Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
1.De procedure
- de dagvaarding van 11 juli 2019 met 14 producties
- de brief van mr. S.Y.Th. Meijer van 15 juli 2019 met 14 producties
- de mondelinge behandeling op 15 juli 2019
- de pleitnota van Carmelon
- de pleitnota van ASR.
2.De feiten
Deze overeenkomst loopt tot 1 januari 2016 en wordt daarna telkens stilzwijgend gecontinueerd voor de periode van een jaar. Deze overeenkomst kan door ieder van partijen tegen het einde van de eerste contractsduur en daarna elk jaar worden opgezegd met inachtneming van een opzegtermijn van ten minste 6 (zes) maanden.
Door Generali en Carmeleon zijn ten behoeve van particuliere en zakelijke klanten van Carmeleon een personenautoverzekeringsproduct ontwikkeld onder de naam “Carmeleon”. De eindverantwoordelijkheid voor het product en met name de vaststelling van de premies en de verzekeringsvoorwaarden berust, rekening houdend met het navolgende, te allen tijde bij Generali. Generali streeft naar een concurrerend product.
Het personenautoverzekeringsproduct als bedoeld in het vorige lid van dit artikel is gebaseerd op het standaard product van Generali schadeverzekeringsmaatschappij nv, evenwel met een andere premiestelling en met toevoeging van de navolgende aanvullingen op dit standaard product.
In de plaats van de nieuwwaarderegeling komt in de polisvoorwaarden een zogenaamde aankoopwaarde regeling.
3.Het geschil
4.De beoordeling
De eindverantwoordelijkheid voor het product en met name de vaststelling van de premies en de verzekeringsvoorwaarden berust, rekening houdend met het navolgende, te allen tijde bij Generali. Generali streeft naar een concurrerend product.ASR stelt dat het product dat Carmeleon aanbiedt verlieslatend is en in redelijkheid niet van ASR kan worden gevergd het product nog langer in deze vorm aan te bieden.
rekening houdend met het navolgende.In de daarop volgende leden van artikel 3 van de overeenkomst is vervolgens beschreven wat de voorwaarden zijn waaronder het product van Carmeleon wordt aangeboden. Onder andere is in lid 3 beschreven dat een aankoopwaarderegeling zal gelden en in lid 7 van artikel 3 is beschreven dat geen sprake zal zijn van een eigen risico.
980,00