ECLI:NL:RBNNE:2025:574

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
14 februari 2025
Publicatiedatum
18 februari 2025
Zaaknummer
18-071016-24
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor het verstrekken van een filmpje van een erecte penis aan een minderjarige en het verwerven en in bezit hebben van kinderporno

Op 14 februari 2025 heeft de Rechtbank Noord-Nederland in Assen uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van het verstrekken van een filmpje van een erecte penis aan een minderjarige en het verwerven en in bezit hebben van kinderporno. De verdachte, geboren in 1989, heeft op 23 januari 2023 een filmpje van zijn erecte geslachtsdeel gestuurd naar een minderjarige, die op dat moment jonger was dan 16 jaar. Daarnaast heeft hij in de periode van 1 maart 2023 tot en met 12 juni 2023 op meerdere momenten de minderjarige gevraagd om foto's van zijn (deels) ontblote bovenlichaam en erecte geslachtsdeel te sturen, wat resulteerde in de verwerving en het bezit van kinderporno. De rechtbank heeft de verdachte schuldig bevonden aan beide feiten en hem veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van 3 maanden, met een proeftijd van 3 jaren, en een taakstraf van 80 uren. De rechtbank heeft bijzondere voorwaarden opgelegd, waaronder een meldplicht bij de reclassering en deelname aan behandelingen. De rechtbank heeft ook bepaald dat de in beslag genomen telefoons van de verdachte niet verbeurd worden verklaard, omdat er geen kinderporno op is aangetroffen. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer van de rechtbank, bestaande uit drie rechters, en is openbaar uitgesproken.

Uitspraak

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling strafrecht
Locatie Assen
parketnummer 18/071016-24
Vonnis van de meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken d.d. 14 februari 2025 in de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte

[verdachte] ,

geboren op [geboortedatum] 1989 te [geboorteplaats] , wonende te [adres] .
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting van 31 januari 2025.
Verdachte is verschenen, bijgestaan door mr. E.P. Eujen, advocaat te Hoogeveen . Het openbaar ministerie is ter terechtzitting vertegenwoordigd door mr. T. Pitstra.

Tenlastelegging

Aan verdachte is, na wijziging van de tenlastelegging, ten laste gelegd dat:
1.
hij op of omstreeks 23 januari 2023 te [plaats] , althans in Nederland, een afbeelding, een voorwerp en/of een gegevensdrager bevattende een afbeelding, waarvan de vertoning schadelijk was te achten voor personen beneden de leeftijd van zestien jaar, te weten een filmpje van een erecte penis, met een hand om die penis, waarbij de hand op en neer gaat om de penis heeft verstrekt, aangeboden en/of vertoond aan een minderjarige, van wie hij, verdachte, wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat deze jonger was dan zestien jaar, te weten minderjarige [slachtoffer] (geboren op [geboortedatum] -2009).
2.
hij in of omstreeks de periode van 1 maart 2023 tot en met 12 juni 2023 te [plaats] en/of te [plaats] , althans in Nederland, tezamen en in vereniging, althans alleen, één of meer afbeeldingen fotos en/of videos van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, heeft vervaardigd/verworven/in bezit gehad en/of zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft welke seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - bestonden uit het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van/door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij deze poseert in een erotisch getinte houding (op een wijze) die niet bij zijn/haar leeftijd past/passen en/of de uitsnede van de foto's/film(s) nadrukkelijk het (ontblote) geslachtsdeel, in beeld gebracht worden (waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling.

Beoordeling van het bewijs

Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft veroordeling gevorderd voor feiten 1 en 2.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zich ten aanzien van feit 1 op het standpunt gesteld dat het feit bewezen kan worden. Ten aanzien van feit 2 heeft de raadsman betoogd dat geen sprake is geweest van vervaardigen, verwerven en in bezit hebben van kinderpornografisch materiaal. Voor het overige heeft de raadsman zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
Oordeel van de rechtbank
De rechtbank acht feiten 1 en 2 wettig en overtuigend bewezen, zoals hierna opgenomen in de bewezenverklaring. Nu verdachte deze feiten duidelijk en ondubbelzinnig heeft bekend, volstaat de rechtbank met een opgave van de bewijsmiddelen overeenkomstig artikel 359, derde lid, tweede volzin, van het Wetboek van Strafvordering.
Deze opgave luidt als volgt:
Ten aanzien van feit 1
de bekennende verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 31 januari 2025;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen informatief gesprek zeden
d.d. 14 maart 2023, opgenomen op pagina 15 e.v. van het dossier van Politie Noord-Nederland met nummer 2023176587 d.d. 26 januari 2023 (
de rechtbank begrijpt: 26 januari 2024), inhoudend de
verklaring van [slachtoffer] .
Ten aanzien van feit 2
de bekennende verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 31 januari 2025;
een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van aangifte d.d. 28 juni 2023, opgenomen op pagina 32 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend de verklaring van [naam] .
De rechtbank stelt op grond van de bewijsmiddelen vast dat verdachte gedurende de ten laste gelegde periode contact heeft gehad met de minderjarige aangever [naam] via social media. Verdachte heeft via Snapchat en Whatsapp gevraagd of aangever hem fotos wilde sturen van zijn (deels) ontblote bovenlichaam en van zijn erecte geslachtsdeel zichtbaar onder zijn kleding, welke fotos aangever verdachte heeft toegestuurd. Op Snapchat waren deze fotos voor korte duur zichtbaar en op Whatsapp konden ze één keer worden bekeken. Hoewel verdachte slechts voor korte duur een zekere beschikkingsmacht over deze fotos heeft gehad en deze fotos niet heeft opgeslagen, is de rechtbank van oordeel dat verdachte hiermee kinderporno heeft verworven en in bezit heeft gehad. Daarbij neemt de rechtbank in aanmerking dat verdachte de mogelijkheid heeft gehad een schermafbeelding of anderszins een afdruk van deze fotos te maken.

Bewezenverklaring

De rechtbank acht feiten 1 en 2 wettig en overtuigend bewezen, met dien verstande dat:
1.
hij op of omstreeks 23 januari 2023 in Nederland een afbeelding waarvan de vertoning schadelijk was te achten voor personen beneden de leeftijd van zestien jaar, te weten een filmpje van een erecte penis, met een hand om die penis, waarbij de hand op en neer gaat om de penis, heeft verstrekt aan een minderjarige, van wie hij, verdachte, wist dat deze jonger was dan zestien jaar, te weten minderjarige [slachtoffer] (geboren op [geboortedatum] -2009).
2.
hij in de periode van 1 maart 2023 tot en met 12 juni 2023 in Nederland, één of meer afbeeldingen - fotos - van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt is betrokken, heeft verworven en in bezit gehad, welke seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven bestonden uit het gedeeltelijk naakt poseren door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij deze poseert in een erotisch getinte houding op een wijze die niet bij zijn leeftijd past en de uitsnede van de foto's nadrukkelijk het geslachtsdeel in beeld brengt, waarbij de afbeelding aldus telkens strekt tot seksuele prikkeling.
Verdachte zal van het meer of anders ten laste gelegde worden vrijgesproken, aangezien de rechtbank dat niet bewezen acht.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Het bewezen verklaarde levert op:
Een afbeelding waarvan de vertoning schadelijk is te achten voor personen beneden de leeftijd van zestien jaar, verstrekken aan een minderjarige van wie hij weet of redelijkerwijs moet vermoeden, dat deze jonger is dan zestien jaar.
Een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, verwerven en in bezit hebben, meermalen gepleegd.
Deze feiten zijn strafbaar nu geen omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid uitsluiten.

Strafbaarheid van verdachte

De rechtbank acht verdachte strafbaar nu niet van enige strafuitsluitingsgrond is gebleken.

Strafmotivering

Vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte ter zake van het ten laste gelegde wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 3 maanden, geheel voorwaardelijk en met een proeftijd van 3 jaren. De officier van justitie heeft gevorderd dat aan het voorwaardelijk strafdeel de bijzondere voorwaarden worden verbonden zoals deze door de reclassering zijn geformuleerd in het advies van 23 januari 2025. De officier van justitie heeft daarnaast oplegging van een taakstraf voor de duur van 80 uren subsidiair 40 dagen vervangende hechtenis gevorderd.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft gepleit voor oplegging van een - deels voorwaardelijke - taakstraf, met daaraan verbonden de bijzondere voorwaarden zoals deze door de reclassering zijn geformuleerd in het advies van 23 januari 2025.
Oordeel van de rechtbank
Bij de bepaling van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de aard en de ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan, de persoon van verdachte zoals deze naar voren is gekomen uit het onderzoek ter terechtzitting en het reclasseringsadvies van 23 januari 2025, het uittreksel uit de justitiële documentatie van 30 december 2024, alsmede de vordering van de officier van justitie en het pleidooi van de verdediging.
De rechtbank heeft in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
Ernst van het feit
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan twee strafbare feiten. Op 23 januari 2023 heeft hij een filmpje van zijn erecte geslachtsdeel gestuurd aan [slachtoffer] , die op dat moment jonger dan 16 jaar was.
Daarnaast heeft verdachte in de periode van 1 maart 2023 tot en met 12 juni 2023 op meerdere momenten de minderjarige [naam] gevraagd om fotos naar verdachte te sturen van zijn (deels) ontblote bovenlichaam en van zijn erecte geslachtsdeel zichtbaar onder zijn kleding en heeft verdachte aldus kinderporno verworven en in bezit gehad. Verdachte heeft daarbij meerdere keren betaling in het vooruitzicht gesteld en ook daadwerkelijk aan [naam] betaald. De rechtbank acht dit ernstige strafbare feiten. Zowel de confrontatie met dergelijke filmpjes als het vervaardigen van dergelijke fotos kan schadelijk zijn voor de (seksuele) ontwikkeling van jeugdigen, wat maakt dat zij daartegen beschermd dienen te worden. Verdachte is met zijn handelen voorbijgegaan aan het schadelijke karakter van zijn gedrag. De rechtbank neemt dit verdachte zeer kwalijk.
Persoon van de verdachte
Uit het reclasseringsadvies van 23 januari 2025 volgt dat verdachte ten tijde van de gepleegde strafbare feiten eenzaam was, een uitweg zocht in het drinken van alcohol en op die manier het (online) contact aanging met minderjarige jongens. Eenzaamheid op verschillende leefgebieden (dagbesteding, relatie met ouders, seksualiteit en psychosociaal functioneren) heeft een rol gespeeld bij de totstandkoming van de door verdachte gepleegde strafbare feiten. Verdachte is inmiddels gemotiveerd voor hulpverlening en gedragsverandering en heeft zelf, in een vrijwillig kader, hulp gezocht voor zijn problematiek. Verdachte is in behandeling bij Setar en bij de AFPN van GGZ Drenthe. Verdachte heeft beperkte probleemoplossingsvaardigheden en trekt zich terug bij oplopende spanning of stress, hetgeen leidt tot eenzaamheid. Er is daarnaast sprake van een disharmonisch intelligentieprofiel, waarbij de taalkundige vaardigheden op een moeilijk leren/laagbegaafd niveau functioneren. Volgens de AFPN is er sprake van een niet exclusieve seksuele voorkeur voor jongens in de leeftijdscategorie 14-18 jaar. Classificerend is er sprake van een andere gespecificeerde parafiele stoornis (efebofilie). Ondanks het feit dat de behandelaren positief zijn, verdachte zelf gemotiveerd is voor behandeling en het inmiddels al tot een gedragsverandering is gekomen, wordt het recidiverisico als gemiddeld ingeschat. Oplegging van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf zal volgens de reclassering het reeds ingezette hulpverleningstraject doorkruisen, hetgeen niet wenselijk wordt geacht.
Taakstrafverbod
De rechtbank stelt vast dat in geval van veroordeling voor artikel 240b van het Wetboek van Strafrecht (hierna: Sr) het taakstrafverbod zoals neergelegd in artikel 22b Sr oplegging van een taakstraf niet toelaat, tenzij daarnaast een onvoorwaardelijke vrijheidsstraf of vrijheidsbenemende maatregel wordt opgelegd. De rechtbank acht gelet op de persoonlijke omstandigheden van verdachte en het reeds inzette hulpverleningstraject oplegging van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf, ook in het licht van de ernst van de feiten en het tijdsverloop, in dit geval niet passend. Tegelijkertijd is de rechtbank van oordeel dat niet kan worden volstaan met slechts een geheel voorwaardelijke gevangenisstraf.
Op te leggen straf
Gelet op hetgeen hiervoor is overwogen omtrent de ernst van het bewezen verklaarde en de persoon van verdachte is de rechtbank van oordeel dat - conform de eis van de officier van justitie - oplegging aan verdachte van een gevangenisstraf voor de duur van 3 maanden, geheel voorwaardelijk en met een proeftijd van 3 jaren passend en geboden is. Het voorwaardelijk strafdeel dient als waarschuwing aan de verdachte, teneinde te voorkomen dat hij zich nogmaals schuldig maakt aan een (soortgelijk) strafbaar feit. Tevens zullen aan dit voorwaardelijke strafdeel, ter voorkoming van recidive, de bijzondere voorwaarden zoals door de reclassering geformuleerd in het advies van 23 januari 2025 worden verbonden. De rechtbank legt aan verdachte daarnaast een taakstraf voor de duur van 80 uren subsidiair
40 dagen vervangende hechtenis op.

Inbeslaggenomen goederen

Vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat de inbeslaggenomen goederen, te weten twee telefoons van het merk Apple, verbeurd worden verklaard omdat de strafbare feiten met behulp van deze goederen zijn begaan.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zich op het standpunt gesteld dat de inbeslaggenomen goederen aan verdachte teruggegeven dienen te worden, nu op geen enkele inbeslaggenomen gegevensdrager (kinder)pornografische afbeeldingen en/of videos zijn aangetroffen.
Oordeel van de rechtbank
De inbeslaggenomen goederen, te weten twee telefoons van het merk Apple, zijn in beginsel vatbaar voor verbeurdverklaring nu het bewezen verklaarde met behulp van deze goederen is begaan. De rechtbank ziet echter geen aanleiding tot verbeurdverklaring van de twee inbeslaggenomen telefoons, zodat teruggave daarvan aan verdachte wordt gelast.

Toepassing van wetsartikelen

De rechtbank heeft gelet op de artikelen 9, 14a, 14b, 14c, 22c, 22d, 57, 240a en 240b van het Wetboek van Strafrecht.
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij ten tijde van het bewezen verklaarde rechtens golden dan wel ten tijde van deze uitspraak gelden.

Uitspraak

De rechtbank

Verklaart het onder feiten 1 en 2 ten laste gelegde bewezen, te kwalificeren en strafbaar zoals voormeld en verdachte daarvoor strafbaar.
Verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan het bewezen verklaarde en spreekt verdachte daarvan vrij.
Veroordeelt verdachte tot:

een gevangenisstraf voor de duur van 3 (drie) maanden.

Bepaalt dat deze gevangenisstraf niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, op grond, dat de veroordeelde voor het einde van of gedurende de proeftijd, die hierbij wordt vastgesteld op 3 jaren, de hierna te noemen voorwaarden niet heeft nageleefd.
Voorwaarde is, dat de veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig zal maken aan een strafbaar feit.
Stelt als bijzondere voorwaarden:
Meldplicht
1. Veroordeelde meldt zich binnen vijf werkdagen na het ingaan van de proeftijd bij VNN Reclassering op het adres [adres] te [plaats] . Veroordeelde blijft zich melden op afspraken met de reclassering, zo vaak en zolang de reclassering dat nodig vindt.
Ambulante behandeling
2. Veroordeelde laat zich behandelen door de AFPN van GGZ Drenthe of een soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering. De behandeling duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. Veroordeelde houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling.
Ambulante begeleiding
3. Veroordeelde werkt mee aan ambulante begeleiding vanuit Exodus of een soortgelijke zorgverlener, passend bij de problematiek van veroordeelde en te bepalen door de reclassering. De begeleiding duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. Veroordeelde houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de begeleiding.
Gedragsinterventie middelengebruik
4. Veroordeelde neemt deel aan de gedragsinterventie Leefstijl 24/7 of een andere gedragsinterventie die gericht is op verslaving en middelengebruik. De reclassering bepaalt welke training het wordt. Veroordeelde houdt zich aan de afspraken en aanwijzingen van de trainer/begeleider.
Alcoholverbod
5. Veroordeelde gebruikt geen alcohol en werkt mee aan urineonderzoek en ademonderzoek (blaastest) om dit alcoholverbod te controleren. De reclassering bepaalt met welke controlemiddelen en hoe vaak veroordeelde wordt gecontroleerd.
Vermijden contact met minderjarigen
6. Veroordeelde zoekt op geen enkele wijze contact met minderjarigen. Hij vermijdt deze contacten zoveel mogelijk. Als contacten onvermijdelijk zijn zorgt veroordeelde dat hij nooit alleen is met deze minderjarigen en zoekt hij hierin afstemming met de reclassering.
Vermijden kinderporno
7. Veroordeelde vermijdt dat hij in aanraking komt met kinderpornografisch materiaal en vermijdt dat er kinderpornografisch materiaal op zijn digitale gegevensdragers komt. Veroordeelde onthoudt zich op welke wijze dan ook van:
8. het seksueel getint communiceren met minderjarigen;
9. het bezoeken van een digitale omgeving waarin kinderpornografisch materiaal kan worden verkregen;
10. het bezoeken van een digitale omgeving waarin over seksuele handelingen met minderjarigen wordt
gecommuniceerd.
Veroordeelde werkt mee aan de controle van geautomatiseerde werken en digitale gegevensdragers tijdens een huisbezoek ten behoeve van het toezicht op de naleving van deze gedragsvoorschriften. Veroordeelde zal op verzoek van de reclasseringswerker(s) al zijn digitale gegevensdragers en/of geautomatiseerde werken ter beschikking stellen en daartoe toegang verschaffen, bijvoorbeeld door het geven van wachtwoorden.
Voor wat betreft het toezicht op deze voorwaarde geldt het volgende:
  • het toezicht kan bestaan uit controles van geautomatiseerde werken en digitale gegevensdragers;
  • deze controles mogen gedurende de proeftijd maximaal 3 keer per jaar keer worden uitgevoerd;
  • deze controles mogen slechts op geautomatiseerde wijze worden uitgevoerd;
  • deze controles dienen zich te beperken tot toezicht op de naleving van de onder 7. vermelde voorwaarde.
Geeft aan voornoemde reclasseringsinstelling de opdracht als bedoeld in artikel 14c, zesde lid, van het Wetboek van Strafrecht toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden.
Voorwaarden daarbij zijn dat de veroordeelde gedurende de proeftijd:
  • ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking zal verlenen aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
  • medewerking zal verlenen aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c, zesde lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht, daaronder begrepen.

een taakstraf voor de duur van 80 (tachtig) uren.

Beveelt dat voor het geval de veroordeelde de taakstraf niet naar behoren verricht, vervangende hechtenis voor de duur van 40 dagen zal worden toegepast.
Gelast de teruggaveaan [verdachte] ( [geboortedatum] -1989) van de in beslag genomen en nog niet teruggegeven goederen:
- 1 STK GSM (PL0100-2023024372-G1591579, Apple)
- 1 STK GSM (PL0100-2023024372-G1612842, Apple)
Dit vonnis is gewezen door mr. A.S. Venema-Dietvorst, voorzitter, mr. G. Eelsing en
mr. M.T.M. Hennevelt, rechters, bijgestaan door mr. T.M. Nijmeijer, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 14 februari 2025.