Uitspraak
vonnis
RECHTBANK OOST-BRABANT
Zittingsplaats 's-Hertogenbosch
Team strafrecht
Parketnummer: 01/860011-17
Datum uitspraak: 27 maart 2018
Verkort vonnis van de rechtbank Oost-Brabant, meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken, in de zaak tegen:
[verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats] op [1994] ,
wonende te [woonplaats] , [adres] .
Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting van 13 maart 2018.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie en van hetgeen van de zijde van verdachte naar voren is gebracht.
De tenlastelegging.
De zaak is aanhangig gemaakt bij dagvaarding van 6 februari 2018.
Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
1.
hij
op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1 december 2015
tot en met 22 februari 2016 te Schijndel, althans in Nederland, meermalen,
althans eenmaal, (telkens) een (groot aantal) afbeelding(en) - en/of
gegevensdragers, bevattende afbeeldingen - te weten (ongeveer/ruim) 7.000
foto's en/of (ongeveer/ruim) 7.300 video's en/of film's en/of een
computer/notebook (van het merk Lenovo Y50-70) en/of een (eigenbouw) computer
en/of vier, althans een of meer harddisk(s)
van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd
van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken of schijnbaar is
betrokken,
heeft verworven en/of in bezit heeft gehad en/of zich daartoe door middel van
een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een communicatiedienst de
toegang heeft verschaft
welke seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - bestonden uit:
het met de/een penis en/of mond/tong en/of voorwerp oraal, vaginaal en/of
anaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van
18 jaar nog niet had bereikt
en/of
het met de/een vinger(s) en/of hand en/of voorwerp oraal, vaginaal en/of anaal
penetreren van het lichaam van een (ander) persoon door een persoon die
kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
( [bestandsnaam 1] ;
[bestandsnaam 2] ; [bestandsnaam 3] ;
[bestandsnaam 4] ; [bestandsnaam 5] ; [bestandsnaam 6] ; [bestandsnaam 7] , proces-verbaal pagina's 59 t/m 65)
en/of
het met de/een vinger(s) en/of hand betasten en/of aanraken van het
geslachtsdeel en/of de billen van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18
jaar nog niet had bereikt
en/of
het met de/een vinger(s) en/of hand betasten en/of aanraken van het
geslachtsdeel, de billen en/of borsten van een (ander) persoon door een
persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
( [bestandsnaam 8] ; [bestandsnaam 9] ;
[bestandsnaam 10] ; [bestandsnaam 2] ;
[bestandsnaam 5] ; [bestandsnaam 6] ; [bestandsnaam 7] , proces-verbaal
pagina's 60 t/m 65)
en/of
het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van/door een persoon die
kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij deze persoon
gekleed is en/of opgemaakt is en/of poseert in een (erotisch getinte) houding
(op een wijze) die niet bij zijn/haar leeftijd past/passen
en/of waarbij deze persoon zich (vervolgens) in opeenvolgende
afbeeldingen/filmfragmenten van zijn/haar kleding ontdoet en/of
(waarna) door het camerastandpunt en/of de (onnatuurlijke) pose en/of de wijze
van kleden van deze persoon en/of de uitsnede van de foto's/films nadrukkelijk
het (ontblote) geslachtsdeel, de borsten en/of billen van die persoon in beeld
gebracht worden
(waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking
heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling
( [bestandsnaam 11] ; [bestandsnaam 3] ;
[bestandsnaam 4] ; [bestandsnaam 5] ; [bestandsnaam 6] ; [bestandsnaam 7] , proces-verbaal pagina's 59 t/m 65)
en/of
het masturberen boven/bij en/of ejaculeren op het gezicht en/of lichaam van een
persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en/of
het houden van een (stijve) penis bij/naast het gezicht en/of lichaam van een
persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij op
dat gezicht en/of lichaam een op sperma gelijkende substantie zichtbaar is
(waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking
heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling
( [bestandsnaam 12] , proces-verbaal pagina 61)
en hij aldus van het plegen van dit misdrijf een gewoonte heeft gemaakt.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Blijkens het verhandelde ter terechtzitting is verdachte daardoor niet in de verdediging geschaad.
De formele voorvragen.
Bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken dat de dagvaarding geldig is. De rechtbank is bevoegd van het ten laste gelegde kennis te nemen en de officier van justitie kan in zijn vervolging worden ontvangen. Voorts zijn er geen gronden gebleken voor schorsing van de vervolging.
Bewijs [1]
InleidingVerdachte wordt ervan beschuldigd dat hij een grote hoeveelheid kinderporno (foto’s, video’s en/of films) heeft gedownload op zijn laptop (inclusief één harde schijf) en op een door hem zelf gebouwde computer (inclusief drie harde schijven).
Het standpunt van de officier van justitieDe officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat het aan verdachte ten laste gelegde feit wettig en overtuigend bewezen kan worden.
Het standpunt van de verdedigingDe verdediging heeft zich op het standpunt gesteld dat het ten laste gelegde feit wettig en overtuigend bewezen kan worden verklaard, met dien verstande dat verdachte van het onderdeel ‘
van dit misdrijf een gewoonte heeft gemaakt’dient te worden vrijgesproken.
van dit misdrijf een gewoonte heeft gemaakt’dient te worden vrijgesproken.
Het oordeel van de rechtbankDe rechtbank komt tot een bewezenverklaring van het in bezit hebben van 7.000 foto’s en 7.300 video’s en/of films met kinderporno, en volstaat - nu verdachte dit feit heeft bekend en door of namens hem voor het bezit ervan geen vrijspraak is bepleit - overeenkomstig artikel 359, derde lid, laatste volzin, van het Wetboek van Strafvordering (Sv) met een opsomming van de bewijsmiddelen, te weten:
-
het proces-verbaal beschrijving kinderpornografisch materiaalaangetroffen op een Lenova laptop met harddisk en een zelfbouw computer met drie harddisks (p. 55 t/m 75 van het einddossier);
-
de bekennende verklaringen van verdachte bij de politie(p. 86 t/m 90 van het einddossier) en ter terechtzitting van 13 maart 2018 afgelegd.
het proces-verbaal beschrijving kinderpornografisch materiaalaangetroffen op een Lenova laptop met harddisk en een zelfbouw computer met drie harddisks (p. 55 t/m 75 van het einddossier);
-
de bekennende verklaringen van verdachte bij de politie(p. 86 t/m 90 van het einddossier) en ter terechtzitting van 13 maart 2018 afgelegd.
Voor wat betreft de vraag of verdachte een gewoonte heeft gemaakt van het in het bezit hebben van kinderporno overweegt de rechtbank het volgende. Verdachte heeft in een periode van ruim twee maanden 14.300 kinderpornografische foto’s, video’s en/of films in zijn bezit gekregen door deze te downloaden. Deze afbeeldingen bevonden zich op meerdere gegevensdragers van verdachte, te weten zijn laptop (inclusief één harddisk) en een door hem zelf gebouwde computer (inclusief drie harddisks). Dat de zeer grote hoeveelheid foto’s en video’s/films zich niet op één gegevensdrager bevonden, geeft naar het oordeel van de rechtbank aan dat verdachte het kinderpornografisch materiaal niet in één keer, maar op verschillende momenten en dus in delen in zijn bezit heeft gekregen. Gelet op de periode, de (grote) hoeveelheid foto’s en films en de plekken waar het materiaal is aangetroffen kan het onderdeel ‘
van het plegen van dit misdrijf een gewoonte maken’naar het oordeel van de rechtbank bewezen worden.
van het plegen van dit misdrijf een gewoonte maken’naar het oordeel van de rechtbank bewezen worden.
De bewezenverklaring.
De rechtbank acht, op grond van de feiten en omstandigheden die zijn vervat in de bewijsmiddelen, wettig en overtuigend bewezen, dat verdachte
1.
op tijdstippen in de periode van 1 december 2015
tot en met 22 februari 2016 te Schijndel meermalen,
telkens een (groot aantal) afbeeldingen - te weten in totaal ongeveer 7.000
foto's en in totaal ongeveer 7.300 video's en/of films
van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd
van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken of schijnbaar is
betrokken,
heeft verworven en in bezit heeft gehad
welke seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - bestonden uit:
het met de/een penis en/of mond/tong en/of voorwerp oraal, vaginaal en/of
anaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van
18 jaar nog niet had bereikt
en
het met de/een vinger(s) en/of hand en/of voorwerp oraal, vaginaal en/of anaal
penetreren van het lichaam van een (ander) persoon door een persoon die
kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
( [bestandsnaam 1] ;
[bestandsnaam 2] ; [bestandsnaam 3] ;
[bestandsnaam 4] ; [bestandsnaam 13] , proces-verbaal pagina's 59 t/m 65)
en
het met de/een vinger(s) en/of hand betasten en/of aanraken van het
geslachtsdeel en/of de billen van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18
jaar nog niet had bereikt
en
het met de/een vinger(s) en/of hand betasten en/of aanraken van het
geslachtsdeel, de billen en/of borsten van een (ander) persoon door een
persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
( [bestandsnaam 8] ; [bestandsnaam 9] ;
[bestandsnaam 10] ; [bestandsnaam 2] , proces-verbaal pagina's 60 t/m 65)
en
het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van/door een persoon die
kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij deze persoon
gekleed is en/of opgemaakt is en/of poseert in een (erotisch getinte) houding
(op een wijze) die niet bij zijn/haar leeftijd past/passen
en/of waarbij deze persoon zich (vervolgens) in opeenvolgende
afbeeldingen/filmfragmenten van zijn/haar kleding ontdoet en/of
(waarna) door het camerastandpunt en/of de (onnatuurlijke) pose en/of de wijze
van kleden van deze persoon en/of de uitsnede van de foto's/films nadrukkelijk
het (ontblote) geslachtsdeel, de borsten en/of billen van die persoon in beeld
gebracht worden
(waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking
heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling
( [bestandsnaam 11] ; [bestandsnaam 3] ; [bestandsnaam 4] ; [bestandsnaam 5] ; [bestandsnaam 14] ; [bestandsnaam 7] , proces-verbaal pagina's 59 t/m 65)
en
het masturberen boven/bij en/of ejaculeren op het gezicht en/of lichaam van een
persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en
het houden van een (stijve) penis bij/naast het gezicht en/of lichaam van een
persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij op
dat gezicht en/of lichaam een op sperma gelijkende substantie zichtbaar is
(waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking
heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling
( [bestandsnaam 12] , proces-verbaal pagina 61) en hij aldus van het plegen van dit misdrijf een gewoonte heeft gemaakt.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard, is naar het oordeel van de rechtbank niet bewezen. Verdachte zal hiervan worden vrijgesproken.
De strafbaarheid van het feit.
Het bewezenverklaarde levert op het in de uitspraak vermelde strafbare feit.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het feit uitsluiten.
De strafbaarheid van verdachte.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. Verdachte is daarom strafbaar voor hetgeen bewezen is verklaard.
Oplegging van straf.
De eis van de officier van justitie.
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte wordt veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van acht maanden met een proeftijd van twee jaar en met de (bijzondere) voorwaarden die de reclassering heeft geadviseerd. Daarnaast heeft de officier van justitie een taakstraf voor de duur van 240 uur subsidiair 120 dagen hechtenis geëist.
Het standpunt van de verdediging.
Het oordeel van de rechtbank.
Bij de beslissing over de straf die aan verdachte dient te worden opgelegd, let de rechtbank op de aard en de ernst van het bewezen verklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan. Bij de beoordeling van de ernst van het door verdachte gepleegde strafbare feit betrekt de rechtbank het wettelijke strafmaximum en de straffen die voor soortgelijke feiten worden opgelegd. Daarnaast houdt de rechtbank bij de strafbepaling rekening met de persoon en de persoonlijke omstandigheden van verdachte.
De rechtbank heeft in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft gedurende een periode van ruim twee maanden een grote hoeveelheid kinderpornografisch materiaal verzameld. Op zijn laptop en een door hem zelf gebouwde computer zijn 7.000 foto’s en 7.300 video’s/films aangetroffen. De rechtbank heeft van het aangetroffen materiaal kennisgenomen door de beschrijving van een representatieve doorsnede ervan in het proces-verbaal beschrijving kinderpornografisch materiaal. Daaruit blijkt dat het gaat om meisjes variërend in de zeer jonge leeftijd van 2 à 3 tot 15 à 16 jaar. Een grote meerderheid van de meisjes is volgens dit proces-verbaal onder de 14 jaar. Verder blijkt uit het proces-verbaal dat in 10 procent van de foto’s en video’s/films wordt geposeerd in niet natuurlijke, stripteaseachtige, geregisseerde houdingen, dat het in 40 procent van de gevallen gaat om ontuchtige handelingen en dat in de overige 40 procent sprake is van penetratie.
Buiten kijf staat dat kinderen worden misbruikt voor de productie van pornografische foto’s en/of video’s/films en dat zij daardoor grote psychische, lichamelijke en emotionele schade kunnen oplopen die hun verdere ontwikkeling ernstig kan schaden. Ook kunnen zij nog geruime tijd geconfronteerd worden met de gevolgen van de productie van de pornografische beelden waarvoor zij zijn misbruikt. In de praktijk is het namelijk vrijwel onmogelijk om een foto, video en/of film die eenmaal op internet te vinden is, blijvend te verwijderen. Verdachte heeft door zijn handelen een bijdrage geleverd aan de instandhouding van een markt waarop kinderpornografisch materiaal wordt aangeboden en voor de productie waarvan (zeer jonge) kinderen worden misbruikt. De belangen van deze kinderen zijn grovelijk veronachtzaamd. Verdachte heeft daar klaarblijkelijk niet bij stilgestaan en uitsluitend aandacht gehad voor zijn eigen seksuele behoefte. De rechtbank rekent verdachte dit zwaar aan.
De rechtbank weegt in het voordeel van verdachte mee dat hij het door hem gepleegde strafbare feit in een vroeg stadium van het onderzoek heeft toegegeven en zijn volledige medewerking aan dat onderzoek heeft verleend.
Verdachte is blijkens het uittreksel justitiële documentatie niet eerder met politie en justitie in aanraking geweest.
Novadic-Kentron Den Bosch heeft op 1 maart 2018 een reclasseringsadvies over verdachte opgemaakt. Verdachte kampt volgens het rapport met problemen op meerdere leefgebieden. Verdachte heeft geen steunend netwerk. Hij woont bij zijn ouders , die hij niet als steunend ervaart. Zijn sociale omgeving is beperkt. Verdachte voelt zich van jongs af aan eenzaam en kan zich moeilijk verhouden in sociaal emotioneel opzicht ten aanzien van anderen. Hij trekt zich snel terug achter de computer. Verdachte heeft geen beschermende factoren anders dan het hebben van een gestructureerde dagbesteding in de vorm van werk. Hij heeft door middel van behandeling gewerkt aan het opbouwen van een kennissenkring. Ter terechtzitting heeft verdachte toegelicht dat die kring op dit moment met name bestaat uit collega’s.
De kans op recidive wordt door de reclassering op matig ingeschat. Risico’s zijn gelegen in het beperkte sociale netwerk van verdachte, het gebrek aan een beschermend netwerk, het niet hebben van een partnerrelatie, zijn gebrekkige sociale vaardigheden en de parafilie/seksueel deviante voorkeuren. Volgens de reclassering kijkt verdachte op dit moment (enigszins) overmatig naar porno. Dit wordt als risicovol beschouwd. Verdachte heeft sinds het eerste politiecontact in februari 2016 hulp gezocht en is sinds april 2016 in behandeling bij de Forensische Psychiatrische Polikliniek Kairos. Vanwege de door de reclassering waargenomen risico’s op terugval in delictgedrag wordt een voortzetting van de behandeling bij Kairos noodzakelijk geacht. Verdachte heeft ter terechtzitting te kennen gegeven het daarmee eens te zijn en gemotiveerd te zijn voor verdere behandeling bij Kairos. Daarbij heeft hij naar voren gebracht dat hij het verschrikkelijk vindt wat de negatieve gevolgen zijn van het downloaden van kinderporno en dat hij door de behandeling bij Kairos daarvan doordrongen is geraakt.
De reclassering heeft geadviseerd een geheel voorwaardelijke straf op te leggen met als (bijzondere) voorwaarden een meldplicht bij de reclassering en het volgen van een ambulante behandeling. Daarnaast zijn bijzondere voorwaarden geadviseerd gericht op het vermijden van kinderporno, zoals controles van computers en andere apparatuur.
Het Landelijk Overleg Vakinhoud Strafrecht (LOVS) geeft als oriëntatiepunt voor straftoemeting voor het in bezit hebben en verwerven van kinderporno een taakstraf van
240 uur en een gevangenisstraf voor de duur van 6 maanden, waarvan een gedeelte voorwaardelijk met daaraan gekoppeld bijzondere voorwaarden. De rechtbank ziet aanleiding van deze oriëntatiepunten af te wijken in die zin dat zij, naast de maximale taakstraf, een grotendeels voorwaardelijke gevangenisstraf zal opleggen. Hoewel het maatschappelijk belang dat met een straf wordt gediend vergelding voor het gepleegde feit vereist, vereist het ook het beperken van de kans op recidive. De omstandigheid dat de hulpverlening die verdachte krijgt van Kairos als beschermende factor ter voorkoming van recidive wordt gezien, weegt voor de rechtbank zwaar. Een langdurige gevangenisstraf zal deze hulpverlening doorkruisen. Een andere beschermende factor ter voorkoming van recidive is het werk van verdachte. Zijn werk geeft verdachte een structuur en een goede dagbesteding. Daarnaast spelen zijn collega’s een rol in het opbouwen en uitbreiden van het sociaal netwerk van verdachte. De rechtbank acht het van groot belang dat verdachte zijn baan behoudt.
Ook houdt de rechtbank er bij de strafoplegging rekening mee dat verdachte ter terechtzitting spijt heeft betuigd. Dit is op de rechtbank oprecht overgekomen.
Gelet op het voorgaande zal de rechtbank volstaan met oplegging van een taakstraf van de maximale duur van 240 uur en een gevangenisstraf van 241 dagen waarvan 240 dagen voorwaardelijk, waarmee rekening is gehouden met het bepaalde in artikel 22b van het Wetboek van Strafrecht. Hierbij is het naar het oordeel van de rechtbank aangewezen een proeftijd van drie jaren op te leggen, zodat verdachte langere tijd kan worden gevolgd en behandeld. De rechtbank acht dit, gelet op de eerder beschreven kans op terugval, noodzakelijk. De rechtbank heeft mede in aanmerking genomen dat verdachte nog steeds bij zijn ouders woont en dat hij van hen geen steun ondervindt. Ook dit wordt als een risico voor terugval gezien. De voorwaardelijke gevangenisstraf heeft tot doel verdachte te motiveren zich van het plegen van strafbare feiten te weerhouden. Aan de voorwaardelijke gevangenisstraf zullen bijzondere voorwaarden worden verbonden om ervoor te zorgdragen dat de gedragsverandering van verdachte vaste vorm aanneemt en het recidivegevaar wordt teruggedrongen.
De reclassering heeft onder meer als bijzondere voorwaarde controles van computers en andere apparatuur van verdachte geadviseerd. De rechtbank overweegt hieromtrent als volgt. De Hoge Raad heeft bij arrest van 23 februari 2016 (ECLI:NL:HR:2016:302) oplegging van een dergelijke bijzondere voorwaarde als in strijd met de wet geacht. Hiertoe overwoog de Hoge Raad: “De Hoge Raad heeft mede in aanmerking genomen dat het Hof weliswaar kennelijk het oog had op gedrag dat met - kort gezegd - kinderporno verband houdt, maar daartoe niet een voldoende precies gedragsvoorschrift geformuleerd, alsmede dat (…) een bijzondere voorwaarde (…) niet geacht kan worden gedrag te omvatten dat in feite overeenkomt met het meewerken aan door de politie uit te oefenen dwangmiddelen op de veelomvattende en ingrijpende wijze zoals in de onderhavige voorwaarde is geformuleerd.” De rechtbank leidt hieruit af dat controle van gegevensdragers als bijzondere voorwaarde in de zin van artikel 14c, tweede lid, aanhef en onder 14º Wetboek van Strafrecht onder omstandigheden mogelijk is, indien sprake is van een bijzondere voorwaarde die (a) een voldoende duidelijk gedragsvoorschrift bevat en (b) geen te veelomvattend en te ingrijpend dwangmiddel is. De rechtbank zal om binnen deze kaders te blijven de in de uitspraak opgenomen bijzondere voorwaarden opleggen. Hierbij is van belang dat verdachte ter terechtzitting heeft verklaard te begrijpen dat er enige controle nodig is.
Toepasselijke wetsartikelen.
De beslissing is gegrond op de artikelen:
Wetboek van Strafrecht art. 9, 10, 14a, 14b, 14c, 14d, 22c, 22d, 240b.
DE UITSPRAAK
De rechtbank:
Bewezenverklaring
Verklaart het ten laste gelegde bewezen zoals hiervoor is omschreven.
Verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt hem daarvan vrij.
Kwalificatie
Het bewezenverklaarde levert op het misdrijf:
een afbeelding, van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, verwerven en in bezit hebben, terwijl hij van het plegen van het misdrijf een gewoonte maakt.
StrafbaarheidDe rechtbank verklaart verdachte hiervoor strafbaar.
StrafbaarheidDe rechtbank verklaart verdachte hiervoor strafbaar.
Straffen
De rechtbank legt ten aanzien van het bewezenverklaarde op de volgende straffen:
- een
- een
Stelt als algemene voorwaarden dat de veroordeelde:
- zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
- ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verleent aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
- medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14d, tweede lid van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen.
Stelt als bijzondere voorwaarden dat de veroordeelde:
zich gedurende de proeftijd gedraagt naar de voorschriften en aanwijzingen
die worden gegeven door de reclassering;
zich binnen drie dagen na het ingaan van de proeftijd meldt bij Reclassering
Nederland (Novadic-Kentron) op telefoonnummer 088-8041504 aan de Eekbrouwersweg 6 te ‘s-Hertogenbosch. Veroordeelde blijft zich melden zo vaak en zo lang de reclassering dat nodig vindt;
de reeds, op vrijwillige basis, ingezette behandeling bij FPP Kairos
's-Hertogenbosch of een soortgelijke door de reclassering te bepalen
zorgverlener voortzet. De toezichthouder meldt veroordeelde aan via IFZO. De
behandeling duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering
nodig vindt;
wordt verplicht zich te onthouden van: (a) gedragingen die zijn gericht op internetomgevingen waarin kinderpornografisch materiaal kan worden verkregen en (b) gedragingen die zijn gericht op internetomgevingen waarin over seksuele handelingen met kinderen wordt gecommuniceerd.
Ten behoeve van de naleving van deze laatstgenoemde verplichting is veroordeelde verder verplicht zijn medewerking te verlenen aan het steekproefsgewijs laten controleren van zijn digitale gegevensdragers. De reclassering bepaalt in welke gevallen, op welke manier, door wie en wanneer de feitelijke controle plaatsvindt. De medewerking dient uit het volgende te bestaan:
Ten behoeve van de naleving van deze laatstgenoemde verplichting is veroordeelde verder verplicht zijn medewerking te verlenen aan het steekproefsgewijs laten controleren van zijn digitale gegevensdragers. De reclassering bepaalt in welke gevallen, op welke manier, door wie en wanneer de feitelijke controle plaatsvindt. De medewerking dient uit het volgende te bestaan:
Veroordeelde moet maximaal tweemaal per jaar in het kader van die controle aan de reclassering en eventueel door de reclassering uitgenodigde politiemedewerkers de toegang verschaffen tot zijn woning;
Veroordeelde moet dan op verzoek van de reclassering al zijn digitale gegevensdragers ter beschikking stellen dan wel overhandigen aan de reclasserings- of politiemedewerkers;
Veroordeelde moet de reclassering dan wel de door hen uitgenodigde politiemedewerkers de toegang verschaffen tot alle aanwezige digitale gegevensdragers, bijvoorbeeld door het geven van de benodigde wachtwoorden.
waarbij de Reclassering Nederland (Novadic-Kentron), Regio Zuid, Eekbrouwersweg 6, 5233 VG te ‘s-Hertogenbosch, opdracht wordt gegeven toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. W. Heijninck, voorzitter,
mr. J.G. Vos, mr. M.E.L. Hendriks, leden,
in tegenwoordigheid van mr. G.J.B. van Weegen, griffier,
en is uitgesproken op 27 maart 2018.