ECLI:NL:RBOBR:2013:BY9818
Rechtbank Oost-Brabant
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Verlenging van de terbeschikkingstelling van een betrokkene na meerdere diefstallen met geweld
In deze zaak heeft de Rechtbank Oost-Brabant op 30 januari 2013 uitspraak gedaan over de verlenging van de terbeschikkingstelling van een betrokkene, geboren in 1985, die in een kliniek verblijft. De terbeschikkingstelling was oorspronkelijk opgelegd na een arrest van het gerechtshof te 's-Hertogenbosch op 5 december 2005 en was voor het laatst verlengd op 16 april 2012. De rechtbank heeft de vordering tot verlenging van de terbeschikkingstelling met één jaar toegewezen, op basis van de ernst van de gepleegde delicten, namelijk vier diefstallen met geweld, en de noodzaak om de veiligheid van anderen te waarborgen.
Tijdens de openbare terechtzitting op 16 januari 2013 zijn de officier van justitie, een getuige/deskundige en de ter beschikking gestelde zelf gehoord. De deskundige, J.C.J.M. Koolen, heeft aangegeven dat de betrokkene blijvend begeleiding en controle nodig heeft. Er is een prognose dat de betrokkene na zijn behandeling in de kliniek naar een vervolginstelling kan worden geplaatst, waar hij verder begeleid kan worden. De rechtbank heeft vastgesteld dat er nog essentiële stappen in de behandeling gezet moeten worden, waaronder het aanvragen van transmuraal verlof.
De rechtbank heeft de argumenten van de verdediging, die pleitte voor nader onderzoek naar de noodzaak van de terbeschikkingstelling, afgewezen. De rechtbank oordeelde dat er voldoende bewijs was van recidivegevaar en dat de huidige behandeling nog niet was afgerond. De beslissing om de terbeschikkingstelling met een jaar te verlengen is genomen in het belang van de veiligheid van anderen en de algemene veiligheid van personen.