2.8.Bij e-mail van 30 mei 2017 berichtte mr. Stoop namens Hatko [gedaagde] en VME het navolgende:
“Geachte heren [gedaagde] en [naam] ,
In aansluiting op de bespreking die wij gisterenmorgen hadden in Den Bosch, bericht ik u namens cliënte, (…), als volgt.
Tussen partijen staat vast dat cliënte aan E T P UG (….) Engine Technik Peter (hierna te noemen: “ETP”) opdracht heeft gegeven om een drietal pompen te repareren, dan wel te optimaliseren. Deze pompen zijn eigendom van Türkiye Cumhuriyeti Devlet Demiryollari (Turkse Staatsspoorwegen, hierna te noemen: “TCDD”) en Türkiye Lokomotif ve Motor Sanayi A.Ş. (hierna te noemen: “Tülomsas”). De pompen bevinden zich momenteel op het terrein van [gedaagde] ETP bleek niet in staat te zijn om de werkzaamheden zelf uit te voeren en heeft vervolgens — zonder toestemming of medeweten van cliënte VME B.V. en [gedaagde] opdracht gegeven om de optimalisatie uit te voeren. Momenteel is echter tussen ETP en cliënte een juridisch conflict ontstaan over de gemaakte afspraken en de financiële afwikkeling. Cliënte is inmiddels gesommeerd om de pompen te retourneren en diende dit voor 1 mei 2017 te doen (…). Omdat ETP niet bereid is om mee te werken aan de afgifte aan de rechtmatige eigenaren, heeft cliënte beslag gelegd op de pompen. Zij kan gezien het voorgaande evenwel de uitkomst van het geschil met ETP niet afwachten.
Het staat niet ter discussie dat TCDD en Tülomsas rechtmatig eigenaar zijn van de pompen. Ook staat niet ter discussie dat er aan de zijde van cliënte grote schade zal ontstaan, als de pompen niet op zeer korte termijn worden geretourneerd aan de rechtmatige eigenaren. Cliënte heeft u aangeboden om u beiden te vrijwaren voor alle vorderingen die ETP mogelijk zal instellen, als gevolg van het vrijgeven van de pompen. Voorts heeft cliënte aangeboden dat alle werkzaamheden die door u beiden zijn verricht volledig en onverkort worden betaald. Hierna hebt u aangegeven, op voorwaarde dat dit juridisch geen risico’s met zich mee zou brengen, bereid te zijn om de pompen op woensdag 31 mei 2017 om 12:00 uur mee te geven aan een transporteur die de pompen af zal leveren bij de rechtmatige eigenaren. Het voorgaande komt concreet neer op de volgende afspraken:
- [gedaagde] zal de pompen monteren in de staat waarin zij zich bevonden, op het moment dat deze werden ontvangen;
- VME zal zorgdragen voor het verzenden van een op naam van Hatko gestelde factuur ten bedrage van € 12.000,- aan ondergetekende;
- [gedaagde] zal zorgdragen voor het verzenden van een op naam van Hatko gestelde factuur ten bedrage van € 10.600,- (dat is inclusief voormelde montage) aan ondergetekende;
- Hatko zal zorgdragen voor betaling van een totaalbedrag van € 22.600,- op de derdengeldrekening van TeekensKarstens advocaten;
- [gedaagde] zal medewerking verlenen aan het transport van de drie pompen. Deze zullen door een koerier worden opgehaald op woensdag 31 mei 2017 om 12:00 uur;
- Nadat de transporteur ondergetekende heeft meegedeeld dat de pompen op transport zijn, zal TeekensKarstens de bedragen overmaken aan [gedaagde] en VME;
- Hatko vrijwaart [gedaagde] en VME voor de mogelijke vorderingen die ETP meent te hebben op [gedaagde] en VME naar aanleiding van het vrijgeven van de pompen.
Zoals ik u gisteren heb aangegeven, heb ik opdracht van cliënte om u in kort geding te dagvaarden als de pompen op woensdag 31 mei 2017 om 12:00 uur niet zijn vrijgegeven voor transport. Voorts stel ik u namens cliënte aansprakelijk voor alle schade die is ontstaan, ontstaat en nog zal ontstaan als gevolg van het onder u houden van de pompen. Nu TCDD op het punt staat om cliënte een vervolgopdracht te gunnen, zullen de financiële gevolgen van het eventueel mislopen van deze opdracht deel uitmaken van deze schade.
Ik verzoek u om een en ander te bespreken met uw juridisch adviseurs en verneem
dienaangaande graag van u, dan wel van hen.”