ECLI:NL:RBNNE:2025:1779

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
1 mei 2025
Publicatiedatum
12 mei 2025
Zaaknummer
18-344608-24
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van verdachte voor seksuele delicten tegen minderjarigen en kinderpornografie

In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Nederland op 1 mei 2025 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die zich gedurende een periode van ruim twee jaar schuldig heeft gemaakt aan verschillende seksuele delicten tegen minderjarige meisjes. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte met meerdere meisjes, die allen de leeftijd van twaalf jaar nog niet hadden bereikt, ontuchtige handelingen heeft gepleegd. De verdachte heeft via online chats instructies gegeven voor seksuele handelingen en heeft de meisjes aangemoedigd om deze handelingen uit te voeren en vast te leggen. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van vier jaar, waarvan één jaar voorwaardelijk, en heeft daarnaast een gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel opgelegd. De rechtbank heeft ook de vorderingen van benadeelde partijen toegewezen, waarbij schadevergoeding is vastgesteld voor immateriële schade. De rechtbank heeft de ernst van de feiten benadrukt, waarbij de psychologische impact op de slachtoffers en de kwetsbaarheid van de minderjarigen zijn meegewogen in de strafmaat. De verdachte is schuldig bevonden aan het verspreiden, vervaardigen en in bezit hebben van kinderpornografisch materiaal, wat als een gewoonte werd beschouwd. De rechtbank heeft de in beslag genomen digitale gegevensdragers onttrokken aan het verkeer, gezien het gebruik ervan bij de gepleegde misdrijven.

Uitspraak

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling strafrecht
Locatie Assen
Parketnummer 18/344608-24
Vonnis van de meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken d.d. 1 mei 2025 in de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte

[verdachte] ,

geboren op [geboortedatum] 1990 te [geboorteplaats] , wonende te [adres] ,
thans gedetineerd te [instelling] .
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting van 17 april 2025.
Verdachte is verschenen, bijgestaan door mr. A.D. Arends, advocaat te Groningen. Het openbaar ministerie is ter terechtzitting vertegenwoordigd door mr. H.J. Veen.
Tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding, zoals deze op de zitting van 17 april 2025 overeenkomstig de vordering van de officier van justitie is gewijzigd. De tekst van de gewijzigde tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, verkort en feitelijk weergegeven, op neer dat de verdachte:
1
in of omstreeks de periode van 30 mei 2022 tot en met 24 september 2023 met een viertal meisjes die allemaal de leeftijd van twaalf jaar nog niet hadden bereikt, handelingen heeft gepleegd die mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam, door via online chats opdrachten/instructies te geven tot het verrichten van die handelingen en/of te verzoeken die handelingen te verrichten waarbij verdachte voorafgaand en/of tijdens het contact met voornoemde personen seksueel getinte gesprekken voerde;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
in of omstreeks de periode van 30 mei 2022 tot en met 24 september 2023 met een viertal meisjes die allen toen de leeftijd van zestien jaar nog niet hadden bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen heeft gepleegd door via online chats opdrachten/instructies te geven tot het verrichten van die handelingen en/of te verzoeken die handelingen te verrichten waarbij verdachte voorafgaand en/of tijdens het contact met voornoemde personen seksueel getinte gesprekken voerde;
meer subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
in of omstreeks de periode van 30 mei 2022 tot en met 24 september 2023 een viertal meisjes, die allen de leeftijd van achttien jaren nog niet hadden bereikt, opzettelijk heeft bewogen ontuchtige handelingen te plegen en/of te dulden, door via online chats en/of zich voor te doen als een minderjarige jongen en/of door via online chats opdrachten/instructies te geven tot het verrichten van die handelingen waarbij verdachte voorafgaand en/of tijdens het contact met voornoemde personen seksueel getinte gesprekken voerde;
2
in of omstreeks de periode van 29 juni 2022 tot en met 21 september 2023 met een vijftal meisjes, die allen de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jarsen hadden bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen heeft gepleegd, die bestonden uit of mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam door via online chats opdrachten/instructies te geven tot het verrichten van die handelingen en/of te verzoeken die handelingen te verrichten waarbij verdachte voorafgaand en/of tijdens het contact met voornoemde personen seksueel getinte gesprekken voerde;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
in of omstreeks de periode van 29 juni 2022 tot en met 21 september 2023 met een vijftal meisjes die allen toen de leeftijd van zestien jaren nog niet hadden bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen heeft gepleegd door via online chats opdrachten/instructies te geven tot het verrichten van die handelingen en/of te verzoeken die handelingen te verrichten waarbij verdachte voorafgaand en/of tijdens het contact met voornoemde personen seksueel getinte gesprekken voerde;
meer subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
in of omstreeks de periode van 29 juni 2022 tot en met 21 september 2023 een vijftal meisjes, die allen de leeftijd van achttien jaren nog niet hadden bereikt, opzettelijk heeft bewogen ontuchtige handelingen te plegen en/of te dulden, door via online chats en/of zich voor te doen als een minderjarige jongen en/of door via online chats opdrachten/instructies te geven tot het verrichten van die handelingen waarbij verdachte voorafgaand en/of tijdens het contact met voornoemde personen seksueel getinte gesprekken voerde;
3
in of omstreeks de periode van 17 juli 2022 tot en met 16 maart 2023, met een viertal meisjes, die allen toen de leeftijd van zestien jaren nog niet hadden bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen heeft gepleegd door via online chats opdrachten/instructies te geven tot het verrichten van die handelingen en/of te verzoeken die handelingen te verrichten waarbij verdachte voorafgaand en/of tijdens het contact met voornoemde personen seksueel getinte gesprekken voerde;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
in of omstreeks de periode van 17 juli 2022 tot en met 16 maart 2023 een viertal meisjes, die allen de leeftijd van achttien jaren nog niet hadden bereikt, opzettelijk heeft bewogen ontuchtige handelingen te plegen en/of te dulden, door via online chats en/of zich voor te doen als een minderjarige jongen en/of door via online chats opdrachten/instructies te geven tot het verrichten van die handelingen waarbij verdachte voorafgaand en/of tijdens het contact met voornoemde personen seksueel getinte gesprekken voerde;
4
op een of meerdere tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 mei 2022 tot en met 29 oktober 2024 meermalen, althans eenmaal, telkens, kinderpornografie heeft verspreid, aangeboden, openlijk tentoongesteld, vervaardigd, ingevoerd, doorgevoerd, uitgevoerd, verworven, in bezit gehad en/of zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft en hij aldus van het plegen van dit misdrijf een gewoonte heeft gemaakt.
Beoordeling van het bewijs
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft veroordeling gevorderd voor de onder 1 primair, 2 primair, 3 primair en 4 ten laste gelegde feiten.
Uit de chatgesprekken tussen verdachte en de slachtoffers volgt dat er telkens sprake was van een relevante interactie die ertoe heeft geleid dat de ontuchtige handelingen plaatsvonden. Uit de chatgesprekken blijkt namelijk duidelijk dat verdachte specifiek naar bepaalde handelingen vroeg en soms zelfs enige druk zette.
Ten aanzien van de slachtoffers onder de feiten 1 en 2 bestonden de ontuchtige handelingen mede uit het seksueel binnendringen van het lichaam. Uit het dossier blijkt bovendien dat er op de computer van [slachtoffer 1] fotos zijn aangetroffen van juni 2022 waarop te zien is dat zij haar vingers of een potlood in haar vagina had. Zij was op dat moment elf jaar.
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft partiële vrijspraak bepleit voor de onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde feiten. Ten aanzien van de overige onderdelen van de tenlastelegging en het onder 4 ten laste gelegde feit heeft de raadsvrouw zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
[slachtoffer 1]
Niet kan worden vastgesteld dat het verdachte was die [slachtoffer 1] heeft aangezet om een foto te maken waarbij er sprake is van seksueel binnendringen van het lichaam. Verdachte dient daarom vrijgesproken te worden van het feit onder 1 primair. Daarnaast dient een vrijspraak te volgen voor het onder feit 2 primair ten laste gelegde omdat het contact tussen verdachte en [slachtoffer 1] voor het laatst plaatsvond op 21 oktober 2022 op het moment dat [slachtoffer 1] 11 jaar oud was. Daarnaast is het onder feit 2 subsidiair en meer subsidiair ten laste gelegde ook al ten laste gelegd onder feit 1, waardoor tweemaal vervolging voor hetzelfde feit dreigt.
[slachtoffer 2]
Uit het dossier volgt niet dat [slachtoffer 2] een dildo of een vibrator bij haarzelf naar binnen heeft gebracht, dit deel van de tenlastelegging kan daarom niet bewezen worden verklaard. Voorts kan ten aanzien van het bij zichzelf inbrengen van een klauwhamer, een gele stift of vingers niet worden vastgesteld wanneer [slachtoffer 2] dit heeft opgenomen. Derhalve kan niet worden vastgesteld of [slachtoffer 2] op dat moment beneden of boven de twaalf jaar was, hetgeen betekent dat verdachte ten aanzien van [slachtoffer 2] dient te worden vrijgesproken van de onder 1 primair en 2 primair ten laste gelegde feiten.
[slachtoffer 3]
De chatgesprekken tussen verdachte en [slachtoffer 3] zijn niet in het dossier toegevoegd waardoor niet kan worden beoordeeld of er sprake was van de vereiste relevante interactie voor een bewezenverklaring. Ook kan niet worden beoordeeld of verdachte [slachtoffer 3] heeft aangezet tot het plegen dan wel dulden
van ontuchtige handelingen. Verdachte dient daarom ten aanzien van [slachtoffer 3] te worden vrijgesproken van de onder 1 primair, 1 subsidiair en 1 meer subsidiair ten laste gelegde feiten.
[slachtoffer 4]
Nu niet kan word vastgesteld dat bij [slachtoffer 4] sprake was van seksueel binnendringen van het lichaam, dient verdachte ten aanzien van [slachtoffer 4] te worden vrijgesproken van het onder 2 primair ten laste gelegde feit.
[slachtoffer 5]
De chatgesprekken tussen verdachte en [slachtoffer 5] zijn niet in het dossier toegevoegd waardoor niet kan worden beoordeeld of er sprake was van de vereiste relevante interactie voor een bewezenverklaring. Ook kan niet worden beoordeeld of verdachte [slachtoffer 5] heeft aangezet tot het plegen dan wel dulden van ontuchtige handelingen. Verdachte dient daarom ten aanzien van [slachtoffer 5] te worden vrijgesproken van de onder 3 primair en 3 subsidiair ten laste gelegde feiten.
Oordeel van de rechtbank
Feit 1
De rechtbank volstaat ten aanzien van het hierna onder 1 primair en 1 subsidiair bewezen verklaarde met een opgave van de bewijsmiddelen overeenkomstig het bepaalde in artikel 359, derde lid tweede volzin, van het Wetboek van Strafvordering, nu verdachte de feitelijkheden duidelijk en ondubbelzinnig heeft bekend. Ieder bewijsmiddel is - ook in onderdelen - slechts gebruikt voor het feit waarop het blijkens zijn inhoud betrekking heeft.
Deze opgave luidt als volgt:
de verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 17 april 2025;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal aangifte d.d. 19 september 2022, opgenomen op pagina 198 e.v. van het dossier van Politie Noord-Nederland met nummer 2024026024 (Abu Dhabi / NNRBC24028) d.d. 21 januari 2025, inhoudende de verklaring van [naam] ;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 12 januari 2024, opgenomen op pagina 22 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant] ;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 22 april 2024, opgenomen op pagina 157 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant] ;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal aangifte d.d. 6 september 2024, opgenomen op pagina 351 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende de verklaring van [naam] ;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 3 mei 2024, opgenomen op pagina 358 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisanten [verbalisant] en [verbalisant] ;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 24 oktober 2024, opgenomen op pagina 372 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant] ;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 3 mei 2024, opgenomen op pagina 238 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisanten [verbalisant] en [verbalisant] ;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 24 oktober 2024, opgenomen op pagina 260 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant] ;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 1 november 2024, opgenomen op pagina 270 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant] ;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal aangifte d.d. 24 juni 2024, opgenomen op pagina 331 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende de verklaring van [naam] ;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 3 mei 2024, opgenomen op pagina 335 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisanten [verbalisant] en [verbalisant] ;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 5 november 2024, opgenomen op pagina 347 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant] ;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 31 oktober 2024, opgenomen op pagina 591 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende de verklaring van verdachte.
Bewijsoverwegingen
[slachtoffer 1]
Uit chatgesprekken in het dossier blijkt dat verdachte vanaf in ieder geval 21 juni 2022 tot en met 26 augustus 2022 contact had met [slachtoffer 1] . Op 29 juni 2022 is [slachtoffer 1] 12 jaar geworden. Op 23 augustus 2022 vraagt verdachte aan [slachtoffer 1] of ze misschien een potloodje erin kan doen.
Andere handelingen van seksuele aard die bestonden uit het binnendringen van het lichaam zijn niet ten laste gelegd. De rechtbank is daarom van oordeel dat ten aanzien van [slachtoffer 1] niet kan worden vastgesteld dat zij beneden de twaalf jaar was op het moment dat de ontuchtige handelingen mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam. De rechtbank acht daarom ten aanzien van [slachtoffer 1] het primair ten laste gelegde feit niet wettig en overtuigend bewezen en zal verdachte van dit deel van de tenlastelegging vrijspreken.
Het subsidiair ten laste gelegde feit kan naar het oordeel van de rechtbank wel bewezen worden verklaard. De rechtbank is daarbij, anders dan de raadsvrouw, van oordeel dat de ontuchtige handelingen mede bestonden uit het brengen van een potlood in de vagina en dat bovendien verdachte [slachtoffer 1] hiertoe heeft aangezet. Uit de chatberichten volgt namelijk dat verdachte op 23 augustus 2022, op het moment dat [slachtoffer 1] 12 jaar oud is, aan [slachtoffer 1] vroeg “kan je denk je mss een potloodje erin doen schatje of niet”. Daarna vindt tussen verdachte en [slachtoffer 1] interactie plaats over het verzoek van verdachte. Zo reageert [slachtoffer 1] dat haar tekenspullen op haar kamer liggen en dat ze even gaat zoeken en vervolgens dat ze niet durft omdat haar boertje er zit. Uit het proces-verbaal van bevindingen (pagina 157 e.v.) blijkt vervolgens dat op de computer van verdachte daadwerkelijk ook een foto is aangetroffen van [slachtoffer 1] met een potloodachtig voorwerp in haar vagina. Gelet op het feit dat de foto volledig overeenkomt met het verzoek van verdachte en de bekennende verklaring van verdachte, is de rechtbank van oordeel dat verdachte [slachtoffer 1] ertoe heeft aangezet om een foto te maken en te versturen waarbij sprake is van het brengen van een potlood in de vagina.
[slachtoffer 2]
De rechtbank is van oordeel dat ten aanzien van [slachtoffer 2] niet kan worden vastgesteld of zij elf of twaalf jaar was op het moment dat zij videos verstuurde waarbij zij ontuchtige handelingen verrichtte die mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam. Uit het dossier volgt immers niet op welke data de videos van [slachtoffer 2] zijn verstuurd. De rechtbank acht daarom ten aanzien van [slachtoffer 2] het primair ten laste gelegde feit niet wettig en overtuigend bewezen en zal verdachte van dit deel van de tenlastelegging vrijspreken. Het subsidiair ten laste gelegde feit kan wel wettig en overtuigend worden bewezen, nu wel vaststaat dat [slachtoffer 2] de videos waarop de ontuchtige handelingen zijn te zien heeft verstuurd vóór haar zestiende verjaardag.
[slachtoffer 6]
Ten aanzien van [slachtoffer 6] kan worden vastgesteld dat verdachte ontuchtige handelingen heeft gepleegd die mede uit bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam, hetgeen maakt dat ten aanzien van [slachtoffer 6] het primair ten laste gelegde feit wettig en overtuigend bewezen kan worden verklaard.
[slachtoffer 3]
De rechtbank is, anders dan de verdediging, van oordeel dat kan worden vastgesteld dat verdachte ontuchtige handelingen heeft gepleegd, die mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam, met [slachtoffer 3] . Verdachte had contact met [slachtoffer 3] op 25 oktober 2022. [slachtoffer 3] was op dat moment 9 jaar oud. De rechtbank is van oordeel dat, ondanks het ontbreken van de
chatgesprekken in het dossier, er voldoende (ander) bewijs is dat er tussen verdachte en [slachtoffer 3] sprake is geweest van een door verdachte bewust gelegd contact waarbij hij haar op listige wijze heeft bewogen fotos te sturen en dat daarmee sprake is geweest van een actieve en relevante interactie.
Verdachte heeft bekend dat hij met minderjarige meisjes in contact kwam via Momio of Hangouts of andere sociale media. Hij chatte met hen over dagelijkse zaken maar de gesprekken kregen op zijn initiatief ook een seksuele strekking, waarbij hij om seksueel getinte fotos en videos vroeg. Verdachte heeft ter zitting verklaard dat hij daarbij ook concrete verzoeken doorgaf. De rechtbank weegt daarnaast bij haar oordeel mee dat een verbalisant heeft opgeschreven dat er meerdere schermopnames zijn aangetroffen van chats op snapchat waarbij [slachtoffer 3] vergaande seksuele videos stuurde naar verdachte; zo is beschreven dat er op een video te zien is dat met een vinger tussen de schaamlippen heen en weer wordt bewogen. Dit past bij de bekennende verklaring van verdachte en de modus operandi die verdachte had ten aanzien van het verwerven van dergelijke videos. Te meer omdat verdachte zelf ook bij de politie aangeeft (pagina 602) dat het niet waarschijnlijk is, maar gewoon zeker is dat hij ook aan [slachtoffer 3] heeft gevraagd om dergelijke videos te sturen. De rechtbank acht daarom ook ten aanzien van [slachtoffer 3] het primair ten laste gelegde feit wettig en overtuigend bewezen.

Feit 2

De rechtbank volstaat ten aanzien van het hierna onder 2 primair en 2 subsidiair bewezen verklaarde met een opgave van de bewijsmiddelen overeenkomstig het bepaalde in artikel 359, derde lid tweede volzin, van het Wetboek van Strafvordering, nu verdachte de feitelijkheden duidelijk en ondubbelzinnig heeft bekend. Ieder bewijsmiddel is - ook in onderdelen - slechts gebruikt voor het feit waarop het blijkens zijn inhoud betrekking heeft.
Deze opgave luidt als volgt:
de verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 17 april 2025;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal aangifte d.d. 19 september 2022, opgenomen op pagina 198 e.v. van het dossier van Politie Noord-Nederland met nummer 2024026024 (Abu Dhabi / NNRBC24028) d.d. 21 januari 2025, inhoudende de verklaring van [naam] ;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 12 januari 2024, opgenomen op pagina 22 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant] ;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 22 april 2024, opgenomen op pagina 157 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant] ;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal aangifte d.d. 6 september 2024, opgenomen op pagina 205 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende de verklaring van [naam] ;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 30 april 2024, opgenomen op pagina 212 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisanten [verbalisant] en [verbalisant] ;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 24 oktober 2024, opgenomen op pagina 224 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant] ;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 30 april 2024, opgenomen op pagina 274 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisanten [verbalisant] en [verbalisant] ;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 24 oktober 2024, opgenomen op pagina 287 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisant
[verbalisant] ;
10. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal aangifte d.d. 6 september 2024, opgenomen op pagina 351 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende de verklaring van [naam] ;
10. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 3 mei 2024, opgenomen op pagina 358 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisanten [verbalisant] en [verbalisant] ;
10. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 24 oktober 2024, opgenomen op pagina 372 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant] .
10. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 3 mei 2024, opgenomen op pagina 438 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisanten [verbalisant] en [verbalisant] ;
10. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 17 september 2024, opgenomen op pagina 449 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisanten [verbalisant] en [verbalisant] ;
10. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 24 oktober 2024, opgenomen op pagina 458 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant] ;
10. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 5 november 2024, opgenomen op pagina 461 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant] .
Bewijsoverwegingen
[slachtoffer 1]
Ten aanzien van [slachtoffer 1] is de rechtbank, anders dan de raadsvrouw, van oordeel dat de ontuchtige handelingen mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam en dat verdachte [slachtoffer 1] hiertoe heeft aangezet. De rechtbank verwijst daarbij naar hetgeen zij heeft overwogen onder feit 1. Nu [slachtoffer 1] op 23 augustus 2022 twaalf jaar was, acht de rechtbank het onder 2 primair ten laste gelegde feit wettig en overtuigend bewezen.
[slachtoffer 2]
De rechtbank is van oordeel dat ten aanzien van [slachtoffer 2] niet kan worden vastgesteld of zij nog elf jaar of al twaalf jaar was op het moment dat zij videos verstuurde waarbij zij ontuchtige handelingen verrichtte die mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam. Hierbij neemt de rechtbank in aanmerking dat uit het dossier wel volgt dat verdachte contact had met [slachtoffer 2] tussen 28 juni 2023 en 21 september 2023 maar niet op welke data de videos van ontuchtige verrichtingen door [slachtoffer 2] zijn verstuurd. Dit is van belang omdat [slachtoffer 2] tijdens de hiervoor genoemde periode 12 jaar is geworden. De rechtbank acht daarom ten aanzien van [slachtoffer 2] het primair ten laste gelegde feit niet wettig en overtuigend bewezen en zal verdachte van dit deel van de tenlastelegging vrijspreken. Het subsidiair ten laste gelegde feit kan wel wettig en overtuigend worden bewezen, nu wel vaststaat dat [slachtoffer 2] de videos heeft verstuurd vóór haar zestiende verjaardag.
[slachtoffer 4]
De rechtbank is ten aanzien van [slachtoffer 4] van oordeel dat kan worden vastgesteld dat verdachte ontuchtige handelingen heeft gepleegd die mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam. Het enkele feit dat op één foto niet duidelijk is te zien dat er sprake is van seksueel binnendringen van het lichaam, maakt dat niet anders. De verbalisant beschrijft namelijk onder andere
ook een video waarbij [slachtoffer 4] met haar vinger in haar vagina gaat en een foto waarop te zien is dat [slachtoffer 4] een stift in haar vagina heeft. De rechtbank acht daarom ten aanzien van [slachtoffer 4] het primair ten laste gelegde feit wettig en overtuigend bewezen.
[slachtoffer 7] en [slachtoffer 8]
Ten aanzien van [slachtoffer 7] en [slachtoffer 8] kan worden vastgesteld dat verdachte ontuchtige handelingen heeft gepleegd die mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam, hetgeen maakt dat ten aanzien van [slachtoffer 7] en [slachtoffer 8] het primair ten laste gelegde feit wettig en overtuigend bewezen kan worden verklaard.

Feit 3

De rechtbank volstaat ten aanzien van het hierna onder 3 primair bewezen verklaarde met een opgave van de bewijsmiddelen overeenkomstig het bepaalde in artikel 359, derde lid tweede volzin, van het Wetboek van Strafvordering, nu verdachte de feitelijkheden duidelijk en ondubbelzinnig heeft bekend.
Deze opgave luidt als volgt:
de verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 17 april 2025;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 30 april 2024, opgenomen op pagina 316 e.v. van het dossier van Politie Noord-Nederland met nummer 2024026024 (Abu Dhabi / NNRBC24028) d.d. 21 januari 2025, inhoudende het relaas van verbalisanten [verbalisant] en [verbalisant] ;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 24 oktober 2024, opgenomen op pagina 326 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant] ;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 8 november 2024, opgenomen op pagina 329 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant] ;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal aangifte d.d. 12 juli 2024, opgenomen op pagina 382 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende de verklaring van [naam] ;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 2 mei 2024, opgenomen op pagina 393 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisanten [verbalisant] en [verbalisant] ;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 24 oktober 2024, opgenomen op pagina 404 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant] ;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 8 november 2024, opgenomen op pagina 409 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant] ;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal aangifte d.d. 3 juli 2024, opgenomen op pagina 411 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende de verklaring van [naam] ;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 30 april 2024, opgenomen op pagina 415 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisanten [verbalisant] en [verbalisant] ;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal verhoor getuige d.d. 5 juni 2024, opgenomen op pagina 424 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende de verklaring van [naam] ;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 24 oktober 2024, opgenomen op pagina 432 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant] ;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 8 november 2024, opgenomen op pagina 436 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant] .
Bewijsoverwegingen
[slachtoffer 9] , [slachtoffer 10] en [slachtoffer 11]
Op basis van de bewijsmiddelen acht de rechtbank bewezen dat verdachte met [slachtoffer 9] , [slachtoffer 10] en [slachtoffer 11] , die allen toen de leeftijd van zestien jaren nog niet hadden bereikt, ontuchtige handelingen heeft gepleegd, door zich voor te doen als een minderjarige jongen en daarbij via online chats opdrachten en/of instructies te geven en/of te verzoeken dergelijke handelingen te plegen. De rechtbank acht daarom ten aanzien [slachtoffer 9] , [slachtoffer 10] en [slachtoffer 11] het primair ten laste gelegde feit wettig en overtuigend bewezen.
[slachtoffer 5]
De rechtbank acht niet bewezen dat verdachte ontuchtige handelingen heeft gepleegd met [slachtoffer 5] . In het dossier ontbreken namelijk de chatgesprekken en enkel één foto met een ontblote borst acht de rechtbank onvoldoende om vast te kunnen stellen dat er sprake was van voor het plegen (of dulden) van ontuchtige handelingen relevante interactie. Bij de politie heeft verdachte over zijn interactie met [slachtoffer 5] niets anders verklaard dan dat hij met haar contact had. Dat verdachte [slachtoffer 5] heeft misleid kan evenmin worden vastgesteld. De rechtbank zal daarom verdachte ten aanzien van [slachtoffer 5] vrijspreken van de primair en subsidiair ten laste gelegde feiten.

Feit 4

De rechtbank volstaat ten aanzien van het hierna onder 4 bewezen verklaarde met een opgave van de bewijsmiddelen overeenkomstig het bepaalde in artikel 359, derde lid tweede volzin, van het Wetboek van Strafvordering, nu verdachte het hierna bewezen verklaarde duidelijk en ondubbelzinnig heeft bekend.
Deze opgave luidt als volgt:
de verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 17 april 2025;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 12 januari 2024, opgenomen op pagina 22 e.v. van het dossier van Politie Noord-Nederland met nummer 2024026024 (Abu Dhabi / NNRBC24028) d.d. 21 januari 2025, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant] ;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 1 november 2024, opgenomen op pagina 94 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant] ;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 15 november 2024, opgenomen op pagina 102 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant] ;
4. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 24 oktober 2024, opgenomen op pagina 224 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant] ;
5. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 24 oktober 2024, opgenomen op pagina 260 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant] ;
6. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 24 oktober 2024, opgenomen op pagina 287 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant] ;
7. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 3 mei 2024, opgenomen op pagina 302 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisanten [verbalisant] en [verbalisant] ;
8. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 24 oktober 2024, opgenomen op pagina 326 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant] ;
9. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 3 mei 2024, opgenomen op pagina 335 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisanten [verbalisant] en [verbalisant] ;
10. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 5 november 2024, opgenomen op pagina 347 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant] ;
11. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 3 mei 2024, opgenomen op pagina 358 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisanten [verbalisant] en [verbalisant] ;
12. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 24 oktober 2024, opgenomen op pagina 372 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant] ;
13. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 2 mei 2024, opgenomen op pagina 393 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisanten [verbalisant] en [verbalisant] ;
14. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 24 oktober 2024, opgenomen op pagina 404 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant] ;
15. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 24 oktober 2024, opgenomen op pagina 432 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant] ;
16. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 30 april 2024, opgenomen op pagina 415 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisanten [verbalisant] en [verbalisant] ;
17. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 24 oktober 2024, opgenomen op pagina 458 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant] ;
18. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 24 oktober 2024, opgenomen op pagina 484 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant] .

Bewezenverklaring

De rechtbank begrijpt de tenlastelegging zo, dat feit 1 en feit 2 een combinatie behelst van een primair/subsidiair en cumulatieve tenlastelegging. Ten aanzien van de afzonderlijke slachtoffers is bedoeld om onder feit 1 en 2 strafbare feiten primair/subsidiair ten laste te leggen, terwijl ten aanzien van de slachtoffers onderling bedoeld is om onder feit 1 en 2 strafbare feiten cumulatief ten laste te leggen.
Deze wijze van ten laste leggen heeft tot gevolg dat de rechtbank onder feit 1 primair én subsidiair strafbare feiten bewezen heeft verklaard. Datzelfde geldt voor feit 2.
De rechtbank acht de onder 1 primair, 1 subsidiair, 2 primair, 2 subsidiair, 3 primair en 4 tenlastegelegde feiten wettig en overtuigend bewezen, met dien verstande dat:
1
hij in de periode van 30 mei 2022 tot en met 24 september 2023 te [adres]
met [slachtoffer 6] , geboren op [geboortedatum] 2013, die toen de leeftijd van twaalf jaren nog niet had bereikt, handelingen heeft gepleegd, die mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer 6] , te weten
  • het laten uittrekken van de kleding door die [slachtoffer 6] en
  • het laten tonen van de ontblote vagina en borsten en billen en anus door die [slachtoffer 6] en
  • het laten betasten en aanraken van de eigen ontblote vagina door die [slachtoffer 6] en
  • het laten berijden van een kussen met de eigen ontblote vagina door die [slachtoffer 6] en
  • het laten brengen van een vinger in de eigen ontblote vagina door die [slachtoffer 6] en
  • het laten brengen van een pen in de eigen ontblote vagina door die [slachtoffer 6] en
  • het laten maken van en laten toesturen, aan hem, verdachte, van naaktfotos en naaktvideos door die [slachtoffer 6] , en
met [slachtoffer 3] , geboren op [geboortedatum] 2013, die toen de leeftijd van twaalf jaren nog niet had bereikt, handelingen heeft gepleegd, die mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer 3] , te weten
  • het laten uittrekken van de kleding door die [slachtoffer 3] en
  • het laten tonen van de ontblote vagina en borst en billen door die [slachtoffer 3] en
  • het laten betasten en aanraken van de eigen ontblote vagina door die [slachtoffer 3] en
  • het laten brengen van vingers in de eigen ontblote vagina door die [slachtoffer 3] en
  • het laten maken van en laten toesturen, aan hem, verdachte, van naaktfotos en naaktvideos door die [slachtoffer 3] , en
waarbij hij, verdachte, die eerder genoemde slachtoffers via online chats opdrachten en/of instructies gaf tot het verrichten van die handelingen en/of verzocht die handelingen te verrichten, en/of waarbij hij, verdachte ondertussen met die eerder genoemde slachtoffers (een) seksueel getint(e) gesprek(ken) voerde;
en dat
hij in de periode van 21 juni 2022 tot en met 21 september 2023 te [adres]
met [slachtoffer 1] , geboren op [geboortedatum] 2010, die toen de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen heeft gepleegd, te weten
  • het laten uittrekken van de kleding door die [slachtoffer 1] en
  • het laten tonen van de ontblote vagina en borsten en billen door die [slachtoffer 1] en
  • het laten betasten en aanraken van de eigen ontblote vagina en borsten en billen, door die [slachtoffer 1] en
  • het laten brengen van een potlood in de eigen ontblote vagina door die [slachtoffer 1] en
  • het laten maken van en laten toesturen, aan hem, verdachte, van naaktfotos door die [slachtoffer 1] , en
met [slachtoffer 2] , geboren op [geboortedatum] 2011, die toen de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, buiten echt ontuchtige handelingen heeft gepleegd, te weten
  • het laten uittrekken van de kleding door die [slachtoffer 2] en
  • het laten tonen van de ontblote vagina en borsten en billen door die [slachtoffer 2] en
  • het laten betasten en aanraken van de eigen ontblote vagina en borsten door die [slachtoffer 2] en
  • het laten brengen van een vinger in de eigen ontblote vagina door die [slachtoffer 2] en
  • het laten brengen van een voorwerp in de eigen ontblote vagina door die [slachtoffer 2] en
  • het laten maken van en laten toesturen, aan hem, verdachte, van naaktfotos en naaktvideos door die [slachtoffer 2] , en
waarbij hij, verdachte, die eerder genoemde slachtoffers via online chats opdrachten en/of instructies gaf tot het verrichten van die handelingen en/of verzocht die handelingen te verrichten, en/of waarbij hij, verdachte ondertussen met die eerder genoemde slachtoffers seksueel getinte gesprekken voerde;
2
hij in de periode van 29 juni 2022 tot en met 27 augustus 2023 te [adres] ,
met [slachtoffer 1] , geboren op [geboortedatum] 2010, die de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jaren had bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen heeft gepleegd, die
mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer 1] , te weten
  • het laten uittrekken van de kleding door die [slachtoffer 1] en
  • het laten tonen van de ontblote vagina en borsten en billen door die [slachtoffer 1] en
  • het laten betasten en aanraken van de eigen ontblote vagina en borsten en billen, door die [slachtoffer 1] en
  • het laten brengen van een potlood in de eigen ontblote vagina door die [slachtoffer 1] en
  • het laten maken van en laten toesturen, aan hem, verdachte, van naaktfotos door die [slachtoffer 1] , en
met [slachtoffer 7] , geboren op [geboortedatum] 2009, die de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jaren had bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen heeft gepleegd, die
mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer 7] , te weten
  • het laten uittrekken van de kleding door die [slachtoffer 7] en
  • het laten tonen van de ontblote vagina en borsten en billen en anus door die [slachtoffer 7] en
  • het laten betasten en aanraken van de eigen ontblote vagina en billen en
  • het laten brengen van een vingers in de eigen ontblote vagina door die [slachtoffer 7] en
  • het laten brengen van een dildo en/of vibrator, in de eigen ontblote vagina en anus door die [slachtoffer 7] en
  • het laten maken van en laten toesturen, aan hem, verdachte, van naaktfotos en naaktvideos door die [slachtoffer 7] , en
met [slachtoffer 4] , geboren op [geboortedatum] 2010, die de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jaren had bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen heeft gepleegd, die
mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer 4] , te weten
  • het laten uittrekken van de kleding door die [slachtoffer 4] en
  • het laten tonen van de ontblote vagina en borsten door die [slachtoffer 4] en
  • het laten betasten en aanraken van de eigen ontblote vagina door die [slachtoffer 4] en
  • het laten brengen van vingers in de eigen ontblote vagina door die [slachtoffer 4] en
  • het laten brengen van een stift in de eigen ontblote vagina door die [slachtoffer 4] en
  • het laten maken van en laten toesturen, aan hem, verdachte, van naaktfotos en naaktvideos door die [slachtoffer 4] , en
met [slachtoffer 8] , geboren op [geboortedatum] 2010, die de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jaren had bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen heeft gepleegd, die
mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer 8] , te weten
  • het laten uittrekken van de kleding door die [slachtoffer 8] en
  • het laten tonen van de ontblote vagina en borsten door die [slachtoffer 8] en
  • het laten betasten en aanraken van de eigen ontblote vagina en borsten door die [slachtoffer 8] en
  • het laten brengen van een vinger in de eigen ontblote vagina door die [slachtoffer 8] en
  • het laten maken van en laten toesturen, aan hem, verdachte, van naaktfotos en naaktvideos door die [slachtoffer 8] , en
waarbij hij, verdachte, die eerder genoemde slachtoffers via online chats opdrachten en/of instructies gaf tot het verrichten van die handelingen en/of verzocht die handelingen te verrichten, en/of waarbij hij, verdachte ondertussen met die eerder genoemde slachtoffers (een) seksueel getint(e) gesprek(ken) voerde;
en dat
hij in de periode van 28 juni 2023 tot en met 21 september 2023 te [adres]
met [slachtoffer 2] , geboren op [geboortedatum] 2011, die toen de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen heeft gepleegd, te weten
  • het laten uittrekken van de kleding door die [slachtoffer 2] en
  • het laten tonen van de ontblote vagina en borsten en billen door die [slachtoffer 2] en
  • het laten betasten en aanraken van de eigen ontblote vagina en borsten door die [slachtoffer 2] en
  • het laten brengen van een vinger in de eigen ontblote vagina door die [slachtoffer 2] en
  • het laten brengen van een voorwerp in de eigen ontblote vagina door die [slachtoffer 2] en
  • het laten maken van en laten toesturen, aan hem, verdachte, van naaktfotos en naaktvideos door die [slachtoffer 2] , en
waarbij hij, verdachte, eerder genoemd slachtoffer via online chats opdrachten en/of instructies gaf tot het verrichten van die handelingen en/of verzocht die handelingen te verrichten, en/of waarbij hij, verdachte ondertussen met eerder genoemd slachtoffer seksueel getinte gesprekken voerde;
3
hij in de periode van 17 juli 2022 tot en met 16 maart 2023 te [adres] ,
met [slachtoffer 9] , geboren op [geboortedatum] 2007, die toen de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen heeft gepleegd, te weten
  • het laten uittrekken van de kleding door die [slachtoffer 9] en
  • het laten tonen van de ontblote vagina en borsten en billen door die [slachtoffer 9] en
  • het laten betasten en aanraken van en/of knijpen in de eigen ontblote vagina en borsten door die [slachtoffer 9] en
  • het laten maken van en laten toesturen, aan hem, verdachte, van naaktfotos en naaktvideos door die [slachtoffer 9] , en
met [slachtoffer 10] , geboren op [geboortedatum] 2010, die toen de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen heeft gepleegd, te weten
  • het laten uittrekken van de kleding door die [slachtoffer 10] en
  • het laten tonen van de ontblote borsten door die [slachtoffer 10] en
  • het laten maken van en laten toesturen, aan hem, verdachte, van naaktfotos en naaktvideos door die [slachtoffer 10] , en
met [slachtoffer 11] , geboren op [geboortedatum] 2008, die toen de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen heeft gepleegd, te weten
  • het laten uittrekken van de kleding door die [slachtoffer 11] en
  • het laten tonen van de ontblote borsten door die [slachtoffer 11] en
  • het laten maken van en laten toesturen, aan hem, verdachte, van naaktfotos en naaktvideos door die [slachtoffer 11] , en
waarbij hij, verdachte, die eerder genoemde slachtoffers via online chats opdrachten en/of instructies gaf tot het verrichten van die handelingen en/of verzocht die handelingen te verrichten, en/of waarbij hij, verdachte ondertussen met die eerder genoemde slachtoffers seksueel getinte gesprekken voerde;
4
hij in de periode van 1 mei 2022 tot en met 29 oktober 2024 te [adres] , meermalen, telkens
een grote hoeveelheid digitale afbeeldingen en meerdere gegevensdragers, te weten meerdere mobiele telefoons (een Samsung Galaxy S23 en een Samsung Galaxy S21) en een
computer (merk: Geforce), van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken, heeft verspreid, vervaardigd, verworven en in bezit gehad, welke seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - bestonden uit:
het met een voorwerp vaginaal en/of anaal penetreren van het eigen lichaam van/door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt bij zichzelf, en het met de vinger(s) vaginaal penetreren van het eigen lichaam door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, en het met de/een vinger/hand betasten en/of aanraken van het eigen geslachtsdeel, de billen en/of borsten door een persoon die
kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, en het geheel of gedeeltelijk naakt laten poseren door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij deze persoon poseert met een voorwerp en/of in een erotisch getinte houding (op een wijze) die niet bij haar leeftijd past en/of waarbij deze persoon zich (vervolgens) in opeenvolgende afbeeldingen/filmfragmenten van haar kleding ontdoet en/of (waarna) door het camerastandpunt en/of de (onnatuurlijke) pose van deze persoon en/of de uitsnede van de foto's/film(s) nadrukkelijk het ontblote geslachtsdeel, de borsten en/of billen van deze persoon in beeld gebracht worden waarbij de afbeelding aldus telkens een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling, en bestaande die digitale fotobestanden en/of videobestanden onder meer uit bestanden met de bestandsnamen:
Afbeelding 5 van de toonmap (p. 24 procesdossier) ( [slachtoffer 1] ) en 202303_1_31 ( [slachtoffer 7] ) en 20221111_173501 ( [slachtoffer 7] ) en 20220530_190508 ( [slachtoffer 6] ) en 20220603_214551 ( [slachtoffer 6] ) en 202306_1_7 ( [slachtoffer 4] ) en 202306_1_12 ( [slachtoffer 4] ) en
20220909_183852 ( [slachtoffer 5] ) en 202303_1_17 ( [slachtoffer 9] ) en 202303_1_3 ( [slachtoffer 9] ) en 20221025_205920 ( [slachtoffer 3] ) en 20221025_210159 ( [slachtoffer 3] ) en 202307_1_97
( [slachtoffer 2] ) en 202307_1_29 ( [slachtoffer 2] ) en/of
202302_1_53 ( [slachtoffer 10] ) en 202302_1_46 ( [slachtoffer 10] ) en 20220802_075932 ( [slachtoffer 11] ) en 20220802_081102 ( [slachtoffer 11] ) en 202307_1_84 ( [slachtoffer 8] ) en
202307_1_86 ( [slachtoffer 8] ) en 20230128_163215 ( [slachtoffer 12] ) en 20230128_164020 ( [slachtoffer 12] ) en 20220410_191613 ( [slachtoffer 13] ) en
20220803_155531.mp4 ( [slachtoffer 14] ),
en hij aldus van het plegen van dit misdrijf een gewoonte heeft gemaakt.
Verdachte zal van het meer of anders ten laste gelegde worden vrijgesproken, aangezien de rechtbank dat niet bewezen acht.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

Strafbaarheid van het bewezen verklaarde

Het bewezen verklaarde levert op:
T.a.v. [slachtoffer 1]
De eendaadse samenloop van met iemand beneden de leeftijd van zestien jaren buiten echt ontuchtige handelingen plegen (feit 1 subsidiair) en met iemand die de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jaren heeft bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen plegen die bestaan uit of mede bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam (feit 2 primair)
T.a.v. [slachtoffer 2]
Met iemand beneden de leeftijd van zestien jaren buiten echt ontuchtige handelingen plegen (feit 1 subsidiair en feit 2 subsidiair). De rechtbank stelt vast dat het onder feit 1 subsidiair en feit 2 subsidiair bewezenverklaarde precies hetzelfde feit inhoudt. Het gaat om exact dezelfde gedragingen en hetzelfde strafrechtelijke verwijt wat wordt gemaakt. Dit is een gevolg van de manier waarop de tenlastelegging is vormgegeven. De samenloopregeling biedt hier geen oplossing voor het voorkomen van dubbele bestraffing. De rechtbank kwalificeert daarom enkelvoudig en zal bij het bepalen van de straf slechts rekening houden met een van de feiten.
1 primairmet iemand beneden de leeftijd van twaalf jaren handelingen plegen die bestaan uit of mede bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam, meermalen gepleegd
en
1 subsidiairmet iemand beneden de leeftijd van zestien jaren buiten echt ontuchtige handelingen plegen, meermalen gepleegd
2 primairmet iemand die de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jaren heeft bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen plegen die bestaan uit of mede bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam, meermalen gepleegd
en
2 subsidiairmet iemand beneden de leeftijd van zestien jaren buiten echt ontuchtige handelingen plegen, meermalen gepleegd
3 primairmet iemand beneden de leeftijd van zestien jaren buiten echt ontuchtige handelingen plegen, meermalen gepleegd
4een afbeelding en gegevensdrager bevattende een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken, verspreiden, vervaardigen, verwerven en in bezit hebben, terwijl van het plegen van dit misdrijf een beroep of gewoonte wordt gemaakt, meermalen gepleegd
Deze feiten zijn strafbaar nu geen omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid uitsluiten.

Strafbaarheid van verdachte

De rechtbank acht verdachte strafbaar nu niet van enige strafuitsluitingsgrond is gebleken.

Strafmotivering

Vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd aan verdachte op te leggen een gevangenisstraf voor de duur van 4 jaren, met aftrek van het voorarrest, waarvan 1 jaar voorwaardelijk met een proeftijd van 5 jaren. Daarbij heeft de officier van justitie gevorderd om aan het voorwaardelijk strafdeel de door de reclassering
geadviseerde bijzondere voorwaarden te verbinden en de voorwaarden dadelijk uitvoerbaar te verklaren. Ook heeft de officier van justitie gevorderd om de gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel ex artikel 38z van het Wetboek van Strafrecht (hierna: Sr) aan verdachte op te leggen.
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft primair verzocht aan verdachte op te leggen een gevangenisstraf voor de duur van 4 jaren, met aftrek van het voorarrest, waarvan 2 jaren voorwaardelijk. Aan het voorwaardelijke strafdeel dienen de bijzondere voorwaarden zoals geadviseerd door de reclassering te worden gekoppeld. De raadsvrouw refereert zich ten aanzien van het dadelijk uitvoerbaar verklaren van de bijzondere voorwaarden.
Subsidiair heeft de raadsvrouw verzocht aan verdachte op te leggen een gevangenisstraf van 4 jaren, met aftrek van het voorarrest, in combinatie met de gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel ex artikel 38z Sr.
Oordeel van de rechtbank
Bij de bepaling van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de aard en de ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan, de persoon van verdachte zoals deze naar voren is gekomen uit het onderzoek ter terechtzitting, het Pro Justitia rapport (psychologisch onderzoek) van N. van der Weegen, GZ-psycholoog, van 26 februari 2025, het advies van Reclassering Nederland van 6 maart 2025 (hierna: de reclassering) en het uittreksel uit de justitiële documentatie, alsmede de vordering van de officier van justitie en het pleidooi van de verdediging.
Ernst van de feiten
De rechtbank heeft in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen. Verdachte heeft zich gedurende een periode van ruim twee jaar aan verschillende seksuele delicten schuldig gemaakt. Hij heeft met tien minderjarige meisjes vergaande seksueel getinte chatgesprekken gevoerd waarbij hij zich heeft voorgedaan als een minderjarige jongen. Verdachte sprak met de meisjes over welke seksuele handelingen hij bij hen wilde verrichten en vroeg de meisjes om zelf seksuele handelingen, waaronder het inbrengen van voorwerpen in hun vagina, uit te voeren en dit vast te leggen om vervolgens naar verdachte op te sturen. Verdachte maakte bovendien van deze chatgesprekken, fotos en videos stiekem opnamen.
Verdachte was zich daarbij ervan bewust dat de meisjes met wie hij seksuele chatgesprekken voerde minderjarig waren, een aantal zelfs jonger dan twaalf. Verdachte wist ook dat een aantal slachtoffers door hun persoonlijke omstandigheden bijzonder kwetsbaar waren. Dit alles heeft verdachte echter niet tegengehouden om zijn slachtoffers aan te zetten tot het plegen van vergaande seksuele handelingen bij zichzelf. Dergelijke handelingen kunnen leiden tot diepgaande en langdurige gevolgen voor de psychologische ontwikkeling van een minderjarige wat vervolgens kan leiden tot trauma, verlies van vertrouwen en schade aan hun vermogen om gezonde relaties te vormen. Voor sommige slachtoffers zijn die ingrijpende gevolgen ook ontstaan, zoals blijkt uit de vorderingen van de slachtoffers die ter terechtzitting zijn toegelicht. Verdachte heeft op een schaamteloze manier misbruik gemaakt van de jeugdige onbevangenheid en nieuwsgierigheid van zijn slachtoffers. Hij richtte zich bewust op (zeer) jonge meisjes omdat zij een makkelijk(er) slachtoffer waren. Hij wist bovendien dat hij verkeerd bezig was maar heeft hier nooit hulp voor gezocht. De rechtbank acht dit alles bijzonder kwalijk en zorgelijk gelet het gemak en de wijze waarop verdachte de slachtoffers heeft aangezet tot vergaande seksuele handelingen.
Daarnaast heeft verdachte zich schuldig gemaakt aan het verspreiden, vervaardigen, verwerven en in bezit hebben van kinderpornografische afbeeldingen en videos. Hij deed dit jarenlang en maakte er een gewoonte van. Met zijn handelen heeft verdachte een zeer grove inbreuk gemaakt op de lichamelijke en psychische integriteit en persoonlijke levenssfeer van de - soms zeer - jonge en kwetsbare kinderen. Het behoeft geen verder betoog dat en waarom hetgeen verdachte heeft gedaan uiterst verwerpelijk is.
Gelet op de aard en ernst van de feiten, zoals hiervoor uiteengezet, kan niet anders worden gereageerd dan met het opleggen van een gevangenisstraf van een aanzienlijke duur.
Persoon van verdachte
Ten aanzien van de persoon van verdachte heeft de rechtbank gelet op het Pro Justitia-rapport (psychologisch) en het advies van de reclassering.
Pro Justitia-rapportage, d.d. 26 februari 2025
Uit het onderzoek naar de verdachte zijn geen stoornissen naar voren gekomen. De psycholoog adviseert daarom het feit volledig aan de verdachte toe te rekenen. Ondanks de vele beschermende factoren en het, volgens risicotaxatie-instrumenten lage tot matige recidiverisico, is verdachte lang doorgegaan met het gedrag hoewel hij wist dat het strafbaar was. Er lijkt sprake van een verslaving aan het gevoel de baas te zijn of macht of controle te hebben over een ander. Daardoor is de klinische inschatting van het recidiverisico hoger dan het op grond van de risicotaxatie lijkt te zijn. De psycholoog houdt het idee dat ze niet volledig zicht op de seksualiteitsbeleving van verdachte heeft gekregen. De psycholoog adviseert thans geen zorg- of behandeltraject, maar adviseert wel binnen een voorwaardelijk strafdeel toezicht op verdachte en zijn gegevensdragers te houden. Binnen dat voorwaardelijke strafdeel waarin de reclassering dan toezicht houdt, kan verdachte het aangeven als hij toch meer behoefte aan hulp of behandeling nodig blijkt te hebben. Hij zou dan aangemeld kunnen worden voor een ambulante behandeling bij een forensische polikliniek om daar dan hulp te krijgen voor factoren die in onderhavig onderzoek wellicht onderbelicht zijn gebleven.
Advies reclassering
De reclassering beschouwt het als zorgelijk dat verdachte niet bij machte was om uit zichzelf te stoppen met het delictgedrag waar hij zich bij bewezenverklaring jarenlang schuldig aan heeft gemaakt. Het risico op recidive wordt ingeschat op hoog. De reclassering adviseert een deels voorwaardelijke gevangenisstraf aan verdachte op te leggen met daaraan verbonden een aantal bijzondere voorwaarden, te weten meldplicht, ambulante behandeling, vermijden contact met minderjarigen, vermijden kinderporno en een contactverbod met de slachtoffers. De reclassering adviseert bovendien de bijzondere voorwaarden dadelijk uitvoerbaar te verklaren. Voorts adviseert de reclassering om aan verdachte op te leggen een gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel. De reclassering acht dit van groot belang, zodat zij betrokkene een langere tijd kan blijven controleren op zijn internetgebruik en eventuele contacten met minderjarigen.
De rechtbank neemt de adviezen van de gedragsdeskundigen over en zal de feiten volledig aan verdachte toerekenen.
De rechtbank zal, gelet op de persoonlijke omstandigheden van verdachte en de noodzaak van behandeling en toezicht, een deel van de gevangenisstraf voorwaardelijk opleggen. Aan het voorwaardelijke strafdeel zullen de bijzondere voorwaarden worden verbonden zoals geadviseerd door de reclassering, een en ander zoals hieronder opgenomen in het dictum.
De rechtbank zal echter geen contactverbod opleggen omdat niet is gebleken dat verdachte nog contact zoekt met de slachtoffers. De rechtbank zal, op grond van het bepaalde in artikel 14b, tweede lid Sr, de aan het voorwaardelijk gedeelte van de gevangenisstraf verbonden proeftijd vaststellen op een duur van 5 jaren, nu de rechtbank er ernstig rekening mee houdt dat verdachte wederom een misdrijf zal begaan dat gericht is tegen of gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer
personen. De deskundigen schatten namelijk het risico op recidive in als hoog en verdachte is bovendien nadat hij is aangehouden en verhoord door de politie doorgegaan met het plegen van ontuchtige handelingen met minderjarige meisjes.
Alles afwegende acht de rechtbank een gevangenisstraf voor de duur van 4 jaren, met aftrek van de tijd die verdachte in voorarrest heeft doorgebracht, waarvan 1 jaar voorwaardelijk met een proeftijd van 5 jaren passend en geboden.
Gelet op hetgeen de rechtbank hierboven heeft overwogen ten aanzien van het recidiverisico, is de rechtbank van oordeel dat er ernstig rekening mee moet worden gehouden dat verdachte opnieuw een misdrijf zal begaan dat gericht is tegen of gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer personen. Daarom zal zij bevelen dat de bijzondere voorwaarden die verdachte zullen worden opgelegd en het toezicht door de reclassering dadelijk uitvoerbaar zijn.
De rechtbank is tot slot van oordeel dat, ter bescherming van de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen, oplegging van de maatregel ex artikel 38z Sr passend en geboden is. De rechtbank overweegt daartoe dat, nu de rechtbank een gedeeltelijk voorwaardelijke gevangenisstraf aan de verdachte heeft opgelegd wegens misdrijven die gericht zijn tegen of gevaar veroorzaken voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer personen en waarop naar de wettelijke omschrijving een gevangenisstraf van vier jaren of meer is gesteld, aan de wettelijke vereisten voor de oplegging van een gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel is voldaan. Met deze maatregel wordt de mogelijkheid gecreëerd om, na afloop van de proeftijd verdachte onder toezicht te stellen teneinde dreigende recidive te kunnen signaleren en daarop te kunnen acteren. Op die manier is een langdurig reclasseringstoezicht gewaarborgd en kunnen eventueel tijdens het voorwaardelijke deel aangevangen behandelingen indien nodig worden voortgezet in het kader van deze opgelegde maatregel.

Benadeelde partij

De volgende personen hebben zich als benadeelde partij in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding:
[slachtoffer 1] , wettelijk vertegenwoordig door [naam] en bijgestaan door mr. M.J. van Rooij, tot een bedrag van 2.500,- ter vergoeding van immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de datum waarop de schade is ontstaan;
[slachtoffer 12] , bijgestaan door mr. M.M. Scholten, tot een bedrag van 2.500,- ter vergoeding van immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de datum waarop de schade is ontstaan.
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft geconcludeerd tot toewijzing van de vorderingen, vermeerderd met wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft zich op het standpunt gesteld dat de vorderingen dienen te worden gematigd.
Oordeel van de rechtbank
[slachtoffer 1]
Naar het oordeel van de rechtbank is voldoende aannemelijk dat de benadeelde partij de gestelde schade heeft geleden en dat deze schade een rechtstreeks gevolg is van het onder 1 en 2 bewezen verklaarde. De hoogte van het gevorderde bedrag, te weten 2.500,- is naar het oordeel van de rechtbank alleszins redelijk en billijk. De vordering zal daarom worden toegewezen, vermeerderd met wettelijke rente vanaf 21 oktober 2022.
De rechtbank zal bepalen dat de aan [slachtoffer 1] te betalen schadevergoeding van 2.500,- zal worden gestort op een ten behoeve van haar te openen spaarrekening met een zogenoemde BEM (Belegging, Erfenis en andere gelden Minderjarigen)-clausule. Een dergelijke BEM-clausule is bedoeld ter bescherming van de belangen van de minderjarige. De minderjarige en de wettelijke vertegenwoordiger kunnen daarom slechts met toestemming van de kantonrechter hierover beschikken tot zij 18 jaar is.
Nu de aansprakelijkheid van verdachte vaststaat, zal de rechtbank de schadevergoedingsmaatregel opleggen om te bevorderen dat verdachte de schade zal vergoeden.
De rechtbank zal verdachte veroordelen in de kosten die de benadeelde partij tot aan deze uitspraak in verband met de vordering heeft gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en in de kosten die de benadeelde partij ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog moet maken.
[slachtoffer 12]
Naar het oordeel van de rechtbank is voldoende aannemelijk dat de benadeelde partij de gestelde schade heeft geleden en dat deze schade een rechtstreeks gevolg is van het onder 4 bewezen verklaarde. De hoogte van het gevorderde bedrag, te weten 2.500, is naar het oordeel van de rechtbank alleszins redelijk en billijk. De vordering zal daarom worden toegewezen, vermeerderd met wettelijke rente vanaf 28 januari 2023.
Nu de aansprakelijkheid van verdachte vaststaat, zal de rechtbank de schadevergoedingsmaatregel opleggen om te bevorderen dat verdachte de schade zal vergoeden.
De rechtbank zal verdachte veroordelen in de kosten die de benadeelde partij tot aan deze uitspraak in verband met de vordering heeft gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en in de kosten die de benadeelde partij ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog moet maken.

Beslag

Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich ter terechtzitting op het standpunt gesteld dat de gegevensdragers waarop kinderpornografisch materiaal is aangetroffen dienen te worden onttrokken aan het verkeer. Het gaat hierbij om:
1. Computer merk Geforce (1688693)
2. Telefoon Samsung S23 (1688697)
3. Telefoon Samsung S21 (1768838)
De overige goederen kunnen worden teruggeven aan verdachte omdat hier geen strafbaar materiaal op is aangetroffen.
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft zich op het standpunt gesteld dat de computer merk Geforce (1688693), Telefoon Samsung S23 (1688697) en Telefoon Samsung S21 (1768838) kunnen worden onttrokken aan het verkeer. Verdachte wil wel graag de buitenkant van de computer terug.
Oordeel van de rechtbank
De rechtbank zal de in beslag genomen computer merk Geforce (1688693), Telefoon Samsung S23 (1688697) en Telefoon Samsung S21 (1768838) onttrekken aan het verkeer. De feiten zijn met behulp van deze goederen zijn begaan.
De rechtbank is van oordeel de overige in beslag genomen goederen terug moeten worden gegeven aan verdachte, omdat het belang van strafvordering zich daartegen niet verzet.

Toepassing van wetsartikelen

De rechtbank heeft gelet op de artikelen 14a, 14b, 14c, 36b, 36c, 36f, 38z, 55, 57, 240b, 244, 245 en 247 Sr.
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij ten tijde van het bewezen verklaarde rechtens golden dan wel ten tijde van deze uitspraak gelden.

Uitspraak

De rechtbank

Verklaart het onder 1 primair, 1 subsidiair, 2 primair, 2 subsidiair, 3 primair en 4 ten laste gelegde bewezen, te kwalificeren en strafbaar zoals voormeld en verdachte daarvoor strafbaar.
Verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan het bewezen verklaarde en spreekt verdachte daarvan vrij.
Veroordeelt verdachte tot:

een gevangenisstraf voor de duur van 4 jaren.

Bepaalt dat van deze gevangenisstraf
een gedeelte, groot 1 jaar, niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, op grond, dat de veroordeelde voor het einde van of gedurende de proeftijd, die hierbij wordt vastgesteld op 5 jaren, de hierna te noemen voorwaarden niet heeft nageleefd.
Beveelt dat de tijd die de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf, geheel in mindering zal worden gebracht.
Voorwaarde is, dat de veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig zal maken aan een strafbaar feit.
Stelt als bijzondere voorwaarden gedurende de proeftijd:
veroordeelde meldt zich binnen drie werkdagen bij Reclassering Nederland op het adres Amerikaweg 3a, 9407 TJ Assen. Veroordeelde blijft zich melden op afspraken met de reclassering, zo vaak en zolang de reclassering dat nodig vindt;
veroordeelde laat zich behandelen door forensische polikliniek Assen of een soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering. De behandeling start zodra er plaats is. De behandeling duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt.
veroordeelde houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling;
3. veroordeelde zoekt op geen enkele wijze contact met minderjarigen. Hij vermijdt deze contacten zoveel mogelijk. Als contacten onvermijdelijk zijn, zorgt betrokkene dat de ouders van de minderjarigen hierbij aanwezig zijn;
4. veroordeelde vermijdt dat hij in aanraking komt met kinderpornografisch materiaal en vermijdt dat er kinderpornografisch materiaal op zijn digitale gegevensdragers komt. Veroordeelde onthoudt zich op welke wijze dan ook van:
het seksueel getint communiceren met minderjarigen;
het bezoeken van een digitale omgeving waarin kinderpornografisch materiaal kan worden verkregen;
het bezoeken van een digitale omgeving waarin over seksuele handelingen met minderjarigen wordt gecommuniceerd.
Veroordeelde bespreekt tijdens de gesprekken met de reclassering hoe hij denkt dit gedrag te
voorkomen. Veroordeelde werkt mee aan controle van geautomatiseerde werken en digitale gegevensdragers tijdens een huisbezoek. Veroordeelde verschaft toegang tot alle aanwezige computers, smartphones en andere digitale gegevensdragers waarop afbeeldingen kunnen worden opgeslagen of waarmee het internet kan worden benaderd. Veroordeelde verstrekt de wachtwoorden die nodig zijn voor deze controle. De controle op digitale gegevensdragers vindt maximaal drie keer per jaar plaats. Controles mogen slechts op geautomatiseerde wijze worden uitgevoerd. De controle is gericht op en beperkt zich tot
de vraag of veroordeelde kinderpornografisch materiaal vermijdt. De controle strekt er niet toe een beeld te krijgen van het persoonlijke leven van veroordeelde. Bij de controle kan gebruik worden gemaakt van een hulpmiddel dat een indicatie geeft of kinderpornografisch materiaal aanwezig is.
Geeft aan voornoemde reclasseringsinstelling de opdracht als bedoeld in artikel 14c, zesde lid, van het Wetboek van Strafrecht toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden.
Voorwaarden daarbij zijn dat de veroordeelde:
  • ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking zal verlenen aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
  • medewerking zal verlenen aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c, zesde lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht, daaronder begrepen.
Beveelt dat de hiervoor genoemde voorwaarden en het aan genoemde reclasseringsinstelling opgedragen toezicht
dadelijk uitvoerbaarzijn.
Legt aan de verdachte op
de maatregel strekkende tot gedragsbeïnvloeding of vrijheidsbeperking
zoals bedoeld in artikel 38z van het Wetboek van Strafrecht.
Ten aanzien van feiten 1 en 2:
Wijst de vordering van de benadeelde partij toe en veroordeelt verdachte om aan
[slachtoffer 1]te betalen:
  • het bedrag van 2.500 (zegge: tweeduizend vijfhonderd euro). Dit bedrag bestaat uit immateriële schade;
  • de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 21 oktober 2022 tot de dag van algehele voldoening;
  • de proceskosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak alsnog zal maken, tot heden begroot op nihil.
Bepaalt dat de te betalen schadevergoeding van 2.500 (zegge: tweeduizend vijfhonderd euro) zal worden gestort op een ten behoeve van [slachtoffer 1] , geboren op 29 juni 2010, te openen spaarrekening met een BEM-clausule.
Legt aan verdachte de verplichting op om ten behoeve van [slachtoffer 1] aan de Staat te betalen een bedrag van 2.500 (zegge: tweeduizend vijfhonderd euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 21 oktober 2022 tot de dag van algehele voldoening. Dit bedrag bestaat uit immateriële schade.
Bepaalt dat bij gebreke van volledig verhaal van de betalingsverplichting aan de Staat gijzeling voor de duur van 35 dagen kan worden toegepast. De toepassing van gijzeling heft de betalingsverplichting niet op.
Bepaalt dat als verdachte voldoet aan de betalingsverplichting aan de benadeelde partij of aan de Staat, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd van de betalingsverplichting aan beiden.
Ten aanzien van feit 4:
Wijst de vordering van de benadeelde partij toe en veroordeelt verdachte om aan
[slachtoffer 12]te betalen:
  • het bedrag van 2.500 (zegge: tweeduizend vijfhonderd euro). Dit bedrag bestaat uit immateriële schade;
  • de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 28 januari 2023 tot de dag van algehele voldoening;
  • de proceskosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak alsnog zal maken, tot heden begroot op nihil.
Legt aan verdachte de verplichting op om ten behoeve van [slachtoffer 12] aan de Staat te betalen een bedrag van 2.500 (zegge: tweeduizend vijfhonderd euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 28 januari 2023 tot de dag van algehele voldoening. Dit bedrag bestaat uit immateriële schade.
Bepaalt dat bij gebreke van volledig verhaal van de betalingsverplichting aan de Staat gijzeling voor de duur van 35 dagen kan worden toegepast. De toepassing van gijzeling heft de betalingsverplichting niet op.
Bepaalt dat als verdachte voldoet aan de betalingsverplichting aan de benadeelde partij of aan de Staat, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd van de betalingsverplichting aan beiden.
Beslissing op het beslag

Onttrekt aan het verkeer:

Computer merk Geforce (1688693)
Telefoon Samsung S23 (1688697)
Telefoon Samsung S21 (1768838)

Gelast de teruggave aan verdachte van:

Computer merk Geforce (1688694)
Computer merk Nvidia (1688696)
Telefoon, Samsung S5 (1688698)
Harde schijf (Seagate) (1688703)
Harde schijf (1688706)
Harde schijf (1688707)
Computer merk Intel notebook (1688708)
Computer merk Geforce (1768836)
Dit vonnis is gewezen door mr. R.B. Maring, voorzitter,
mr. A. Nieuwenhuis en mr. M.T.M. Hennevelt, rechters, bijgestaan door mr. J.D. Zwaagstra, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 1 mei 2025.