dit geval, kan op grond van artikel 6:106 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek (BW) slechts een vergoeding voor immateriële schade worden toegekend indien de benadeelde partij in zijn eer of goede naam is geschaad of op andere wijze in zijn persoon is aangetast.
De rechtbank is van oordeel dat de benadeelde partijen als gevolg van deze feiten op andere wijze in de persoon zijn aangetast. De rechtbank komt tot dit oordeel op grond van de aard en de ernst van de bewezen verklaarde feiten in samenhang met wat de benadeelde partijen hebben verklaard over de gevolgen die zij daarvan hebben ondervonden. De rechtbank zal de vorderingen tot vergoeding van immateriële schade van bovengenoemde benadeelde partijen dan ook toewijzen.
Ten aanzien van de vordering [slachtoffer 1]
De rechtbank is van oordeel dat de schadepost betreffende de afschrijving van de bankrekening van de benadeelde partij ( 1.950,00) dient te worden toegewezen. Naar het oordeel van de rechtbank blijkt uit het dossier dat de benadeelde partij de gestelde schade heeft geleden en dat deze schade een rechtstreeks gevolg is van het bewezen verklaarde feit. De hoogte van deze schadepost is niet door de verdediging betwist en zal daarom worden toegewezen.
De rechtbank is daarnaast van oordeel dat de schadepost betreffende de iPhone en de bijbehorende case ( 578,00) eveneens dient te worden toegewezen. Naar het oordeel van de rechtbank is voldoende aannemelijk dat de benadeelde partij de gestelde schade heeft geleden en dat deze schade een rechtstreeks gevolg is van het bewezen verklaarde feit. Verdachte heeft de telefoon meegenomen en in een put gegooid. Een dag na de oplichting heeft de benadeelde partij een nieuwe telefoon aangeschaft. Dat de benadeelde partij, nadat hij een nieuwe telefoon had aangeschaft, de door oplichting weggenomen telefoon van de politie heeft teruggekregen, doet daar naar het oordeel van de rechtbank niet aan af.
Ten aanzien van de vordering [slachtoffer 3]
De rechtbank is van oordeel dat de schadepost betreffende het contante geld
( 1.200,00) dient te worden toegewezen. Naar het oordeel van de rechtbank is voldoende aannemelijk dat de benadeelde partij de gestelde schade heeft geleden en dat deze schade een rechtstreeks gevolg is van het bewezen verklaarde feit. De hoogte van deze schadepost is niet door de verdediging betwist en zal daarom worden toegewezen.
Ten aanzien van de schadepost betreffende de sieraden ( 64.370,00) overweegt de rechtbank als volgt. De benadeelde partij heeft de schadepost onderbouwd middels een taxatierapport. De raadsman heeft aangevoerd dat een adequate waardebepaling ontbreekt. De rechtbank is van oordeel dat de schadepost betreffende de sieraden voldoende onderbouwd is voor ten minste de helft van de gevorderde waarde. De rechtbank zal de schadepost dan ook voor de helft toewijzen en het bedrag matigen met inachtneming van de reeds vergoede schade door de verzekering, te weten 2.500,00. De rechtbank zal derhalve de schadepost toewijzen tot een bedrag van 29.685,00 en de benadeelde partij voor het overige deel
( 32.185,00) niet-ontvankelijk verklaren. Dit deel van de vordering kan slechts bij de burgerlijke rechter worden aangebracht.
Ten aanzien van de vordering [slachtoffer 4]
De rechtbank is van oordeel dat de schadeposten betreffende de sieraden
( 1.550,00) dient te worden toegewezen. Naar het oordeel van de rechtbank is voldoende aannemelijk dat de benadeelde partij de gestelde schade heeft geleden en dat deze schade een rechtstreeks gevolg is van het bewezen verklaarde feit. De hoogte van deze schadeposten is niet door de verdediging betwist en zal daarom worden toegewezen.
De rechtbank is daarnaast van oordeel dat de schadepost betreffende het contante geldbedrag
( 21.500,00) eveneens dient te worden toegewezen. De rechtbank ziet geen reden om te twijfelen aan de juistheid en betrouwbaarheid van de aangifte en is daarmee van oordeel dat deze schade een rechtstreeks gevolg is van het bewezen verklaarde feit.
Ten aanzien van de gevorderde beveiligingskosten ( 241,89) zal de benadeelde partij niet-ontvankelijk worden verklaard, nu onvoldoende is komen vast te staan dat de schade waarvan vergoeding wordt gevorderd rechtstreeks verband houdt met het bewezen verklaarde feit. De rechtbank zal daarom bepalen dat de benadeelde partij in de vordering niet ontvankelijk is. De vordering kan slechts bij de burgerlijke rechter worden aangebracht.
Ten aanzien van de vordering [slachtoffer 5]
De rechtbank is van oordeel dat de schadepost betreffende het contante geldbedrag ( 21.500,00) voldoende is onderbouwd. De rechtbank ziet geen aanleiding om te twijfelen aan de juistheid en betrouwbaarheid van de aangifte. Daarmee is naar het oordeel van de rechtbank voldoende aannemelijk dat de benadeelde partij de gestelde schade heeft geleden en dat deze schade een rechtstreeks gevolg is van het bewezen verklaarde feit. De rechtbank zal de schadepost dan ook toewijzen.
Daarnaast is de rechtbank van oordeel dat de schadepost betreffende de afgeschreven geldbedragen van de bankrekening van de benadeelde partij toegewezen kan worden, met uitzondering van het bedrag 3.751,39, omdat dit bedrag op de bankrekening van de benadeelde partij is teruggeboekt. De rechtbank zal dit deel van de vordering afwijzen. Het overige bedrag ( 25.663,00), acht de rechtbank toewijsbaar. De rechtbank acht het voldoende aannemelijk dat de benadeelde partij de gestelde schade heeft geleden en dat deze schade een rechtstreeks gevolg is van het bewezen verklaarde feit.
Ten aanzien van de vordering [slachtoffer 10]
De rechtbank is van oordeel dat de schadeposten betreffende de weggenomen sieraden
( 10.280,00) en het weggenomen geldbedrag ( 4.000,00) dienen te worden toegewezen. Naar het oordeel van de rechtbank is voldoende aannemelijk dat de benadeelde partij de gestelde schade heeft geleden en dat deze schade een rechtstreeks gevolg is van het bewezen verklaarde feit. De hoogte van deze schadeposten is niet door de verdediging betwist en zal daarom worden toegewezen.
Hoofdelijkheid
De rechtbank stelt ten aanzien van alle vorderingen vast dat verdachte de bewezen verklaarde feiten samen met anderen heeft gepleegd en dat zij naar civielrechtelijke maatstaven hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de schade. De rechtbank zal daarom telkens bepalen dat verdachte de schadevergoeding niet meer aan de benadeelde partij hoeft te betalen indien (één van) zijn medeverdachte(n) deze al hebben betaald, en andersom.
Schadevergoedingsmaatregel
Nu de aansprakelijkheid van verdachte vaststaat, zal de rechtbank telkens de schadevergoedingsmaatregel hoofdelijk opleggen om te bevorderen dat verdachte de schade zal vergoeden. Het aantal dagen dat gijzeling kan worden toegepast bepaalt de rechtbank vanwege de toepassing van het jeugdstrafrecht telkens op nul.
Veroordeling in de kosten
De rechtbank zal verdachte telkens veroordelen in de kosten die de benadeelde partijen tot aan deze uitspraak in verband met de vordering hebben gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en in de kosten die de benadeelde partijen ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog moeten maken.
Wettelijke rente
De rechtbank zal de gevorderde wettelijke rente over de toegewezen schadebedragen telkens toewijzen vanaf de datum van het ontstaan van de schade. Ook ten aanzien van de schadevergoedingsmaatregel zal dit worden bepaald.

De inbeslaggenomen goederen

Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat het inbeslaggenomen geldbedrag zal worden verbeurdverklaard.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft geen standpunt ingenomen over het beslag.
Oordeel van de rechtbank
De rechtbank acht het in beslaggenomen geldbedrag vatbaar voor verbeurdverklaring, omdat het geldbedrag door het plegen van het strafbare feit is verkregen en aan verdachte toebehoort.

Toepassing van wetsartikelen

De rechtbank heeft gelet op de artikelen 33, 33a, 36f, 45, 47, 77a, 77g, 77i, 77m, 77n, 77x, 77y, 77z, 77aa, 77gg, 311 en 326 van het Wetboek van Strafrecht.
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij ten tijde van het bewezen verklaarde rechtens golden dan wel ten tijde van deze uitspraak gelden.

Uitspraak

De rechtbank

Verklaart het onder 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10, 11, 12 en 13 ten laste gelegde bewezen, te kwalificeren en strafbaar zoals voormeld en verdachte daarvoor strafbaar.
Verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan het bewezen verklaarde en spreekt verdachte daarvan vrij.
Veroordeelt verdachte tot:

Een jeugddetentie voor de duur van 240 dagen.

Bepaalt dat van deze gevangenisstraf
een gedeelte, groot 201 dagen, niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, op grond, dat de veroordeelde voor het einde van of gedurende de proeftijd, die hierbij wordt vastgesteld op
2 jaren, de hierna te noemen voorwaarden niet heeft nageleefd.
Beveelt dat de tijd die de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf, geheel in mindering zal worden gebracht.
Voorwaarde is, dat de veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig zal maken aan een strafbaar feit.
Stelt als bijzondere voorwaarden:
1. dat de veroordeelde zich binnen 14 dagen na het onherroepelijk worden van de uitspraak meldt bij Reclassering Nederland, Wibautstraat 12 te Amsterdam, en dat hij zich daarna gedurende de proeftijd zal blijven melden zo lang en zo vaak als deze instelling dat nodig vindt;
2. dat de veroordeelde onderwijs volgt en/of een andere dagbesteding heeft;
3. dat de veroordeelde op geen enkele wijze - direct of indirect - contact zoekt of heeft met zijn medeverdachten [medeverdachte 1] (geboren op [geboortedatum] 2004), [medeverdachte 2] (geboren op [geboortedatum] 1997) en [medeverdachte 3] (geboren op [geboortedatum] 2002), zolang de reclassering dit nodig vindt;
4. dat de veroordeelde meewerkt aan hulpverlening en behandeling van [instelling] en [instelling] / [instelling] , of een soortgelijke zorgverlener, zulks ter bepaling door de reclassering, waarbij veroordeelde zich zal houden aan de huisregels en de aanwijzingen die hem in het kader van die hulpverlening en behandeling zullen worden gegeven;
5. dat de veroordeelde inzicht zal geven in zijn sociale netwerk en dat hij de aanwijzingen van de reclassering daarover zal volgen.
Geeft aan voornoemde reclasseringsinstelling de opdracht als bedoeld in artikel 14c, zesde lid, van het Wetboek van Strafrecht toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden.
Voorwaarden daarbij zijn dat de veroordeelde gedurende de proeftijd:
  • ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking zal verlenen aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
  • medewerking zal verlenen aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 77aa, eerste tot en met het vierde lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit nodig vindt, daaronder begrepen.

Een taakstraf, bestaande uit een werkstraf, voor de duur van 160 uren.

Beveelt dat voor het geval de veroordeelde de taakstraf niet naar behoren verricht, vervangende jeugddetentie voor de duur van 80 dagen zal worden toegepast.
Heft op het geschorste bevel tot voorlopige hechtenis.

Benadeelde partijen

Ten aanzien van feit 1 en 2
Wijst de vordering van de benadeelde partij toe en veroordeelt verdachte hoofdelijk, aldus dat als een mededader betaalt, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd, om aan
[slachtoffer 1]te betalen:
  • het bedrag van 2.528,00 (zegge: tweeduizendvijfhonderdachtentwintig euro);
  • de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 15 juli 2024 tot de dag van algehele voldoening;
  • de proceskosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak alsnog zal maken, tot heden begroot op nihil.
Legt aan verdachte hoofdelijk, aldus dat als een mededader betaalt verdachte in zoverre zal zijn bevrijd, de verplichting op om ten behoeve van [slachtoffer 1] aan de Staat te betalen een bedrag van 2.528,00 (zegge: tweeduizendvijfhonderdachtentwintig euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 15 juli 2024 tot de dag van algehele voldoening. Dit bedrag bestaat uit materiële schade.
Bepaalt de duur waarvoor gijzeling kan worden toegepast op 0 dagen.
Bepaalt dat als verdachte of een mededader voldoet aan de betalingsverplichting aan de benadeelde partij of aan de Staat, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd van de betalingsverplichting aan beiden.
Ten aanzien van feit 4
Wijst de vordering van de benadeelde partij toe tot het hierna te noemen bedrag en veroordeelt verdachte hoofdelijk, aldus dat als een mededader betaalt, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd, om aan
[slachtoffer 3]te betalen:
  • het bedrag van 31.385,00 (zegge: drieduizenddriehonderdvijfentachtig euro);
  • de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 27 juni 2024 tot de dag van algehele voldoening;
  • de proceskosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak alsnog zal maken, tot heden begroot op nihil.
Verklaart de vordering van [slachtoffer 3] voor het overige niet-ontvankelijk. Dit deel van de vordering kan slechts bij de burgerlijke rechter worden aangebracht.
Legt aan verdachte hoofdelijk, aldus dat als een mededader betaalt verdachte in zoverre zal zijn bevrijd, de verplichting op om ten behoeve van [slachtoffer 3] aan de Staat te betalen een bedrag van 31.385,00 (zegge: drieduizenddriehonderdvijfentachtig euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 27 juni 2024 tot de dag van algehele voldoening. Dit bedrag bestaat uit 30.885,00 aan materiële schade en 500,00 aan immateriële schade.
Bepaalt de duur waarvoor gijzeling kan worden toegepast op 0 dagen.
Bepaalt dat als verdachte of een mededader voldoet aan de betalingsverplichting aan de benadeelde partij of aan de Staat, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd van de betalingsverplichting aan beiden.
Ten aanzien van feit 5
Wijst de vordering van de benadeelde partij toe en veroordeelt verdachte hoofdelijk, aldus dat als een mededader betaalt, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd, om aan
[slachtoffer 4]te betalen:
  • het bedrag van 23.550,00 (zegge: drieëntwintigduizendvijfhonderdvijftig euro);
  • de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 27 juni 2024 tot de dag van algehele voldoening;
  • de proceskosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak alsnog zal maken, tot heden begroot op nihil.
Legt aan verdachte hoofdelijk, aldus dat als een mededader betaalt verdachte in zoverre zal zijn bevrijd, de verplichting op om ten behoeve van [slachtoffer 4] aan de Staat te betalen een bedrag van 23.550,00 (zegge: drieëntwintigduizendvijfhonderdvijftig euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 27 juni 2024 tot de dag van algehele voldoening. Dit bedrag bestaat uit 23.050,00 aan materiële schade en 500,00 aan immateriële schade.
Bepaalt de duur waarvoor gijzeling kan worden toegepast op 0 dagen.
Bepaalt dat als verdachte of een mededader voldoet aan de betalingsverplichting aan de benadeelde partij of aan de Staat, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd van de betalingsverplichting aan beiden.
Ten aanzien van feit 6 en 7
Wijst de vordering van de benadeelde partij toe tot het hierna te noemen bedrag en veroordeelt verdachte hoofdelijk, aldus dat als een mededader betaalt, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd, om aan
[slachtoffer 5]te betalen:
  • het bedrag van 47.163,00 (zegge: zevenenveertigduizendhonderddrieënzestig euro);
  • de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 28 juni 2024 tot de dag van algehele voldoening;
  • de proceskosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak alsnog zal maken, tot heden begroot op nihil.
Wijst de vordering van [slachtoffer 5] voor het overige af.
Legt aan verdachte hoofdelijk, aldus dat als een mededader betaalt verdachte in zoverre zal zijn bevrijd, de verplichting op om ten behoeve van [slachtoffer 5] aan de Staat te betalen een bedrag van 47.163,00 (zegge: zevenenveertigduizendhonderddrieënzestig euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 28 juni 2024 tot de dag van algehele voldoening. Dit bedrag bestaat uit materiële schade.
Bepaalt de duur waarvoor gijzeling kan worden toegepast op 0 dagen.
Bepaalt dat als verdachte of een mededader voldoet aan de betalingsverplichting aan de benadeelde partij of aan de Staat, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd van de betalingsverplichting aan beiden.
Ten aanzien van feit 12
Wijst de vordering van de benadeelde partij toe en veroordeelt verdachte hoofdelijk, aldus dat als een mededader betaalt, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd, om aan
[slachtoffer 10]te betalen:
  • het bedrag van 14.780,00 (zegge: veertienduizendzevenhonderdtachtig euro);
  • de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 2 juli 2024 tot de dag van algehele voldoening;
  • de proceskosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak alsnog zal maken, tot heden begroot op nihil.
Legt aan verdachte hoofdelijk, aldus dat als een mededader betaalt verdachte in zoverre zal zijn bevrijd, de verplichting op om ten behoeve van [slachtoffer 10] aan de Staat te betalen een bedrag van 14.780,00 (zegge: veertienduizendzevenhonderdtachtig euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 2 juli 2024 tot de dag van algehele voldoening. Dit bedrag bestaat uit 14.280,00 aan materiële schade en 500,00 aan immateriële schade.
Bepaalt de duur waarvoor gijzeling kan worden toegepast op 0 dagen.
Bepaalt dat als verdachte of een mededader voldoet aan de betalingsverplichting aan de benadeelde partij of aan de Staat, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd van de betalingsverplichting aan beiden.

Verklaart verbeurd het volgende inbeslaggenomen goed:

100,00 (goednummer: PL0100-2024189477-G1736210)
Dit vonnis is gewezen door mr. M.J. Dijkstra, voorzitter, tevens kinderrechter, mr. M. Brinksma en mr.
J.H.S. Kroeze, rechters, bijgestaan door mr. R.D. Ensel, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 10 april 2025.