Gelet op het voorgaande en hetgeen bij vonnis van 14 september 2016 is overwogen, worden in de relatie tussen [eiser] en [gedaagde 1] de volgende schadeposten in aanmerking genomen: € 1.531,99 (beschadigde en in beslag genomen kleding, vonnis 14 september 2016 onder 5.5.2 ), € 163,76 (telefoon- en portokosten, vonnis 14 september 2016 onder 5.6.1), € 320,00 ziekenhuisdaggeldvergoeding (vonnis 14 september 2016 onder 5.7.1), € 73.512,00 (verlies aan arbeidsvermogen, hierboven onder 3.3), € 3.150,00 (persoonlijke verzorging, vonnis 14 september 2016 onder 5.10.4), € 162,24 (reis- en parkeerkosten, vonnis 14 september 2016 onder 5.11.1), € 2.776,99 (niet-verzekerde medische kosten, vonnis 14 september 2016 onder 5.12.4), € 225,00 (verlies zelfwerkzaamheid, vonnis 14 september 2016 onder 5.13.4), € 340,00 (extra kosten vakantie, vonnis 14 september 2016 onder 5.14.1) en € 15.000,00 (immateriële schade, vonnis 14 september 2016 onder 5.15.1). Het totaal van de schadeposten bedraagt
€ 97.181,98.
Uit hetgeen bij vonnis van 14 september 2014 onder 5.16 is overwogen volgt dat [gedaagde 1] tegenover [eiser] aansprakelijk is voor 80% van de schade. De schade aan de kleding (waarvoor alleen [gedaagde 1] tegenover [eiser] aansprakelijk is) bedraagt (80% van
€ 1.531,99 =) € 1.225,59. Hiervan is een gedeelte van € 500,00 bij het strafvonnis van deze rechtbank van 19 oktober 2011 (vonnis 14 september 2016 onder 3.10) al toegewezen zodat nog toewijsbaar is een bedrag van € 725,59. De verplichting tot vergoeding van deze schade rust in relatie tot [eiser] alleen op [gedaagde 1] .
De overige schadeposten waarvoor [gedaagde 1] naast [gedaagde 2] aansprakelijk is, bedragen in totaal (80% van € 95.649,99 =) € 76.519,99. Hiervan is bij het strafvonnis van deze rechtbank van 19 oktober 2011 (vonnis 14 september 2016 onder 3.10) al toegewezen een bedrag van € 5.695,39, zodat voor de andere schadeposten nog toewijsbaar is een bedrag van € 70.824,60. Ten aanzien van deze schade is er sprake van hoofdelijke aansprakelijkheid.
Tegen de gevorderde rente is geen verweer gevoerd zodat deze zal worden toegewezen.