Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
Procesverloop
Beslissing
- schorst het bestreden besluit en het primaire besluit tot 1 juli 2020;
- draagt verweerder op het betaalde griffierecht van € 174,00 aan verzoeker te vergoeden;
Overwegingen
Omdat het bestemmingsplan tot stand is gekomen onder de Wro, kan verweerder optreden op basis van het wettelijke verbod om de woning te gebruiken in strijd met het bestemmingsplan. Dit verbod staat inmiddels in artikel 2.1, eerste lid onder c, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo). Het gebruik in strijd met het bestemmingsplan leidt tot een overtreding. Ook de omstandigheid dat het bestemmingsplan ouder is dan 10 jaar, hoeft, anders dan verzoeker stelt, verweerder er niet van te weerhouden om een last onder dwangsom op te leggen. Verzoeker doelt hierbij op artikel 3.1, vierde lid, van de Wro. Dit artikel is echter niet van toepassing op bestemmingsplannen (zoals dit) die kunnen worden geraadpleegd op www.ruimtelijkeplannen.nl. Bovendien ziet dit artikel slechts op het heffen van leges maar niet op het opleggen of invorderen van dwangsommen. Of het gebruik als recreatiewoning het meest doelmatige gebruik is van de woning kan in het midden blijven. Dit argument had in de bestemmingsplanprocedure moeten worden aangevoerd.