ECLI:NL:RBOBR:2014:5416
Rechtbank Oost-Brabant
- Eerste aanleg - meervoudig
- E.M.J. Raeijmaekers
- H.H.E. Boomgaart
- W.T.A.M. Verheggen
- Rechtspraak.nl
Poging tot doodslag met vuurwapen en vrijspraak voorbedachte rade
In deze zaak heeft de Rechtbank Oost-Brabant op 19 september 2014 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van poging tot doodslag. De verdachte had op 22 september 2013 in Eindhoven met een pistool in de richting van het hoofd van het slachtoffer geschoten. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte opzettelijk handelde, maar heeft geoordeeld dat er onvoldoende bewijs was voor voorbedachte rade. De officier van justitie had een gevangenisstraf van 9 jaren geëist, maar de rechtbank legde een gevangenisstraf van 5 jaren op. De verdachte werd ook vrijgesproken van de andere tenlastegelegde feiten, waaronder poging zware mishandeling en een Opiumwetdelict, omdat het bewijs daarvoor ontbrak. De rechtbank oordeelde dat de verdachte weliswaar een ernstig feit had gepleegd, maar dat de omstandigheden en de aard van het bewijs een lagere straf rechtvaardigden. Daarnaast werd de verdachte veroordeeld tot schadevergoeding aan het slachtoffer, ter hoogte van € 1020,00, voor immateriële schade. De rechtbank benadrukte de ernst van het feit en de impact op het slachtoffer, maar hield ook rekening met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte.