Uitspraak
RECHTBANK Noord-Nederland
1.De procedure
2.De feiten
3.De feiten
"(…) [gedaagde] had de opdracht om de bestaande sedum te verwijderen en naderhand een nieuwe sedum aan te brengen en omdat dus het gehele pakket aan bestaande sedum van het dak afging is in overleg met u besloten om meteen ook de bestaande epdm dakbedekking te controleren. Hierbij is door [gedaagde] gebruik gemaakt van onze vrachtwagen met kraan om de sedum van het dak te hijsen dit is geweest op dinsdag 26, donderdag 28 en donderdag 11 april.
“Afgelopen week zijn we net als andere partijen binnen [multifunctioneel centrum] geteisterd door meerdere stevige lekkages. Ik begrijp dat ze het sedum nu weer erop leggen maar zijn de lekkages nu verholpen vraag ik mij af? Hoe gaan we hier nu mee om?”.Later heeft de VvE nog meer lekkage meldingen van gebruikers en de gebouwbeheerder ontvangen. De VvE heeft deze meldingen steeds doorgezonden aan [eisende partij] , [firma 1] en installateur Unica. [eisende partij] en [firma 1] hebben het dak daarna bekeken. Na nader overleg met de VvE is een plan van aanpak opgemaakt en besloten om het sedum van het dak te verwijderen. Eind september 2019/begin oktober 2019 is bepaald op welk deel van het dak dit zou gebeuren, waarbij afgesproken is dat prioriteit zou worden gegeven aan de locaties met de meest heftige lekkages. Het verwijderen van het sedum op die locaties heeft op 16 en 22 oktober 2019 plaatsgevonden.
"Zoals op bovenstaande foto's te zien is lijkt het er op dat de beschadiging in de epdm toplaag veroorzaakt zijn door een scherp voorwerp. Wij zijn 100 % zeker dat deze beschadigingen er niet zaten op het moment dat wij de controle aan de dakbedekking uitgevoerd in de periode van week 14 tot week 28 2019.
4.Het geschil
5.De beoordeling
zaaknummer: C/19/139131 / HA ZA 22-28) op vordering van de VvE een verklaring voor recht afgegeven dat [eisende partij] , als gevolg van gedragingen van haar hulppersoon [gedaagde] , toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van verbintenissen voortvloeiend uit de tussen de VvE en [eisende partij] gesloten overeenkomst van aanneming van werk en gehouden is de schade die de VvE als gevolg hiervan heeft geleden te vergoeden. [eisende partij] is tevens veroordeeld tot betaling aan de VvE van een bedrag van in totaal € 263.803,68, te vermeerderen met de wettelijke rente, betaling van buitengerechtelijke incassokosten en proceskosten (inclusief nakosten en wettelijke rente).
LJNBO7108,
NJ2011/571 (
First Data/Attingo).
6.De beslissing
323/ie