Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
1.De procedure
- het verzoekschrift van de man (met bijlagen), ontvangen ter griffie op 6 augustus 2019;
- het verweerschrift van de vrouw;
- een F9-formulier (met bijlagen) van mr. Bakker van 7 augustus 2019;
- een F9-formulier (met bijlagen) van mr. Bakker van 29 januari 2020;
- een F9-formulier (met bijlagen) van mr. Van Vliet van 30 januari 2020;
- een F9-formulier (met bijlagen) van mr. Bakker van 2 februari 2020;
- een F9-formulier (met bijlagen) van mr. Van Vliet van 3 februari 2020
- een F9-formulier (met bijlagen) van mr. Bakker van 12 februari 2020.
2.De feiten
- [minderjarige 1] , te [geboorteplaats] op [geboortedatum]
- [minderjarige 2] te [geboorteplaats] op [geboortedatum] ;
- [minderjarige 3] te [geboorteplaats] op [geboortedatum] .
3.Het verzoek en verweer
primairte bepalen dat de alimentatieverplichting van de man is geëindigd, dan wel wordt gelimiteerd, dan wel op nihil wordt gesteld per 31 mei 2019 dan wel per datum indiening van het verzoekschrift, dan wel per een zodanige datum als de rechtbank in goede justitie juist acht;
subsidiairte bepalen dat de alimentatieverplichting van de man na een jaar vanaf de datum van indiening van het verzoekschrift wordt beëindigd, gelimiteerd dan wel op nihil wordt gesteld, waarbij de alimentatie gedurende dat jaar, dan wel gedurende een door de rechtbank te bepalen termijn, wordt gewijzigd naar een bedrag van
€ 0,00 per maand, althans na een zodanige termijn en op een zodanig bedrag en per zodanige datum als de rechtbank in goede justitie zal vermenen te behoren;
meer subsidiairte bepalen dat de partneralimentatie per 31 mei 2019 dan wel per datum indiening van het verzoekschrift wordt bepaald op nihil, althans op een zodanig bedrag en per zodanige datum als de rechtbank in goede justitie meent te behoren.
4.De beoordeling
Wijziging van omstandigheden
5.De beslissing
a. door de verzoeker en degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak
b. door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking hun op
andere wijze bekend is geworden.