Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
uitspraak van de kantonrechter van 14 augustus 2025
[betrokkene] (de betrokkene),
Inleiding
Overwegingen
Beslissing
mr. W.B. Jongsma, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 14 augustus 2025.
Rechtbank Noord-Nederland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Nederland op 14 augustus 2025 uitspraak gedaan in een beroep tegen een verkeersboete die was opgelegd op grond van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wahv). De betrokkene had een boete van € 119,00 ontvangen voor het parkeren van een voertuig voor een inrit of uitrit op 3 november 2023. De betrokkene heeft beroep ingesteld tegen de beslissing van de officier van justitie, die het beroep ongegrond had verklaard. Tijdens de zitting op 28 mei 2025 was de vertegenwoordiger van de officier van justitie aanwezig, maar de gemachtigde van de betrokkene had geen geldige machtiging overgelegd. De kantonrechter heeft de behandeling van de zaak geschorst om de gemachtigde de gelegenheid te geven een geldige machtiging aan te leveren. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de machtigingen in het dossier onregelmatigheden vertoonden, waaronder identieke handtekeningen en een gebrek aan een authentieke handtekening. Aangezien de gemachtigde niet aan de verplichting voldeed om een geldige machtiging te overleggen, heeft de kantonrechter het beroep niet-ontvankelijk verklaard. De uitspraak is openbaar uitgesproken en de betrokkene is geïnformeerd over de mogelijkheid om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof Arnhem - Leeuwarden.