In deze zaak heeft eiseres, een pannenkoekenhuis te Veldhoven, bezwaar gemaakt tegen de leges die zijn geheven voor de aanvraag van een vergunning op grond van de Drank- en Horecawet (DHW). De heffingsambtenaar van de gemeente Veldhoven had een bedrag van € 964,95 in rekening gebracht, bestaande uit € 364,95 voor de DHW-aanvraag en € 600,00 voor een Bibob-toets. Eiseres betwistte de hoogte van de leges, met name het bedrag voor de Bibob-toets, en stelde dat deze toets niet in haar belang was en dat zij niet op de hoogte was van de kosten die aan deze toets verbonden waren.
De rechtbank heeft vastgesteld dat artikel 3.1.4 van de Tarieventabel 2012 niet voldoende duidelijkheid biedt over de leges die voor de vergunning verschuldigd zijn. De rechtbank oordeelde dat eiseres niet in staat was om de omvang van de leges te begrijpen op basis van de beschikbare informatie in de Legesverordening 2012 en de Tarieventabel 2012. De rechtbank concludeerde dat de heffing van € 964,95 niet in overeenstemming was met artikel 217 van de Gemeentewet, dat vereist dat belastingverordeningen duidelijkheid verschaffen over de belastingplichtige, het belastbare feit, en de heffingsmaatstaf.
De rechtbank verklaarde het beroep van eiseres gegrond, vernietigde de bestreden uitspraak en het primaire besluit, en bepaalde dat de leges voor de aanvraag om een DHW-vergunning € 364,95 bedragen. Tevens werd bepaald dat de gemeente het door eiseres betaalde griffierecht van € 310,00 moest vergoeden. De uitspraak werd openbaar gedaan op 18 oktober 2013, en partijen hebben de mogelijkheid om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof te 's-Hertogenbosch.