Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
1.Het verloop van het geding
2.De feiten
3.Het geschil
“Hierbij bevestigen wij dat u in de periode 1 februari 2015 tot en met 31 januari 2016 tijdelijk herplaatst bent in de geschikte functie van consulent A&I (…). In deze periode blijft u herplaatsingskandidaat met bijhorende rechten en plichten (conform doorlopend sociaal plan artikel 4.9.1).Op grond van artikel 5.3.1 van het Sociaal Plan blijft, ingeval van een tijdelijke herplaatsing, de arbeidsovereenkomst van kracht en worden in de arbeidsvoorwaarden geen wijzigingen aangebracht. Desondanks heeft Novadic-Kentron het salaris van [eiser] verlaagd van salarisschaal FWG 65 naar FWG 55. Als gevolg hiervan is het salaris van [eiser] verlaagd van € 4.832,00 bruto naar € 3.670,00 bruto per maand. Dit lagere salaris is ook gehandhaafd na de tijdelijke herplaatsing in de functie van SPV-er.
“Zowel in de tijdelijke als in de definitieve variant, zal hij qua salariëring geplaatst worden in schaal 50 met een garantie in eind 55”.Verder zijn de afspraken door Novadic-Kentron bevestigd in de brief van 3 maart 2015. Daarin staat:
“Conform gemaakte afspraken is een garantiesalaris van toepassing in FWG 55, 11e periodiek. Uw fulltime bruto salaris bedraagt per maand € 3.670,00.”Door [eiser] is nooit gereageerd op deze brief en hij heeft nooit laten weten dat hij het niet eens was met deze salarisafspraak. [eiser] is expliciet akkoord gegaan met de functie van consulent A&I en het aangeboden salaris. Hij is hierbij ook bijstaan door een juridisch adviseur. Het was partijen toegestaan om op basis van onderlinge overeenstemming van het Sociaal Plan afwijkende afspraken te maken. [eiser] is uitdrukkelijk en ondubbelzinnig
4.De beoordeling
wilvertrekken bij Novadic-Kentron. Er staat in bovengenoemd artikel dat de werknemer
aangeeft bij de organisatie te willen vertrekken.Zo is de bepaling ook gelezen door de ECP (productie 9 bij de conclusie van antwoord) waar [eiser] heeft verzocht om toekenning van de mobiliteitspremie. Dit is het orgaan dat in het Sociaal Plan is aangewezen om te adviseren over interpretatie van het plan. Nergens uit de bewoordingen van het Sociaal Plan of uit de toelichting kan iets anders worden afgeleid. [eiser] heeft niet eerst aangegeven te willen vertrekken bij Novadic-Kentron. Hij heeft bij brief van 30 november 2015 zijn arbeidsovereenkomst opgezegd. In die brief staat:
“Na lang beraad heb ik besloten om bij Novadic-Kentron te vertrekken en per 1 januari 2016 een functie elders te aanvaarden. (…) Hierbij neem ik ontslag per 11 februari 2016, onder voorbehoud van rechten. Vanuit het sociaal plan wordt er gesproken over proeftijdgarantie en mobiliteitspremie. Graag ontvang ik het voorstel hiervoor.”Dat er sprake is van een definitieve opzegging door [eiser] blijkt wel uit het feit dat hij op het moment van het sturen van deze brief al overeenstemming had bereikt met zijn nieuwe werkgever. Het ontslag is ook onvoorwaardelijk ingediend. Uit de brief volgt dat [eiser] niet bij Novadic-Kentron wilde blijven. Er is tussen partijen nog enkel gesproken over een proeftijdgarantie en over aanspraken op de mobiliteitspremie. De proeftijdgarantie is geboden door het dienstverband van [eiser] bij Novadic-Kentron nog een maand te laten doorlopen, na de datum van indiensttreding bij zijn nieuwe werkgever. Mocht [eiser] in de proeftijd worden ontslagen, dan zou hij kunnen terugkeren bij Novadic-Kentron. De aanspraak op mobiliteitspremie is niet gehonoreerd. Uit de brief van 30 november 2015 noch uit iets anders blijkt dat [eiser] zijn vertrek afhankelijk heeft willen stellen aan het al dan niet verkrijgen van een mobiliteitspremie.
“ [eiser] , zal volgens het sociaal plan, tijdelijk herplaatst worden in de functie van consulent A&I”.In de brief van Novadic-Kentron aan [eiser] van 3 maart 2015 (productie 3 bij dagvaarding) staat:
“Hierbij bevestigen wij dat u in de periode 1 februari 2015 tot en met 31 januari 2016 tijdelijk herplaatst bent in de geschikte functie van consulent A&I.”Uit deze stukken moet worden opgemaakt dat de afspraken tussen partijen over het vervullen door [eiser] van de functie van consulent A&I zijn gemaakt onder de noemer tijdelijke herplaatsing. In het Sociaal Plan staat dat de werknemer in de periode van tijdelijke herplaatsing, herplaatsingskandidaat blijft met bijhorende rechten en plichten (artikel 4.9.1), dat in geval van tijdelijke herplaatsing de arbeidsovereenkomst van kracht blijft en dat in de arbeidsvoorwaarden geen wijzigingen worden aangebracht (artikel 5.3.1). Naar deze twee artikelen van het Sociaal Plan wordt door Novadic-Kentron ook expliciet verwezen in haar bovengenoemde brief van 3 maart 2015 onder aanhaling van dat wat in artikel 4.9.1 aan tekst is vermeld. In het kader van de tijdelijke herplaatsing is het volgens het Sociaal Plan niet toegestaan om de arbeidsvoorwaarden aan te passen en een ander (lager) salaris aan [eiser] uit te gaan betalen.