ECLI:NL:RBNNE:2025:4073
Rechtbank Noord-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen naheffingsaanslag omzetbelasting en betaalverzuimboete
In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiseres tegen de uitspraak op bezwaar van de inspecteur van 28 december 2024. De inspecteur heeft aan eiseres over de periode 1 januari 2020 tot en met 31 december 2021 een naheffingsaanslag in de omzetbelasting (OB) opgelegd, samen met een belastingrentebeschikking van € 6.422 en een betaalverzuimboete van € 4.480. Het bezwaar van eiseres werd door de inspecteur ongegrond verklaard. De rechtbank heeft het beroep op 19 september 2025 behandeld, waarbij de gemachtigde van eiseres en de gemachtigde van de inspecteur aanwezig waren.
Eiseres, actief in scheepsmanagement, heeft in de jaren 2020 en 2021 geen aangiftes OB gedaan en de verschuldigde OB niet voldaan. De inspecteur heeft een naheffingsaanslag opgelegd en een betaalverzuimboete op grond van artikel 67c AWR. De rechtbank oordeelt dat de naheffingsaanslag en de belastingrentebeschikking terecht zijn vastgesteld, maar dat de boete te hoog is. Eiseres heeft op de zitting verklaard dat zij de naheffingsaanslag niet langer bestrijdt, maar zich beroept op een eerdere uitspraak van de rechtbank over belastingrente, die niet van toepassing is op haar situatie.
De rechtbank concludeert dat de boete terecht is opgelegd, maar vermindert deze tot € 1.500, omdat het een incident betreft en eiseres in het verleden haar verplichtingen heeft nagekomen. De rechtbank verklaart het beroep gegrond voor zover het de boete betreft, vernietigt de uitspraak op bezwaar voor dat onderdeel, en bepaalt dat de inspecteur het griffierecht en proceskosten aan eiseres moet vergoeden.