Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
Vonnis van 24 mei 2019
1.de besloten vennootschap Coop Activa 2 B.V.,
2. de besloten vennootschap MT Locatie Serooskerke B.V.,
3. de besloten vennootschap Coop Activa 4 B.V.,
1.de besloten vennootschap Emté Serooskerke B.V.,
de besloten vennootschap Attent Veere B.V.,
1.De procedure
- de dagvaarding d.d. 3 mei 2019 met 23 producties
- de brief van mr. Franken-Schoemaker d.d. 7 mei 2019 met (incidentele) conclusie van antwoord (tot voeging en tussenkomst) en eis in reconventie met 42 producties
- de brief van mr. Kruit d.d. 8 mei 2019 met producties 24 tot en met 28
- de brief van mr. Kruit d.d. 10 mei 2019 met productie 29
- de aantekeningen van de griffier van de mondelinge behandeling van 13 mei 2019
- de pleitnotitie in kort geding van mr. Kruit
- de pleitnota van mr. Dolphijn
- de ter zitting door mr. Kruit overgelegde aantekeningen met betrekking tot de competentie van de rechtbank Oost-Brabant.
2.De feiten
3.Het geschil in conventie
4.Het geschil in reconventie
dat EMTÉ Franchise gerechtigd is een andere formule in de plaats van de EMTÉ formule aan te bieden”. Volgens Coop betekent dit dat zij aan [naam exploitant supermarkt] een andere formule kan voorschrijven, waarbij het in feite voor [naam exploitant supermarkt] een kwestie is van “slikken of stikken”. [naam exploitant supermarkt] betwist de juistheid van die uitleg. Hij wijst daarbij op het gebruik van het woord “aanbieden”, hetgeen een vorm van acceptatie zijdens [naam exploitant supermarkt] impliceert. Daarnaast wijst [naam exploitant supermarkt] op het feit dat in artikel 18 lid 2 staat dat het gaat om de voortzetting van “deze Franchiseovereenkomst”, hetgeen volgens hem betekent dat de voorwaarden en condities die daarin staan vermeld ongewijzigd blijven.
dat iedere Ondernemer vrij is om te bepalen of, en zo ja, onder welke voorwaarden hij bereid is over te gaan naar Coop.”. Duidelijk is dat [naam exploitant supermarkt] het aanbod van Coop om verder te gaan onder de Coop-formule niet heeft aanvaard.