Op 10 januari 2020 heeft de Rechtbank Oost-Brabant uitspraak gedaan in een zaak betreffende de verlenging van een crisismaatregel op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). De officier van justitie had op 7 januari 2020 een verzoek ingediend om de op 4 januari 2020 opgelegde crisismaatregel te verlengen. Tijdens de mondelinge behandeling op 10 januari 2020, waarbij de betrokkene en zijn advocaat, mr. C.W.M. Verberne, aanwezig waren, werd ook een psychiater gehoord. De psychiater bevestigde dat de betrokkene in de dagen voor de zitting snel was opgeknapt en dat er geen sprake meer was van onmiddellijk dreigend ernstig nadeel. Hierdoor voldeed de situatie niet meer aan de wettelijke vereisten voor de voortzetting van de crisismaatregel. De rechtbank heeft het verzoek van de officier van justitie afgewezen, omdat de noodzakelijke voorwaarden voor de voortzetting van de crisismaatregel niet meer aanwezig waren. De beschikking is op 10 januari 2020 uitgesproken door rechter J.W. Brunt en op 13 januari 2020 op schrift gesteld. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.