ECLI:NL:RBNNE:2025:2932
Rechtbank Noord-Nederland
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Intrekking van alcoholwetvergunning en exploitatievergunning wegens niet-naleving van vergunningvoorwaarden
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Nederland op 23 juli 2025 uitspraak gedaan over een verzoek om een voorlopige voorziening van verzoekster, die een alcoholwetvergunning en exploitatievergunning voor een seksbedrijf had aangevraagd. De burgemeester van de gemeente Súdwest-Fryslân had deze vergunningen eerder verleend, maar later geschorst en uiteindelijk ingetrokken vanwege schending van de voorwaarden die aan de vergunningen waren verbonden. Verzoekster was het niet eens met deze intrekking en vroeg de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening.
De voorzieningenrechter heeft de zaak beoordeeld aan de hand van de gronden die verzoekster had aangevoerd. Hij concludeerde dat verzoekster niet had voldaan aan de voorwaarden van de vergunningen, waaronder de verplichting om huurbetalingen aan te tonen en wijzigingen in de leidinggevende te melden. De burgemeester had geconstateerd dat verzoekster een huurachterstand had en dat er een nieuwe bestuurder was aangesteld zonder dit te melden. Dit leidde tot de conclusie dat de vergunningen terecht waren ingetrokken.
De voorzieningenrechter oordeelde dat verzoekster onvoldoende had aangetoond dat haar verzoek om een voorlopige voorziening een redelijke kans van slagen had. Hij wees het verzoek af en stelde vast dat de geconstateerde overtredingen te ernstig waren om de vergunningen te herstellen. De uitspraak heeft geen mogelijkheid tot hoger beroep of verzet.