In deze zaak heeft de Rechtbank Oost-Brabant op 16 september 2013 een beschikking gegeven in een rekestprocedure betreffende de vereffening van de nalatenschap van een overleden persoon, hierna te noemen erflater. De verzoekster, Woningstichting Kleine Meijerij, heeft verzocht om de benoeming van een vereffenaar, omdat de erfgenaam niet te traceren is. De erflater is overleden zonder nakomelingen en heeft bij testament een erfgenaam benoemd, maar deze heeft de nalatenschap tot op heden niet verworpen of beneficiair aanvaard. De notaris, mr. M.A. Rosenbrand-Biesheuvel, heeft geprobeerd contact op te nemen met de erfgenaam, maar zonder succes. Hierdoor is er sprake van een onbeheerde nalatenschap.
De rechtbank overweegt dat verzoekster voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat de erfgenaam niet te traceren is en dat het verzoek tot benoeming van de notaris tot vereffenaar kan worden toegewezen. De kosten van de vereffening, waaronder het loon van de vereffenaar, zullen ten laste van de nalatenschap komen, voor zover deze toereikend zijn. De rechtbank verklaart zich onbevoegd om kennis te nemen van een verzoek dat door de notaris is ingediend met betrekking tot de berekening van het loon van de vereffenaar, en verwijst deze zaak naar de kantonrechter.
In de beslissing benoemt de rechtbank mr. M.A. Rosenbrand-Biesheuvel tot vereffenaar van de nalatenschap en draagt de griffier op om deze benoeming in het boedelregister in te schrijven. Tevens wordt verzoekster ontheven van de publicatieplicht en wordt bepaald dat de beschikking op internet bekend wordt gemaakt. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad en de civiele rechter verwijst de zaak naar de kantonrechter voor verdere behandeling.