Op 3 april 2018 heeft de Rechtbank Oost-Brabant in een kort geding uitspraak gedaan in de zaak tussen de besloten vennootschap Advanced Technicians B.V. (AT) en Megatech B.V. (Megatech). AT vorderde betaling van een bedrag van € 68.481,15 van Megatech, vermeerderd met contractuele rente en buitengerechtelijke kosten. De vordering was gebaseerd op onbetaalde facturen voor geleverde arbeidskrachten. Megatech had werknemers van AT ingeleend en de facturen waren op basis van afgetekende urenbriefjes gefactureerd. AT stelde dat zij ernstige liquiditeitsproblemen ondervond door de openstaande vorderingen, wat een spoedeisend belang bij de vordering rechtvaardigde.
Megatech voerde verweren aan, waaronder dat de zaak niet geschikt was voor kort geding en dat het bestaan en de omvang van de vordering onvoldoende aannemelijk waren. De voorzieningenrechter oordeelde echter dat de zaak feitelijk helder genoeg was voor een beslissing in kort geding. AT had voldoende spoedeisend belang, aangezien zij al kosten had gemaakt en de betaling uitbleef. Megatech had de facturen niet betwist en de rechter concludeerde dat de vordering van AT voldoende aannemelijk was.
De rechtbank wees de vordering van AT toe en veroordeelde Megatech tot betaling van het gevorderde bedrag, vermeerderd met wettelijke rente. Ook werd Megatech veroordeeld in de proceskosten. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders gevorderde werd afgewezen.