Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
1.[eis sub 1] ,
[eis sub 2],
1.De procedure
- de dagvaarding met 8 producties waarop [gedaagde] vrijwillig is verschenen
- de brief van mr. Ebisch van 14 april 2020 met 9 producties
- de brief van mr. Martens van 14 april 2020 met aanvullende producties 9 tot en met 13
- de mondelinge behandeling via een skype verbinding op 15 april 2020
- de pleitnota van de ouders
- de pleitnota van [gedaagde] .
2.De feiten
10.1 Indien een der partijen, na in gebreke te zijn gesteld, gedurende acht dagen nalatig blijft in de nakoming van zijn uit deze overeenkomst voortvloeiende verplichtingen, zal deze overeenkomst van rechtswege zonder rechterlijke tussenkomst ontbonden zijn, tenzij de wederpartij alsnog uitvoering van de overeenkomst verlangt.
3.Het geschil
- kadastraal bekend gemeente [kadastraal nummer]
- kadastraal bekend gemeente [kadastraal nummer] , op straffe van verbeurte van een dwangsom en met veroordeling van [gedaagde] in de kosten van deze procedure.