Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
Parketnummer vordering TUL: 01/270901-14
[verdachte] ,
De tenlastelegging.
De vordering na voorwaardelijke veroordeling.
De formele voorvragen.
Bewijs.
De bewezenverklaring.
De strafbaarheid van het feit.
De strafbaarheid van verdachte.
Oplegging van straf en/of maatregel.
De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1] .
De vordering van de benadeelde partij [bedrijf]
Toepasselijke wetsartikelen.
DE UITSPRAAK
Ten aanzien van parketnummer 01/845687-15:
Feit 2:diefstal
Feit 3:diefstal
Ten aanzien van parketnummer 01/820204-16:
- zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit en;
- ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit zijn medewerking verleent aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt en;
- medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14d, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen;
- zich gedurende de proeftijd meldt bij de reclassering zolang en zo frequent als de reclassering dit noodzakelijk acht;
- wordt verplicht zich klinisch te laten behandelen bij de afdeling forensisch klinische zorg, van Novadic-Kentron te Vught, voor een maximale termijn van de proeftijd, of zoveel korter als de behandelaars van de genoemde inrichting in overleg met de reclassering nodig achten;
- zich na de klinische behandeling aansluitend gedurende de resterende proeftijd binnen een voorziening van Novadic-Kentron, dan wel een soortgelijke instelling, zulks ter beoordeling van de reclassering, ambulant laat behandelen;
- medewerking verleent aan een begeleid/beschermd woontraject in een nader te bepalen instelling, zulks ter beoordeling van de reclassering.