Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
1.Het verloop van de procedure
- de bijzondere curator;
- [naam] , [naam] en [naam] , namens de betrokken GI;
Rechtbank Noord-Nederland
In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Noord-Nederland op 12 februari 2025 een beschikking gegeven over de ondertoezichtstelling van het ongeboren kind van een minderjarige moeder. De moeder, die op het punt staat om meerderjarig te worden, staat onder toezicht van het Regiecentrum Bescherming en Veiligheid. De Raad voor de Kinderbescherming heeft verzocht om het ongeboren kindje onder toezicht te stellen van het Leger des Heils, vanwege zorgen over de persoonlijke problematiek van de moeder en de invloed daarvan op het ongeboren kind. De kinderrechter heeft de moeder en de bijzondere curator gehoord en vastgesteld dat er ernstige zorgen zijn over de ontwikkeling van het ongeboren kindje, die voortkomen uit de problematiek van de moeder. De kinderrechter heeft geoordeeld dat de ondertoezichtstelling noodzakelijk is om de belangen van het ongeboren kindje te waarborgen. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de beslissing direct geldt, ook als er hoger beroep wordt ingesteld.