Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
[verdachte],
De tenlastelegging.
De formele voorvragen.
Bewijs.
De bewezenverklaring.
De strafbaarheid van het feit.
De strafbaarheid van verdachte.
De motivering van de beslissing.
De vorderingen van de benadeelde partijen.
Toepasselijke wetsartikelen.
DE UITSPRAAK
straf:
gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden;
groot 8 maanden, niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, op grond dat verdachte voor het einde van een
proeftijd van 2 jarenéén of meer van de hierna te noemen voorwaarden niet heeft nageleefd;
[slachtoffer 4], van een bedrag van
€ 1.334,85(zegge: duizend driehonderdvierendertig euro en vijfentachtig eurocent), bestaande uit € 584,85 voor materiële schade en € 750,00 voor immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de datum van het delict tot aan de dag der algehele voldoening, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
23 dagenhechtenis, met dien verstande dat de toepassing van deze vervangende hechtenis de hiervoor genoemde betalingsverplichting niet opheft;
[slachtoffer 7]van een bedrag van
€ 155,00(zegge: honderdvijfenvijftig euro), voor materiële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
3 dagenhechtenis, met dien verstande dat de toepassing van deze vervangende hechtenis de hiervoor genoemde betalingsverplichting niet opheft;
[slachtoffer 9]van een bedrag van
€ 410,13(zegge: vierhonderdtien euro en dertien eurocent), voor materiële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
8 dagenhechtenis, met dien verstande dat de toepassing van deze vervangende hechtenis de hiervoor genoemde betalingsverplichting niet opheft;
[slachtoffer 10]van een bedrag van
€ 1.327,73(zegge: duizend driehonderdzevenentwintig euro en drieënzeventig eurocent), voor materiële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
23 dagenhechtenis, met dien verstande dat de toepassing van deze vervangende hechtenis de hiervoor genoemde betalingsverplichting niet opheft;
[slachtoffer 12]van een bedrag van
€ 127,49(zegge: honderdzevenentwintig euro en negenenveertig eurocent), voor materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de datum van het delict tot aan de dag der algehele voldoening, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
2 dagenhechtenis, met dien verstande dat de toepassing van deze vervangende hechtenis de hiervoor genoemde betalingsverplichting niet opheft;
€ 200,00(zegge: tweehonderd euro), voor materiële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
4 dagenhechtenis, met dien verstande dat dat de toepassing van deze vervangende hechtenis de hiervoor genoemde
[slachtoffer 19]van een bedrag van € 75,00 (zegge: vijfenzeventig euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de datum van het delict tot aan de dag der algehele voldoening, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
1 daghechtenis, voor materiële schade, met dien verstande dat de toepassing van deze vervangende hechtenis de hiervoor genoemde betalingsverplichting niet opheft;
[slachtoffer 4], van een bedrag van
€ 1.334,85(zegge: duizend driehonderdvierendertig euro en vijfentachtig eurocent), bestaande uit € 584,85 voor materiële schade en € 750,00 voor immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de datum van het delict tot aan de dag der algehele voldoening;
[slachtoffer 7], van een bedrag van
€ 155,00(zegge: honderdvijfenvijftig euro), voor materiële schade;
[slachtoffer 9], van een bedrag van
€ 410,13(zegge: vierhonderdtien euro en dertien eurocent), voor materiële schade;
[slachtoffer 10], van een bedrag van
€ 1.327,73(zegge: duizend driehonderdzevenentwintig euro en drieënzeventig eurocent), voor materiële schade;
[slachtoffer 12], van een bedrag van
€ 127,49(zegge: honderdzevenentwintig euro en negenenveertig eurocent), voor materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de datum van het delict tot aan de dag der algehele voldoening;
€ 200,00(zegge: tweehonderd euro), voor materiële schade;
[slachtoffer 19], van een bedrag van € 75,00 (zegge: vijfenzeventig euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de datum van het delict tot aan de dag der algehele voldoening, voor materiële schade;