In deze zaak heeft de Rechtbank Oost-Brabant op 18 oktober 2013 uitspraak gedaan over de verlenging van de terbeschikkingstelling van een vrouw die ter beschikking was gesteld na een poging tot doodslag. De terbeschikkingstelling was oorspronkelijk opgelegd op 6 oktober 2003 en was voor het laatst verlengd op 2 november 2012. De officier van justitie heeft op 18 september 2013 een vordering ingediend tot verlenging van de terbeschikkingstelling voor de duur van één jaar. Tijdens de openbare terechtzitting op 18 oktober 2013 zijn de officier van justitie, de deskundige M.L. van der Wielen, de terbeschikkinggestelde en haar raadsman gehoord. De deskundige I. van Oudheusden was verhinderd, maar de rechtbank heeft besloten het onderzoek voort te zetten zonder zijn verhoor.
De rechtbank heeft de situatie van de terbeschikkinggestelde beoordeeld, die lijdt aan een therapieresistente vorm van schizofrenie. De deskundige heeft in zijn advies aangegeven dat de vrouw, bijna 44 jaar oud, een uitgebreide psychiatrische voorgeschiedenis heeft en dat zij chronisch psychotisch is. Ondanks enige vooruitgang in haar behandeling, is er geen ziektebesef en blijft het recidiverisico zonder intensieve begeleiding matig. De rechtbank heeft vastgesteld dat de veiligheid van anderen en de algemene veiligheid van personen de verlenging van de terbeschikkingstelling eist, gezien de ernst van het gepleegde misdrijf en de huidige toestand van de terbeschikkinggestelde.
De rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie toegewezen en de terbeschikkingstelling met één jaar verlengd. De beslissing is genomen in overeenstemming met het advies van de deskundigen en de verklaringen van de betrokken partijen tijdens de zitting.