Op 6 juni 2025 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening met betrekking tot een omgevingsvergunning voor de verbouwing van een hotel aan de Lavendelheide 4 in Drachten. Verzoekers, die zich verzetten tegen de vergunning, hebben een aantal gronden aangevoerd voor hun verzoek. De vergunninghoudster had een omgevingsvergunning aangevraagd voor de bouw van een dertig meter hoog gebouw, dat bedoeld is voor hotelkamers, vergaderzalen en een terras. De rechtbank had eerder, op 24 juni 2022, de omgevingsvergunning vernietigd en het college opgedragen een nieuw besluit te nemen. Op 17 maart 2021 was de vergunning verleend, maar dit besluit is later door de rechtbank ongeldig verklaard.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen, omdat de rechtbank al een uitspraak had gedaan in het bodemgeschil. Hierdoor hadden de verzoekers geen belang meer bij hun verzoek. Wel is bepaald dat het college het griffierecht van € 184,- aan de verzoekers moet vergoeden, omdat de omgevingsvergunning door de rechtbank is vernietigd. De voorzieningenrechter heeft geconcludeerd dat de bouw voorlopig niet mag plaatsvinden, totdat er eventueel een nieuwe vergunning is verleend. De uitspraak is gedaan door mr. R.L. Vucsán, in aanwezigheid van griffier mr. A.P. Voorham, en is openbaar uitgesproken op 6 juni 2025.