ECLI:NL:RBOBR:2015:651

Rechtbank Oost-Brabant

Datum uitspraak
3 februari 2015
Publicatiedatum
6 februari 2015
Zaaknummer
3798297
Instantie
Rechtbank Oost-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek om handlichting ex artikel 1:235 BW voor zelfstandig uitoefenen van een IT-bedrijf door minderjarige

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Oost-Brabant op 3 februari 2015 uitspraak gedaan in een verzoekschrift dat op 26 januari 2015 was ingediend. Het verzoek kwam van een minderjarige, geboren in 1998, die handlichting vroeg om zelfstandig een bedrijf in de IT te kunnen uitoefenen. De verzoeker, hierna te noemen '[verzoeker]', was samen met zijn ouders verschenen tijdens de mondelinge behandeling. De ouders stemden in met het verzoek, wat de kantonrechter als een positieve factor beschouwde. De kantonrechter stelde vast dat de verzoeker de leeftijd van 16 jaar had bereikt, wat hem in staat stelde om handlichting aan te vragen. De kantonrechter oordeelde dat het verzoek in overeenstemming was met de wet en besloot het verzoek in te willigen.

De kantonrechter merkte op dat, hoewel handlichting verleend werd, de verzoeker niet bekwaam werd om te beschikken over registergoederen, effecten of door hypotheek gedekte vorderingen, zoals bepaald in artikel 1:235 lid 3 BW. Daarnaast werd er aandacht besteed aan de publicatieplicht van de handlichting. De kantonrechter oordeelde dat publicatie op internet een breder bereik had dan de traditionele publicatie in de Staatscourant en dat de kosten van de wettelijke publicatie niet in verhouding stonden tot het belang ervan. Daarom werd besloten dat de beschikking op internet gepubliceerd zou worden en dat de verzoeker de handlichting moest laten bekendmaken in het dagblad 'Brabants Dagblad'.

Uitspraak

RECHTBANK OOST-BRABANT

Kanton, locatie ‘s-Hertogenbosch
Zaaknummer : 3798297 / 303
EJ verz. : 15-41
Uitspraak : 3 februari 2015
in de zaak van:
[verzoeker] ,
wonende te [woonplaats] ,
verzoeker,
hierna te noemen: ‘ [verzoeker] ’,

1.De procedure

Het op 26 januari 2015 ter griffie van de rechtbank, kanton, locatie 's-Hertogenbosch, ingekomen verzoekschrift strekt tot het verkrijgen van handlichting als bedoeld in artikel 1:235 BW. De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 3 februari 2015.
Bij deze gelegenheid is [verzoeker] samen met zijn ouders verschenen. De beschikking is bepaald op heden.

2.Het verzoek

[verzoeker] , geboren op [geboortedatum] 1998, wenst de bevoegdheden te verwerven van een meerderjarige. De reden hiervoor is dat [verzoeker] het voornemen heeft zelfstandig een bedrijf in de IT te gaan uitoefenen. [verzoeker] wenst over de navolgende bevoegdheden te beschikken: het aanbieden van service; de in- en verkoop van computers en randapparatuur (en het installeren en onderhouden van deze apparaten) en overeenkomsten of contracten afsluiten met klanten.
De wettelijke vertegenwoordigers van [verzoeker] stemmen in met zijn verzoek.

3.De beoordeling

3.1.
De kantonrechter stelt vast dat [verzoeker] de leeftijd van 16 jaar heeft bereikt en dat beide ouders instemmen met het verzoek van [verzoeker] . Het verzoek vindt steun in de wet, zodat het zal worden ingewilligd.
De kantonrechter merkt ten overvloede op dat [verzoeker] , zoals bepaald in artikel 1:235 lid 3 BW, laatste zinsnede, door handlichting niet bekwaam wordt tot het beschikken over registergoederen, effecten of door hypotheek gedekte vorderingen.
3.2.
Met betrekking tot de publicatieplicht van de te verlenen handlichting oordeelt de kantonrechter als volgt.
Artikel 1:237 BW bepaalt dat de beschikking waarin de handlichting is verleend, bekend moet worden gemaakt in de Staatscourant en in twee in de beschikking aan te wijzen dagbladen. De bedoeling van de wetgever daarbij is geweest dat op die manier zo veel mogelijk personen kennis kunnen nemen van de handlichting. Heden ten dage is echter toegang tot internet voor een ieder beschikbaar en publicatie van de handlichting op internet heeft naar het oordeel van de kantonrechter eenzelfde, zo niet een praktisch gezien, ruimer bereik dan de nog bij wet voorgeschreven publicatie in de Staatscourant. Bovendien is de voorgeschreven wijze van bekendmaking kostbaar en kan gezegd worden dat met het volgen van die wijze geen redelijk belang is gediend. De kantonrechter zal dan ook bepalen dat publicatie in de Staatscourant achterwege kan blijven en bepalen dat de (door de griffier te initiëren) publicatie van deze beschikking op
www.rechtspraak.nldaarvoor in de plaats komt. Mede gelet op het vorenstaande zal één dagblad worden aangewezen waarin verzoeker de hem verleende handlichting dient te laten bekendmaken.

4.De beslissing

De kantonrechter:
4.1.
verleent aan [verzoeker] , geboren op [geboortedatum] 1998, handlichting tot het zelfstandig uitoefenen van een bedrijf in de IT, voor zover het betreft het afsluiten van contracten ten behoeve van zijn bedrijf, het doen van betalingen en ontvangen van betalingen, het sluiten van overeenkomsten met de bankier, verzekeraar en personeel ten behoeve van zijn bedrijf;
4.2.
bepaalt dat onderhavige beschikking (door de griffier) zal worden gepubliceerd op
www.rechtspraak.nl;
4.3.
bepaalt dat deze handlichting voor rekening van [verzoeker] bekend dient te worden gemaakt in het dagblad "Brabants Dagblad".
Aldus gegeven en in het openbaar uitgesproken op 3 februari 2015 door mr. J.H. Wiggers, kantonrechter te 's-Hertogenbosch.