Tenlastelegging
Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
1
hij op of omstreeks 16 september 2023 te [plaats] , althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk een of meer ontploffingen teweeg heeft gebracht en/of brand heeft gesticht door op/bij/ter hoogte van een pand, gelegen aan/bij de [adres] ( [bedrijf] ) een stuk (professioneel) vuurwerk en/of (motor)benzine althans een explosieve/brandbare substantie en/of stof(fen) met open vuur in aanraking te brengen en/of aan te steken en/of tot ontbranding te brengen, en daarvan
- gemeen gevaar voor voornoemde pand en/of de nabijheid gelegen pand(en) en/of auto's, in elk geval gemeen gevaar voor goederen en/of
- levensgevaar voor de in de bovengelegen/naastgelegen/omringende woningen/panden aanwezige personen en/of personen die zich op het moment van de ontploffing in de nabijheid en/of de (naastgelegen) omgeving van de plek waar de ontploffing plaatsvond bevonden, in elk geval levensgevaar voor een ander of anderen en/of
- gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor in de bovengelegen/naastgelegen/omringende woningen/panden aanwezige personen en/of personen die zich op het moment van de ontploffing in de nabijheid en/of de (naastgelegen) omgeving van de plek waar de ontploffing plaatsvond bevonden, in elk geval gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een ander of anderen te duchten was;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
[medeverdachte 2] op of omstreeks 16 september 2023 te [plaats] , althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk een of meer ontploffingen teweeg heeft gebracht en/of brand heeft gesticht door op/bij/ter hoogte van een pand, gelegen aan/bij de [adres]
( [bedrijf] ) een stuk (professioneel) vuurwerk en/of (motor)benzine althans een explosieve/brandbare substantie en/of stof(fen) met open vuur in aanraking te brengen en/of aan te steken en/of tot ontbranding te brengen, en daarvan
- gemeen gevaar voor voornoemde pand en/of de nabijheid gelegen pand(en) en/of auto's, in elk geval gemeen gevaar voor goederen en/of
- levensgevaar voor de in de bovengelegen/naastgelegen/omringende woningen/panden aanwezige personen en/of personen die zich op het moment van de ontploffing in de nabijheid en/of de (naastgelegen) omgeving van de plek waar de ontploffing plaatsvond bevonden, in elk geval levensgevaar voor een ander of anderen en/of
- gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor in de bovengelegen/naastgelegen/omringende woningen/panden aanwezige personen en/of personen die zich op het moment van de ontploffing in de nabijheid en/of de (naastgelegen) omgeving van de plek waar de ontploffing plaatsvond bevonden, in elk geval gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een ander of anderen te duchten was, tot het plegen van welk misdrijf verdachte op of omstreeks 16 september 2023 te [plaats] , althans in Nederland, opzettelijk behulpzaam is geweest en/of gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft door:
- het fabriceren en/of verstrekken van een explosief (vuurwerk brandstof combinatie)
- het verstrekken van het adres waar de explosie plaats moest vinden aan een onbekend gebleven persoon
- contact te hebben met de opdrachtgever(s) en opdrachtnemer(s) over de uitvoer en/of afloop van de explosie;
2
hij op of omstreeks 12 september 2023 te Groningen, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk een of meer ontploffingen teweeg heeft gebracht en/of
brand heeft gesticht door op/bij/ter hoogte van een pand, gelegen aan/bij de [adres] ( [bedrijf] ) een explosieve/brandbare substantie en/of stof(fen) met open vuur in aanraking te brengen en/of aan te steken en/of tot ontbranding te brengen, en daarvan
- gemeen gevaar voor voornoemde pand en/of de nabijheid gelegen pand(en), in elk geval gemeen gevaar voor goederen en/of
- levensgevaar voor de in de bovengelegen/naastgelegen/omringende woningen/panden aanwezige personen en/of personen die zich op het moment van de ontploffing in de nabijheid en/of de (naastgelegen) omgeving van de plek waar de ontploffing plaatsvond bevonden, in elk geval levensgevaar voor een ander of anderen en/of
- gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor in de bovengelegen/naastgelegen/omringende woningen/panden aanwezige personen en/of personen die zich op het moment van de ontploffing in de nabijheid en/of de (naastgelegen) omgeving van de plek waar de ontploffing plaatsvond bevonden, in elk geval gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een ander of anderen te duchten was;
3
hij op of omstreeks 19 september 2023 te [plaats] , althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk een of meer ontploffingen teweeg heeft gebracht en/of brand heeft gesticht door op/bij/ter hoogte van een pand, gelegen aan/bij de [adres] ( [bedrijf] ) een stuk (professioneel) vuurwerk en/of brandstof althans een explosieve/brandbare substantie en/of stof(fen) met open vuur in aanraking te brengen en/of aan te steken en/of tot ontbranding te brengen, en daarvan gemeen gevaar voor voornoemde pand en/of de nabijheid gelegen pand(en), in elk geval
gemeen gevaar voor goederen te duchten was;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
een onbekend gebleven persoon op of omstreeks 19 september 2023 te [plaats] , althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk een of meer ontploffingen teweeg heeft gebracht en/of brand heeft gesticht door op/bij/ter hoogte van een pand, gelegen aan/bij de [adres] ( [bedrijf] ) een stuk (professioneel) vuurwerk en/of brandstof althans een explosieve/brandbare substantie
en/of stof(fen) met open vuur in aanraking te brengen en/of aan te steken en/of tot ontbranding te brengen, en daarvan gemeen gevaar voor voornoemde pand en/of de nabijheid gelegen pand(en), in elk geval gemeen gevaar voor goederen te duchten was tot het plegen van welk misdrijf verdachte op of omstreeks 19 september 2023 te [plaats] , althans in Nederland, opzettelijk behulpzaam is geweest en/of gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft door:
- het verstrekken van een explosief (vuurwerk brandstof combinatie)
- het verstrekken van het adres waar de explosie plaats moest vinden aan een onbekend gebleven persoon;
meer subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij in of omstreeks de periode 16 september 2023 tot en met 19 september 2023 te Tilburg, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een wapen van categorie II, onder 7 van de Wet wapens en munitie, te weten een explosief (vuurwerk brandstof combinatie), zijnde een voorwerp bestemd voor het treffen van personen of zaken door vuur of door middel van ontploffing voorhanden heeft gehad.
Beoordeling van het bewijs
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft veroordeling voor het onder feit 1 primair, het onder feit 2 en het onder feit 3 subsidiair ten laste gelegde gevorderd.
Ten aanzien van feit 1 primair heeft de officier van justitie aangevoerd dat verdachte een essentiële, materiële bijdrage aan de vervaardiging van de VBC heeft geleverd. Hij heeft namelijk het vuurwerk geleverd en heeft samen met medeverdachte [medeverdachte 1] de benzine getankt. Er is bovendien vlak voor het plegen van de aanslag contact met verdachte geweest, evenals vlak daarna. Verdachte gaf toen aan dat de medeverdachten geen geld zouden krijgen. Medeverdachte [medeverdachte 2] heeft verdachte de opdrachtgever genoemd en op een video is te zien dat medeverdachte [medeverdachte 2] bij verdachte checkt hoe hij de explosie moest gaan uitvoeren. Dit duidt op een intellectuele bijdrage van verdachte. Het geheel in samenhang bezien wijst op een wezenlijke betrokkenheid van verdachte en een nauwe en bewuste samenwerking met medeverdachten [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] , zodat hij als medepleger kan worden aangemerkt.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft betoogd dat verdachte moet worden vrijgesproken van het onder feit 1 primair ten laste gelegde. De raadsman heeft zich ten aanzien van het ten laste gelegde onder feit 1 subsidiair, feit 2 en feit 3 subsidiair gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
Oordeel van de rechtbank
De rechtbank volstaat ten aanzien van het hierna onder feit 1 subsidiair, het onder feit 2 en het onder feit 3 subsidiair bewezen verklaarde met een opgave van de bewijsmiddelen overeenkomstig het bepaalde in artikel 359, derde lid tweede volzin, van het Wetboek van Strafvordering, nu verdachte het hierna bewezen verklaarde duidelijk en ondubbelzinnig heeft bekend. Ieder bewijsmiddel is -ook in onderdelen- slechts gebruikt voor het feit waarop het blijkens zijn inhoud betrekking heeft.
Deze opgave luidt als volgt:
Ten aanzien van feit 1 subsidiair:
de verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 8 april 2025;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van aangifte d.d. 16 september 2023, opgenomen op pagina 288 e.v. van het dossier van Politie Noord-Nederland met nummer 2023247846 d.d. 13 maart 2024, inhoudend de verklaring van [naam] ;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 4 oktober 2023, opgenomen op pagina 418 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend het relaas van verbalisant;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van forensisch onderzoek plaats delict
( [adres] ) d.d. 9 oktober 2023, opgenomen op pagina 474 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend het relaas van verbalisant;
5. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 17 oktober 2023, opgenomen op pagina 618 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend het relaas van verbalisant;
1. de verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 8 april 2025;
2. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van aangifte d.d. 13 september 2023, opgenomen op pag. 103 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend de verklaring van [naam] ;
3. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 3 november 2023, opgenomen op pag. 176 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend het relaas van verbalisant;
4. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van forensisch onderzoek bedrijf ( [adres] )
d.d. 17 oktober 2023, opgenomen op pag. 12 e.v. van het forenisch dossier, inhoudend het relaas van verbalisant;
Ten aanzien van feit 3 subsidiair:
de verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 8 april 2025;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van aangifte d.d. 19 september 2023, opgenomen op pagina 929 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend de verklaring van [naam] ;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van forensisch onderzoek bedrijf ( [adres] )
d.d. 6 februari 2024, opgenomen op pagina 1005 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend het relaas van verbalisanten;
4. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 25 september 2023, opgenomen op pagina 1017 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend het relaas van verbalisant;
5. een deskundigenrapport afkomstig van het Nederlands Forensisch Instituut van het Ministerie van Justitie en Veiligheid, zaaknummer 2023.10.17.109 (aanvraag 003), d.d. 24 januari 2024, opgemaakt door ing. V. van Marion, op de door hem/haar afgelegde algemene belofte als vast gerechtelijk deskundige, opgenomen op pagina 1016 e.v. van voornoemd dossier;
6. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 7 maart 2024, opgenomen op pagina 1066 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van verbalisant.
Met betrekking tot de hiervoor weergegeven standpunten overweegt de rechtbank het volgende.
Ten aanzien van feit 1
De rechtbank is van oordeel dat wettig en overtuigend bewezen is dat verdachte betrokken is geweest bij de explosie aan de [adres] in [plaats] . Uit het dossier en uit het verhandelde ter terechtzitting volgt echter niet dat verdachte in zodanige mate bewust en nauw heeft samengewerkt met medeverdachten dat gesproken kan worden van medeplegen. Hoewel verdachte wetenschap had van het strafbare feit en opzettelijk gedragingen heeft verricht die het plegen van het feit hebben bevorderd of vergemakkelijkt, te weten het verstrekken van het explosief, zijn er onvoldoende aanwijzingen voor een verdere intellectuele of materiële bijdrage van verdachte. Dat verdachte op de hoogte was van de wijze waarop de explosie zou gaan plaatsvinden en dat hij ook nadien contact heeft gehad met de andere verdachten, is naar het oordeel van de rechtbank onvoldoende om te kunnen spreken van een intellectuele bijdrage aan het ten laste gelegde. De rechtbank zal verdachte daarom vrijspreken van het onder feit 1 primair ten laste gelegde. Wel is komen vast te staan dat verdachte opzettelijk behulpzaam is geweest bij het plegen van het strafbare feit door het verstrekken van het explosief, en dat er aldus sprake is van medeplichtigheid.
De rechtbank komt daarmee tot een bewezenverklaring voor het subsidiair ten laste gelegde onder feit 1.
Ten aanzien van feit 2
De rechtbank is van oordeel dat dit feit wettig en overtuigend bewezen kan worden, nu verdachte dit feit heeft bekend en dit ook wordt ondersteund door andere bewijsmiddelen, zoals hierboven vermeld.
De rechtbank is tevens van oordeel dat is bewezen dat er door de ontploffing levensgevaar en gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een ander te duchten was. Uit het dossier blijkt dat er verschillende personen aanwezig waren in de panden boven het pand waar de ontploffing plaatsvond. De bewoners van de omliggende panden werden opgeschrikt door een harde knal en hebben verklaard dat er voorwerpen van hun wand zijn gevallen en andere goederen in hun woningen zijn omgevallen. Op de camerabeelden is een flinke explosie te zien. Door de explosieve kracht is er veel schade aangericht aan het pand. Uit de beelden blijkt eveneens dat er rondom het tijdstip van de explosie voetgangers, fietsers en een bus vlak langs het betreffende pand liepen of reden. Naar het oordeel van de rechtbank staat op grond van deze feiten en omstandigheden vast dat het handelen van verdachte een situatie heeft opgeleverd waarin naar algemene ervaringsregels niet alleen gevaar voor goederen te duchten was, dat zich ook heeft verwezenlijkt, maar ook levensgevaar en gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor anderen te duchten was.
Ten aanzien van feit 3
De rechtbank overweegt dat er vrijspraak moet volgen van het primair ten laste gelegde, nu zowel uit het verhandelde ter terechtzitting als uit het dossier blijkt dat verdachte niet aanwezig was op de plaats delict en het explosief niet heeft geplaatst. Evenmin blijkt van een bewuste en nauwe samenwerking waarbij verdachte in de voorfase een actieve bijdrage heeft geleverd aan het teweegbrengen van de explosie bij het pand [adres] . Wel is gebleken dat verdachte het explosief heeft verstrekt, zoals hij zelf heeft erkend, waardoor hij als medeplichtige kan worden aangemerkt. De rechtbank acht daarom feit 3 subsidiair wettig en overtuigend bewezen.