ECLI:NL:RBOBR:2019:7037

Rechtbank Oost-Brabant

Datum uitspraak
10 december 2019
Publicatiedatum
9 december 2019
Zaaknummer
7756468 TT VERZ 19-759
Instantie
Rechtbank Oost-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek tot ontslag van ouders als mentoren van betrokkene door zorginstelling

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Oost-Brabant op 10 december 2019 uitspraak gedaan in een verzoek van Stichting Cello om de ouders van betrokkene als mentoren te ontslaan. De ouders zijn sinds 2005 benoemd als mentoren van hun kind, dat in een zorgcentrum van Cello verblijft. Cello heeft aangevoerd dat de verstandhouding tussen hen en de ouders verstoord is, wat de zorg voor betrokkene zou bemoeilijken. De kantonrechter heeft echter vastgesteld dat er geen bewijs is dat de verzorging of begeleiding van betrokkene in het gedrang komt door deze verstoorde relatie. De ouders zouden hun taak als mentoren naar behoren vervullen en er zijn onvoldoende gewichtige redenen voor het verzochte ontslag. De kantonrechter heeft de ouders gehoord en geconstateerd dat betrokkene zelf ook graag wil dat zijn ouders de rol van mentor blijven vervullen. De rechter heeft het verzoek van Cello dan ook afgewezen, omdat de argumenten niet voldoende onderbouwd waren om tot ontslag van de ouders over te gaan. De beschikking is openbaar uitgesproken en er is een mogelijkheid tot hoger beroep binnen drie maanden na de uitspraak.

Uitspraak

RECHTBANK OOST-BRABANT

Toezicht
zaaknummer : 7756468 TT VERZ 19-759
MB-nummer : 772
datum : 10 december 2019
KH
Beschikking van de kantonrechter
op verzoek van:
Stichting Cello,
correspondentieadres: Postbus 231, 5260 AE Vught,
hierna te noemen: Cello,
gemachtigde: mr. C.W.M. Verberne, verbonden aan Holla advocaten te Eindhoven,
tegen

1.[ouder 1] ;

2.
[ouder 2] ,
wonende te [adres 1] ,
hierna te noemen: de ouders,
gemachtigde: mr. S.I. Fonds, verbonden aan Advocatenkantoor Fonds te Amsterdam
met betrekking tot
[betrokkene],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] ,
wonende te [adres 2] ,
hierna te noemen: betrokkene.

1.Procedure

1.1.
De kantonrechter heeft kennisgenomen van:
  • het verzoekschrift met bijlagen, ontvangen op 7 mei 2019;
  • de brief van de ouders, ontvangen op 10 juli 2019;
  • de brief met bijlagen van de ouders, ontvangen op 7 augustus 2019;
  • de brief van de gemachtigde van Cello, ontvangen op 9 augustus 2019;
  • de brief van de gemachtigde van Cello, ontvangen op 11 september 2019;
  • de brief van de beoogd opvolgend mentor, ontvangen op 17 oktober 2019;
  • het verweerschrift met bijlagen van ouders, ontvangen op 23 oktober 2019;
  • de brief van de gemachtigde van Cello, ontvangen op 1 november 2019;
  • de brief van de gemachtigde van de ouders, ontvangen op 1 november 2019.
1.2.
Het verzoek is ter zitting van 29 oktober 2019 behandeld.

2.Feiten

2.1.
Bij beschikking van de kantonrechter van 3 mei 2005 is een mentorschap ingesteld ten behoeve van betrokkene met benoeming van de ouders als mentoren. De ouders zijn eveneens bewindvoerder over de goederen van betrokkene.
2.2.
Betrokkene woont in een zorgcentrum van Cello en tussen Cello en betrokkene bestaat een zorgovereenkomst. Deze zorgovereenkomst is per 1 juni 2007 voor onbepaalde tijd aangegaan.
2.3.
Op 4 april 2013 heeft Cello de zorgovereenkomst schriftelijk opgezegd. Bij vonnis van de voorzieningenrechter van de rechtbank Oost-Brabant van 2 september 2013 is Cello veroordeeld tot nakoming van de zorgovereenkomst. Op 1 april 2014 is een zitting gehouden ter behandeling van een tussen Cello en de ouders aanhangig kort geding. Tijdens deze zitting hebben Cello en de ouders een minnelijke regeling getroffen, die onder meer inhoudt dat een nieuwe mentor van betrokkene zal worden benoemd.
2.4.
Bij beschikking van de kantonrechter van 8 januari 2015 is op verzoek van de ouders moeder ontslagen als één van de mentoren met benoeming van de heer [naam medementor] als opvolgend medementor. Bij beschikking van 12 juli 2017 is op verzoek van ouders de heer [naam medementor] als medementor ontslagen en moeder als opvolgend medementor benoemd. Op dit moment zijn de ouders beide mentor van betrokkene.
2.5.
Jaarlijks wordt een geactualiseerd ondersteuningsplan opgesteld waarin de specifieke afspraken staan rondom de begeleiding van betrokkene. De laatste versie van het ondersteuningsplan is niet door de ouders ondertekend.

3.Verzoek

3.1.
Cello verzoekt de kantonrechter om de ouders als mentoren te ontslaan met benoeming van mevrouw [opvolgend mentor] als opvolgend mentor. Cello legt het volgende aan haar verzoek ten grondslag.
3.2.
Er is al meer dan zes jaar onafgebroken discussie met de mentoren. De ouders, die mogelijk vanuit goede bedoelingen de belangen van betrokkene proberen te behartigen, maken elke vorm van communicatie onmogelijk. Door Cello wordt geconstateerd dat betrokkene hier (wederom) onder gaat lijden. Het is voor Cello, gelet op de verstoorde verhouding met de ouders van betrokkene en bij gebrek aan een onafhankelijke vertegenwoordiger, niet langer mogelijk aan betrokkene adequate zorg te bieden. Elk onderwerp waarover een beslissing dient te worden genomen, wordt door de mentoren aangegrepen om een discussie aan te gaan. Jaarlijks wordt een geactualiseerd ondersteuningsplan opgesteld waarin specifieke afspraken staan over de begeleiding van betrokkene door Cello. Een recent getekende versie is er niet. De ouders weigeren het ondersteuningsplan te ondertekenen. Dit zorgt ervoor dat Cello niet langer adequate zorg kan bieden aan betrokkene. Ter zitting voegt Cello daaraan toe dat de verstandhouding tussen betrokkene en de ouders ook verstoord is, omdat betrokkene niet betrokken wordt bij beslissingen maar simpelweg opdrachten en verboden krijgt.
3.3.
Daarnaast wordt door de ouders niet (meer) de zorg van een goed mentor betracht. De ouders kijken niet naar het belang van betrokkene. Zij proberen af te dwingen hoe betrokkene zich moet gedragen. Hij krijgt opdrachten en verboden. Als hij zijn gedrag aanpast wordt hij geaccepteerd, anders wordt hij bestraft. Betrokkene wordt monddood gemaakt. Ze behandelen betrokkene als een kind. In dit verband refereert Cello aan een brief van 20 november 2018 die betrokkene van zijn ouders heeft ontvangen met daarin afspraken die hij moet nakomen. De ouders dienen betrokkene echter zoveel mogelijk te betrekken bij besluitvorming en hem zoveel mogelijk te laten meebeslissen. Dat zij dit niet doen, past niet in de visie van Cello.
3.4.
Zowel de ouders als betrokkene zijn het niet eens met het verzoek en willen dat de ouders mentor van betrokkene blijven. Het verweer wordt – voor zover nodig – hierna besproken.

4.Beoordeling

4.1.
Op grond van artikel 1:461 lid 2 van het Burgerlijk Wetboek (BW) wordt een mentor ontslag verleend hetzij op eigen verzoek, hetzij wegens gewichtige redenen of omdat hij niet meer voldoet aan de eisen om mentor te kunnen worden, zulks op verzoek van de medementor of degene die gerechtigd is mentorschap te verzoeken als bedoeld in artikel 451, eerste en tweede lid BW. Op grond van artikel 1:451 lid 2 BW kan het mentorschap worden verzocht door de instelling waar de betrokkene wordt verzorgd of die aan de betrokkene begeleiding biedt. Cello biedt begeleiding aan betrokkene en kan op grond van voornoemde artikelen het ontslag van de ouders als mentoren verzoeken. In deze zaak is de vraag aan de orde of er gewichtige redenen zijn om de ouders als mentor te ontslaan. Daarover oordeelt de kantonrechter als volgt.
4.2.
De kantonrechter constateert dat de verstandhouding tussen Cello en de ouders verstoord is. Het enkele feit dat de verstandhouding tussen mentoren en een zorginstelling verstoord is, vormt naar het oordeel van de kantonrechter nog geen gewichtige reden voor ontslag. Dat kan anders zijn, indien als gevolg daarvan de verzorging of begeleiding van betrokkene in het gedrang komt. Gelet op de inhoud van de stukken en het verhandelde ter zitting is hier echter niet van gebleken. De discussie tussen de ouders en Cello betreft op dit moment met name de inhoud van het zorgplan. Er is weliswaar nog geen definitieve overeenstemming over dit plan, maar niet is komen vast te staan dat betrokkene op dit moment niet door Cello kan worden verzorgd of op een adequate wijze kan worden begeleid. Sterker nog, in de stukken en tijdens de zitting is gesteld door Cello dat betrokkene het erg naar zijn zin heeft in het zorgcentrum, dat er prima voor hem kan worden gezorgd en dat op dit moment wordt voortgegaan volgens het oude zorgplan dat niet in sterke mate afwijkt.
4.3.
Cello legt tevens aan haar verzoek ten grondslag dat de mentoren zich niet als goed mentoren gedragen. De kantonrechter is echter van oordeel dat er onvoldoende concrete feiten en omstandigheden zijn aangevoerd op basis waarvan de kantonrechter zou kunnen vaststellen dat de ouders hun taak als mentor niet naar behoren uitvoeren. Betrokkene zou volgens Cello opdrachten en bevelen krijgen, terwijl de ouders betrokkene zoveel mogelijk dienen te betrekken bij besluitvorming en hem zoveel mogelijk dienen te laten meebeslissen. Cello verwijst in dat verband naar de brief van de ouders aan betrokkene van 20 november 2018. Anders dan Cello stelt, volgt naar het oordeel van de kantonrechter niet uit de brief dat betrokkene zich aan allerlei afspraken moét houden. De brief bevat een overzicht van hetgeen de ouders en de familie voor betrokkene doen. Evenmin volgt uit de voorbeelden die Cello ter zitting heeft genoemd dat de ouders zich niet als goed mentoren zouden gedragen. De kantonrechter heeft met betrokkene buiten aanwezigheid van partijen gesproken en niet de indruk gekregen dat de verstandhouding met zijn ouders verstoord is of dat hij zich te zeer beknot voelt. Betrokkene wil juist graag dat zijn ouders de rol blijven vervullen die zij nu vervullen.
4.4.
De kantonrechter is om voornoemde redenen van oordeel dat er onvoldoende gewichtige redenen zijn voor ontslag en zal daarom het verzoek afwijzen.
beslissing
De kantonrechter:
- wijst het verzoek af.
Deze beschikking is gegeven door mr. V.G.T. van Emstede, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken op 10 december 2019.
de griffier, de kantonrechter,
verzenddatum:
Tegen deze beschikking kan - uitsluitend door tussenkomst van een advocaat - hoger beroep worden ingesteld bij het Gerechtshof te ’s-Hertogenbosch:
door de verzoeker en degenen aan wie de griffier een afschrift van deze beschikking heeft verstrekt of verzonden: binnen drie maanden na de dag van de uitspraak;
door andere belanghebbenden: binnen drie maanden na betekening daarvan of nadat deze beschikking hun op andere wijze bekend is geworden.