ECLI:NL:RBOBR:2016:5602

Rechtbank Oost-Brabant

Datum uitspraak
12 oktober 2016
Publicatiedatum
11 oktober 2016
Zaaknummer
C/01/299295 / HA ZA 15-683
Instantie
Rechtbank Oost-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Op tegenspraak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Incident in faillissementszaak met proceskostenveroordeling

In deze zaak, die zich afspeelt in het kader van een faillissement, heeft de rechtbank Oost-Brabant op 12 oktober 2016 een vonnis gewezen in een incident. De eiser, de curator van de failliet verklaarde besloten vennootschap [A], had een incidentele vordering ingediend tegen gedaagde sub 2, [gedaagde sub 2]. De procedure verliep via verschillende stappen, waaronder een verzoek om pleidooi dat uiteindelijk niet doorging omdat [gedaagde sub 2] zijn vordering introk. De rechtbank heeft vastgesteld dat de curator kosten heeft gemaakt in het incident en heeft [gedaagde sub 2] veroordeeld in deze kosten, die zijn begroot op € 678,00. De hoofdzaak zal op 23 november 2016 weer op de rol komen voor conclusie van antwoord. Dit vonnis is openbaar uitgesproken door mr. E.J.C. Adang.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK OOST-BRABANT

Civiel Recht
Zittingsplaats 's-Hertogenbosch
zaaknummer / rolnummer: C/01/299295 / HA ZA 15-683
Vonnis in incident van 12 oktober 2016
in de zaak van
MR. J.P.M. BORSBOOM
die in zijn hoedanigheid van curator van de op 29 maart 2016 failliet verklaarde besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
(Designed by) [A] B.V.(hierna: [A] ) de zaak van [A] heeft overgenomen
,
gevestigd te Rotterdam,
eiser in de hoofdzaak,
verweerder in het incident,
advocaat mr. J.P.M. Borsboom te Rotterdam,
tegen
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[gedaagde sub 1] NATUURSTEEN B.V.,
gevestigd te Eindhoven,
2.
[gedaagde sub 2],
wonende te [woonplaats] ,
gedaagden in de hoofdzaak,
eisers in het incident,
advocaat mr. M.A.J. Kemps te Eindhoven.
Partijen zullen hierna de curator en [gedaagde sub 2] (mannelijk enkelvoud) genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de door [A] uitgebrachte dagvaarding
  • de akte houdende overlegging producties van [A]
  • de incidentele conclusie tot het treffen van een voorlopige voorziening
  • de incidentele conclusie van antwoord van [A]
  • het rolbericht waaruit blijkt dat [gedaagde sub 2] heeft verzocht om pleidooi in het incident en dat [A] daartegen bij brief van 5 januari 2016 bezwaar heeft gemaakt
  • de brieven van de rechtbank aan [A] en [gedaagde sub 2] waarbij is meegedeeld dat op 13 april 2016 het verzochte pleidooi zal worden behandeld
  • de brief van [gedaagde sub 2] d.d. 31 maart 2016, waarin hij de rechtbank meedeelt dat [A] failliet is verklaard als gevolg waarvan de procedure van rechtswege is geschorst, zodat het pleidooi op 13 april 2016 geen doorgang kan vinden
  • het exploot waarbij de curator is opgeroepen om de door [A] aangebrachte zaak over te nemen
  • het rolbericht van de curator van 20 april 2016, waarin hij meedeelt dat hij de zaak overneemt
  • de brieven van de rechtbank aan partijen waarbij is meegedeeld dat het pleidooi zal worden behandeld op 21 september 2016
  • de brief van [gedaagde sub 2] van 16 september 2016 waarin hij meedeelt dat hij de incidentele vordering intrekt, zodat het pleidooi van 21 september 2016 geen doorgang behoeft te vinden
  • de brief van de curator van 19 september waarin hij verzoekt om [gedaagde sub 2] te veroordelen in de proceskosten in het incident.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald in het incident.

2.De beoordeling met betrekking tot de proceskosten in het incident

2.1.
Nu [gedaagde sub 2] haar incidentele vordering heeft ingetrokken, dient zij te worden veroordeeld in de door de curator vergeefs gemaakte kosten in het incident. De kosten aan de zijde van de curator tot aan deze uitspraak worden begroot op € 678,00 (1,5 punt liquidatietarief € 452,00).

3.De beslissing

De rechtbank
in het incident
3.1.
veroordeelt [gedaagde sub 2] in de kosten van het incident, tot heden aan de zijde van de curator begroot op € 678,00,
in de hoofdzaak
3.2.
bepaalt dat de hoofdzaak weer op de rol zal komen van woensdag
23 november 2016voor conclusie van antwoord.
Dit vonnis is gewezen door mr. E.J.C. Adang en in het openbaar uitgesproken op 12 oktober 2016