ECLI:NL:RBNNE:2025:1814

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
14 mei 2025
Publicatiedatum
13 mei 2025
Zaaknummer
198388
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek tot wijziging geslachtsaanduiding in geboorteakte met betrekking tot non-binaire identiteit

Op 14 mei 2025 heeft de Rechtbank Noord-Nederland een beschikking gegeven in een zaak waarin [betrokkene] verzocht om wijziging van de geslachtsaanduiding op de geboorteakte van vrouwelijk naar 'X', ter ondersteuning van zijn non-binaire identiteit. De rechtbank heeft kennisgenomen van het verzoekschrift dat op 17 januari 2025 is ingediend. Tijdens de mondelinge behandeling op 16 april 2025 was [betrokkene] aanwezig, bijgestaan door zijn advocaat, mr. K.S.M. Smienk. De ambtenaar van de burgerlijke stand (ABS) was opgeroepen maar is niet verschenen. De rechtbank heeft vastgesteld dat er op dit moment geen wettelijke grondslag bestaat voor het verzoek om de geslachtsaanduiding te wijzigen naar een non-binaire variant. Wel is er een wetsvoorstel in behandeling dat deze wijziging mogelijk zou kunnen maken, maar dit is controversieel verklaard en er is geen zicht op voortgang. De rechtbank heeft de artikelen 1:28 tot en met 1:28c van het Burgerlijk Wetboek naar analogie toegepast, maar heeft ook vastgesteld dat een deskundigenverklaring vereist is voor een dergelijke wijziging. De rechtbank heeft de zaak aangehouden en [betrokkene] opgedragen om een deskundigenverklaring te overleggen. De ABS krijgt de gelegenheid om te reageren op deze verklaring. De rechtbank heeft iedere verdere beslissing aangehouden en de zaak zal in beginsel op de stukken worden afgedaan.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling Privaatrecht
Locatie Leeuwarden
zaak-/rekestnummer: C/17/198388 / FA RK 25-128
beschikking van de meervoudige kamer d.d. 14 mei 2025
inzake
[naam],
wonende in [woonplaats]
in deze zaak domicilie kiezende te [woonplaats] ,
hierna ook te noemen [betrokkene] ,
advocaat mr. K.S.M. Smienk, kantoorhoudende te Gouda,
met als belanghebbende:
de ambtenaar van de burgerlijke stand,
van de gemeente [gemeente] ,
hierna te noemen de ABS.

1.Het procesverloop

1.1.
De rechtbank heeft kennisgenomen van het verzoekschrift met bijlagen van [betrokkene] , ontvangen op 17 januari 2025.
1.2.
Op 16 april 2025 heeft de meervoudige kamer van de rechtbank de zaak tijdens de mondelinge behandeling (zitting) met gesloten deuren behandeld. Daarbij was [betrokkene] met mr. Smienk aanwezig.
1.3.
De ABS is opgeroepen, maar met kennisgeving niet verschenen.

2.De feiten

2.1.
[betrokkene] is geboren op [geboortedatum] in [geboorteplaats] .
2.2.
Van de geboorte van [betrokkene] is op [datum] door de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente [gemeente] een geboorteakte opgemaakt met nummer [nummer] .
2.3.
Op de geboorteakte staat als geslacht van [betrokkene] vermeld: F (vrouwelijk/froulik).
2.4.
[betrokkene] heeft de Nederlandse nationaliteit en woont in [land] .

3.Het verzoek

3.1.
[betrokkene] verzoekt de rechtbank om bij beschikking, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
I. de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente [gemeente] te gelasten om aan de geboorteakte, ingeschreven in het register van de gemeente [gemeente] van het jaar [jaar] (aktenummer [nummer] ) een latere vermelding toe te voegen van wijziging van het geslacht in die zin dat het geslacht 'X' zal zijn;
II. te bepalen dat diens voornaam gewijzigd wordt in de voornaam [voornamen] en de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente [gemeente] te gelasten om deze wijziging aan voornoemde geboorteakte toe te voegen.
3.2.
Ter onderbouwing van het verzoek, heeft [betrokkene] toegelicht al sinds jonge leeftijd
zoekende te zijn. Deze worsteling met de identiteit was voor [betrokkene] lastig. De puberteit
werd gekenmerkt door verslavingen, depressies en manieën. Inmiddels heeft [betrokkene] daarin
stappen gemaakt, is er geen sprake meer van een depressie en gaat het goed. Toch bleef bij
[betrokkene] het gevoel bestaan dat er iets niet klopte. Dat veranderde toen [betrokkene] halverwege
2024 in een YouTube-video ontdekte dat de term non-binair bestond. Op dat moment vielen
voor [betrokkene] de puzzelstukjes in elkaar en in december 2024 is [betrokkene] daarom een
genderneutrale naam gaan gebruiken.

4.De beoordeling

De bevoegdheid van de rechtbank
4.1.
Doordat [betrokkene] in [land] woont, heeft deze zaak een internationaal karakter. De rechtbank dient daarom eerst ambtshalve te onderzoeken of de Nederlandse rechter (in internationale zin) bevoegd is van het verzoek kennis te nemen. Nu [betrokkene] de Nederlandse nationaliteit bezit en de geboorteakte in de Nederlandse registers van de burgerlijke stand voorkomt, is de zaak naar het oordeel van de rechtbank voldoende met de rechtssfeer van Nederland verbonden en komt aan de Nederlandse rechter op grond van artikel 3, aanhef en onder c, van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (hierna: Rv) rechtsmacht toe.
4.2.
Vervolgens ligt de vraag voor of deze rechtbank (in relatieve zin) bevoegd is van het verzoek kennis te nemen. In dat kader is van belang dat in artikel 263 Rv een specifieke regeling is opgenomen voor de bevoegdheid van de rechter in zaken, die uitsluitend betreffen de aanvulling van de registers van de burgerlijke stand of de inschrijving, doorhaling of wijziging van daarin in te schrijven of ingeschreven akten. In die zaken is bevoegd de rechter binnen wiens rechtsgebied de akte is of moet worden ingeschreven. In dit geval is de akte van geboorte van [betrokkene] ingeschreven in [gemeente] . De rechtbank is daarom bevoegd om kennis te nemen van het verzoek tot, kort gezegd, wijziging van het geslacht in de geboorteakte. Ten aanzien van het verzoek tot wijziging van de voornaam, volgt uit artikel 262 sub a Rv dat de rechter van de woonplaats van verzoeker bevoegd is. Artikel 269 Rv bepaalt dat in dit geval, waarbij er geen woonplaats in Nederland is, de rechtbank ’s-Gravenhage bevoegd is. Omdat de rechtbank een separate behandeling van dit verzoek onwenselijk acht en geen van partijen ten aanzien van het verzoek tot wijziging van de voornaam heeft aangegeven een verwijzing te wensen als bedoeld in artikel 270 lid 1 Rv, acht de rechtbank zich ook ten aanzien van dit verzoek bevoegd.
De wijziging van het geslacht naar 'X'
4.3.
De rechtbank stelt vast dat er op dit moment geen wettelijke grondslag bestaat voor het verzoek om de vermelding van het geslacht op de geboorteakte te wijzigen en daarbij een non-binaire geslachtsidentiteit op te nemen in de geboorteakte in de vorm van een ‘X’.
Wel is er sinds 2021 een wetsvoorstel aanhangig dat ziet op de wijziging van de vermelding van het vrouwelijke of mannelijke geslacht in de geboorteakte. Op 12 september 2023 is dit wetsvoorstel controversieel verklaard, waarna op 23 april 2024 een motie is aangenomen
waarin de regering is verzocht het wetsvoorstel in te trekken. [1] Vervolgens is op 3 april 2025 een motie aangenomen waarin de regering wordt verzocht om uitvoering te geven aan voornoemde motie uit 2024. [2]
4.4.
De rechtbank overweegt dat het in beginsel aan de wetgever is om een voorziening te treffen die het mogelijk maakt om een non-binaire geslachtsidentiteit op te nemen in de geboorteakte. Hoewel er wel initiatief toe is genomen, is er op dit moment nog geen zicht op voortgang van dit wetgevingsproces. Het is nog onduidelijk of, en zo ja, op welke termijn inwerkingtreding van wetgeving over een neutrale geslachtsregistratie kan worden verwacht. De rechtbank overweegt dat zolang er geen wetgeving is, elke concrete zaak aan de hand van de aard en inhoud van het verzoek en de verdere omstandigheden van het geval moet worden beslist, zoals de Hoge Raad heeft geoordeeld in zijn uitspraak van 4 maart 2022. [3]
4.5.
In dat kader acht de rechtbank van belang dat de artikelen 1:28 Burgerlijk Wetboek (hierna: BW) tot en met 1:28c BW voorzien in de mogelijkheid om de geslachtsaanduiding in de geboorteakte te wijzigen van vrouwelijk naar mannelijk en van mannelijk naar vrouwelijk. In diverse uitspraken zijn deze artikelen naar analogie toegepast, waarna de verzoeken tot het aanduiden van het geslacht in de geboorteakte met een 'X' zijn toegewezen.
4.6.
De rechtbank ziet ook in deze zaak aanleiding om de hiervoor genoemde artikelen naar analogie toe te passen. De rechtbank is gelijk aan de beschikking van het gerechtshof Amsterdam van oordeel dat het ontbreken van een wettelijke regeling om de vermelding van het geslacht op de geboorteakte te wijzigen naar een non-binaire variant, betekent dat het voor non-binaire personen onmogelijk is om hun zelfbeschikkingsrecht uit te oefenen in de vorm van een non-binaire geslachtsregistratie. [4] Dit is anders dan bij personen die de overtuiging hebben tot het andere geslacht te behoren. Voor hen geldt namelijk dat er wel een wettelijke regeling bestaat om het geslacht te wijzigen van man naar vrouw, of van vrouw naar man. Dit levert naar het oordeel van de rechtbank een onderscheid op naar geslacht, zoals bedoeld in artikel 26 van het Internationaal verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten (IVBPR) en artikel 1 lid 2 van het Protocol nummer 12 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM), dat niet objectief en redelijkerwijs kan worden gerechtvaardigd en om die reden ongeoorloofd is.
Deskundigenverklaring
4.7.
Op grond van artikel 1:28a BW moet bij een verzoek om wijziging van het geslacht naar het andere geslacht in de geboorteakte een deskundigenverklaring worden overgelegd. Bij analoge toepassing van dit artikel in situaties waarin iemand zich identificeert als non-binair, is in beginsel dus een deskundigenverklaring vereist. Een dergelijke verklaring dient in te houden dat de betrokkene bij de deskundige heeft verklaard de overtuiging te hebben een genderneutraal geslacht te hebben en jegens de deskundige er blijk van heeft gegeven diens voorlichting omtrent de reikwijdte en de betekenis van deze staat te hebben begrepen en de wijziging van de vermelding van het geslacht in de akte van geboorte weloverwogen te blijven wensen.
4.8.
[betrokkene] heeft geen deskundigenverklaring overgelegd, maar heeft ter zitting wel aangeboden hier zo nodig alsnog bereid toe te zijn. Hoewel er ook uitspraken zijn gedaan waarin verzoeken tot X-registratie zonder deskundigenverklaring zijn toegewezen, ziet de rechtbank aan de hand van de aard en inhoud van het verzoek en de verdere omstandigheden van dit geval aanleiding verzoeker op te dragen alsnog een deskundigenverklaring in het geding te brengen. [5]
De voornaamswijziging
4.9.
Nu de beslissing over de geslachtsregistratie wordt aangehouden, ziet de rechtbank aanleiding om ook de beslissing over de voornaamswijziging aan te houden.

5.Beslissing

De rechtbank:
5.1.
houdt iedere verdere beslissing aan;
5.2.
draagt [betrokkene] op om uiterlijk
14 juli 2025een deskundigenverklaring te overleggen zoals is omschreven in rechtsoverweging 4.8;
5.3.
stelt de ABS in de gelegenheid om binnen twee weken na ontvangst van de door [betrokkene] te overleggen deskundigenverklaring schriftelijk te reageren;
5.4.
bepaalt dat de zaak vervolgens in beginsel op de stukken zal worden afgedaan.
Deze beschikking is gegeven door mr. J. Teertstra, voorzitter, mr. I.M. Dölle en W. de Weijer, (rechters), bijgestaan door mr. Y. Bos, de griffier en in het openbaar uitgesproken op 14 mei 2025.

Voetnoten

1.Kamerstukken II 2022/23, 36408, nr. 16, Lijst van controversiële onderwerpen zoals vastgesteld door de kamer op 12 september. Het gaat om het wetsvoorstel Vereenvoudiging Transgenderwet dat op 4 mei 2021 bij de Tweede Kamer is ingediend (
2.Kamerstukken II 2024/25, 33836, nr. 106.
3.Hoge Raad 4 maart 2022, ECLI:NL:HR:2022:336.
4.Gerechtshof Amsterdam 23 mei 2023, ECLI:NL:GHAMS:2023:1266, r.o. 5.16.
5.Rechtbank Overijssel, 26 januari 2023, RBOVE:2023:306 en rechtbank Rotterdam, 9 juni 2023 en RBROT:2023:5245.