ECLI:NL:RBNNE:2025:1758

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
16 april 2025
Publicatiedatum
9 mei 2025
Zaaknummer
11227722 BU VERZ 24-1641
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Mondelinge uitspraak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verkeersovertreding en boete opgelegd op grond van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften

Op 16 april 2025 heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in een zaak betreffende een opgelegde boete op grond van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wahv). De betrokkene, die op 11 september 2023 om 07:40 uur met een motorfiets een verkeerslicht negeerde dat op rood stond, kreeg een boete van € 289,00 opgelegd. De overtreding vond plaats op de N372 bij de kruising Oosteinde in Roden. De betrokkene heeft tegen de boete beroep ingesteld bij de officier van justitie, maar deze verklaarde het beroep ongegrond. Vervolgens heeft de betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter, die de zaak op 16 april 2025 heeft behandeld. Tijdens de zitting was de vertegenwoordigster van de officier van justitie, mr. P. Veenstra, aanwezig. De gemachtigde van de betrokkene voerde aan dat zijn cliënt op de streep reed en niet in de baan voor linksaf. De kantonrechter heeft echter vastgesteld dat de betrokkene zich aan de rechterzijde van de voorsorteerstrook voor linksafslaand verkeer bevond en niet is gestopt bij de stopstreep terwijl het verkeerslicht voor die strook op rood stond. De kantonrechter heeft geconcludeerd dat de gedraging is verricht en dat de boete terecht is opgelegd. De proceskosten komen niet voor vergoeding in aanmerking. De uitspraak werd gedaan door mr. V.A.G. van Dijk, kantonrechter, in aanwezigheid van mr. W.B. Jongsma, griffier.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Zittingsplaats Assen
Bestuursrecht
beschikkingsnummer: 260971568
zaaknummer: 11227722 BU VERZ 24-1641
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak gedaan op de openbare zitting van 16 april 2025
in de zaak van

[betrokkene] (de betrokkene),

die woont in [woonplaats],
(gemachtigde: M.J.M. Bergers, Boete.nu).

Inleiding

1. Aan betrokkene is een boete opgelegd op grond van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wahv). De verkeersovertreding waarvoor de boete is opgelegd is: ‘doorgaan bij een driekleurig verkeerslicht (stoplicht) dat op rood staat’, verricht op 11 september 2023, om 07:40 uur, op de N372 Noordholt kruising Oosteinde in Roden, met een motorfiets, met kenteken [kenteken]. De opgelegde boete bedraagt € 289,00 (inclusief administratiekosten).
1.1.
Betrokkene heeft tegen de boete beroep ingesteld bij de officier van justitie. Deze heeft het beroep ongegrond verklaard. Tegen die beslissing heeft betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter.
1.2.
De kantonrechter heeft het beroep op 16 april 2025 op de zitting behandeld. Daarbij was aanwezig: de vertegenwoordigster van de officier van justitie mr. P. Veenstra.
1.3.
Na afloop van de zitting heeft de kantonrechter onmiddellijk uitspraak gedaan.
Standpunten
2. Gemachtigde voert aan dat betrokkene op de streep reed en niet in de baan voor linksaf reed. Het is gebruikelijk dat motoren bij een verkeerslicht tussen de rijbanen gaan staan. Om één of andere reden is de lus voor linksaf geactiveerd, terwijl betrokkene stond voorgesorteerd voor rechtdoor. Hij is ook bij groen licht rechtdoor gereden. Gemachtigde verzoekt om een vergoeding van de proceskosten.
3. De vertegenwoordigster is van mening dat het beroep ongegrond moet worden verklaard. Betrokkene stond in de baan voor linksaf.
Overwegingen
4. De beroepsgronden slagen niet. Gelet op de foto’s van de gedraging kan de verkeersovertreding worden vastgesteld. Op de eerste foto is te zien dat betrokkene aan de rechterzijde van de voorsorteerstrook voor linksafslaand verkeer rijdt. Het verkeerslicht voor linksafslaand verkeer straalt rood licht uit. Het verkeerslicht voor rechtdoorgaand verkeer straalt groen licht uit. Op de tweede foto is te zien dat de betrokkene zich op de kruising bevindt naast een auto die rechtdoor rijdt. Nu betrokkene bij het naderen van de verkeerslichten reed op de voorsorteerstrook voor linksafslaand verkeer, en niet is gestopt bij de daarvoor bestemde stopstreep terwijl het voor die strook geldende verkeerslicht rood licht uitstraalde, staat vast dat de gedraging is verricht. Dat betrokkene, na het negeren van het voor hem bestemde rode licht, alsnog een andere rijrichting heeft gekozen, doet daaraan niet af. [1] Verder ziet de kantonrechter geen aanleiding om de sanctie te matigen of te vernietigen. De gedraging kan dus worden vastgesteld en de boete is terecht opgelegd. De proceskosten komen daarom niet voor vergoeding in aanmerking.

Conclusie

De kantonrechter verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. V.A.G. van Dijk, kantonrechter, in aanwezigheid van mr. W.B. Jongsma, griffier.
griffier kantonrechter

Rechtsmiddel

Als u het met de beslissing op uw beroep niet eens bent, dan kunt u binnen zes weken na de hieronder vermelde datum van toezending van deze beslissing hoger beroep instellen bij het
gerechtshof Arnhem - Leeuwarden, maar alleen als:
a. de u opgelegde administratieve boete meer dan € 110,00 bedraagt, of
b. uw beroep niet-ontvankelijk is verklaard omdat u geen (of niet op tijd) zekerheid heeft gesteld.
Het (hoger) beroepschrift moet worden ingediend bij de rechtbank Noord-Nederland, Afdeling Bestuursrecht, locatie Groningen (Postbus 150, 9700 AD Groningen). U dient daarbij het zaaknummer te vermelden.
De wet gaat uit van een geheel schriftelijke procedure, tenzij door u bij het (hoger) beroepschrift uitdrukkelijk om een zitting is gevraagd.
Afschrift verzonden aan partijen op:

Voetnoten

1.Zie ook Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 8 januari 2016 (ECLI:NL:GHARL:2016:71).