ECLI:NL:RBOBR:2020:157

Rechtbank Oost-Brabant

Datum uitspraak
10 januari 2020
Publicatiedatum
14 januari 2020
Zaaknummer
C/01/354354 / FA RK 20-20
Instantie
Rechtbank Oost-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek tot verlenging van crisismaatregel op basis van Wvggz

Op 10 januari 2020 heeft de Rechtbank Oost-Brabant uitspraak gedaan in een zaak betreffende de verlenging van een crisismaatregel op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). De officier van justitie had op 7 januari 2020 een verzoek ingediend om de op 4 januari 2020 opgelegde crisismaatregel te verlengen. Tijdens de mondelinge behandeling op 10 januari 2020, waarbij de betrokkene en zijn advocaat, mr. C.W.M. Verberne, aanwezig waren, werd ook een psychiater gehoord. De psychiater bevestigde dat de betrokkene in de dagen voor de zitting snel was opgeknapt en dat er geen sprake meer was van onmiddellijk dreigend ernstig nadeel. Hierdoor voldeed de situatie niet meer aan de wettelijke vereisten voor de voortzetting van de crisismaatregel. De rechtbank heeft het verzoek van de officier van justitie afgewezen, omdat de noodzakelijke voorwaarden voor de voortzetting van de crisismaatregel niet meer aanwezig waren. De beschikking is op 10 januari 2020 uitgesproken door rechter J.W. Brunt en op 13 januari 2020 op schrift gesteld. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.

Uitspraak

beschikking

RECHTBANK OOST-BRABANT

Familie- en Jeugdrecht
Zaaknummer : C/01/354354 / FA RK 20-20
Uitspraak : 10 januari 2020
Beschikking betreffende een machtiging tot voortzetting van een crisismaatregel
van de rechtbank Oost-Brabant naar aanleiding van het door de officier van justitie ingediende verzoek tot verlenging van een crisismaatregel, als bedoeld in artikel 7:7 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), ten aanzien van:
[betrokkene],
geboren op [geboortedatum], [geboorteplaats],
wonende en verblijvende te [adres instelling],
hierna te noemen: betrokkene,
advocaat: mr. C.W.M. Verberne.

1.Procesverloop

1.1
Bij verzoekschrift, ingekomen ter griffie op 7 januari 2020, heeft de officier van justitie verzocht om verlenging van de op 4 januari 2020 opgelegde crisismaatregel.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
  • een afschrift van de beslissing tot het nemen van de crisismaatregel d.d. 4 januari 2020;
  • de medische verklaring d.d. 4 januari 2020;
  • de aanvraag relevante politiegegevens en strafvorderlijke en justitiële gegevens.
1.2
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 10 januari 2020 bij [adres instelling].
1.3
Ter zitting waren aanwezig en heeft de rechtbank de volgende personen gehoord:
- betrokkene, bijgestaan door zijn advocaat mr. C.W.M. Verberne;
- psychiater [naam].

2.Beoordeling

2.1
Uit de overgelegde stukken en het behandelde ter zitting is gebleken dat er ten aanzien van betrokkene niet langer sprake is van onmiddellijk dreigend ernstig nadeel. Betrokkene heeft namelijk verklaard dat het in de dagen voor de zitting snel beter met hem is gegaan. De psychiater heeft dit beeld bevestigd en verklaard dat betrokkene snel weer is opgeknapt. Daarnaast heeft de psychiater verklaard dat het onmiddellijk dreigend ernstig nadeel niet meer aanwezig is. Volgens de psychiater kan de behandeling van betrokkene worden voortgezet op vrijwillige basis, zonder voortzetting van de crisismaatregel.
Nu er geen sprake is van onmiddellijk dreigend ernstig nadeel, wordt niet aan de wettelijke vereisten voor de voortzetting van de crisismaatregel voldaan en zal het verzoek worden afgewezen.
Beslissing:
De rechtbank:
wijst het verzoek af.
Deze beschikking is op 10 januari 2020 in tegenwoordigheid van de griffier uitgesproken door mr. J.W. Brunt, rechter, waarna deze op 13 januari 2020 op schrift is gesteld.
Conc: LdW
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.