ECLI:NL:RBNNE:2025:4247
Rechtbank Noord-Nederland
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing moratoriumverzoek wegens gebrek aan belang na ontruiming
In deze zaak heeft de rechtbank Noord-Nederland op 26 september 2025 uitspraak gedaan in een verzoek tot het instellen van een moratorium door de schuldenaar, die in financiële problemen verkeert. De schuldenaar had op 11 augustus 2025 een verzoek ingediend tot toepassing van de schuldsaneringsregeling (Wsnp) en tegelijkertijd een moratoriumverzoek ingediend. De rechtbank had eerder een tussenvonnis gewezen en een tijdelijke voorziening getroffen om de periode tot de zitting van 24 september 2025 te overbruggen.
Echter, op 2 september 2025 heeft de verhuurder de woning van de schuldenaar ontruimd, nadat de schuldenaar zijn huurbetalingen niet had voldaan. De verhuurder, vertegenwoordigd door LAVG Gerechtsdeurwaarders, heeft aangevoerd dat de schuldenaar geen belang meer heeft bij het moratoriumverzoek, aangezien de ontruiming al had plaatsgevonden. De advocaat van de schuldenaar, Nijenhuis Advocatuur, heeft bevestigd dat er na medio augustus 2025 geen contact meer is geweest met de schuldenaar en dat de huurbetalingen zijn uitgebleven.
De rechtbank heeft geconcludeerd dat de schuldenaar geen belang meer heeft bij het verzoek, omdat de woning inmiddels is ontruimd. Daarom heeft de rechtbank het verzoek tot het instellen van een moratorium afgewezen wegens gebrek aan belang. Dit vonnis is uitgesproken door mr. N.A. Baarsma in het openbaar.