ECLI:NL:RBOBR:2013:5197
Rechtbank Oost-Brabant
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Verlenging van de PIJ-maatregel voor Qadir Raja na brandstichting met levensgevaar
In deze zaak heeft de Rechtbank Oost-Brabant op 10 september 2013 uitspraak gedaan over de verlenging van de plaatsing van Qadir Raja in een inrichting voor jeugdigen. De rechtbank heeft de PIJ-maatregel met 18 maanden verlengd, na een vordering van de officier van justitie. De zaak betreft een veroordeelde die in 2011 was geplaatst na het plegen van brandstichting, waarbij levensgevaar en gevaar voor goederen te duchten waren. De rechtbank heeft de vordering behandeld tijdens een besloten zitting, waarbij de veroordeelde, zijn moeder, de raadsman en deskundigen aanwezig waren.
De rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie, die de verlenging van de PIJ-maatregel steunde, in overweging genomen. De deskundigen gaven aan dat de veroordeelde, die op zwakbegaafd niveau functioneert en een belast verleden heeft, nog steeds behandeling nodig heeft om zijn emotionele en gedragsproblemen aan te pakken. De rechtbank heeft vastgesteld dat er recidivegevaar bestaat en dat de verdere behandeling noodzakelijk is voor de ontwikkeling van de veroordeelde.
De verdediging voerde aan dat de verlenging van de maatregel niet nodig was, omdat het recidiverisico als matig werd ingeschat en de medicatie die de cliënt gebruikte hem agressiever maakte. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat de veiligheid van anderen en de algemene veiligheid van personen de verlenging van de maatregel eist. De rechtbank benadrukte dat er nog een traject doorlopen moet worden voordat de veroordeelde zelfstandig kan functioneren in de maatschappij. De beslissing om de PIJ-maatregel te verlengen is genomen in het belang van de verdere ontwikkeling van de veroordeelde en om structuur in zijn leven aan te brengen.