Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
1.De procedure
- het verzoekschrift van 1 september 2020 met 7 producties
- de mondelinge behandeling via een skype verbinding op 10 september 2020, waar namens de bank is verschenen mr. J. Weijer. Namens [hypotheekgever 2] is verschenen mr. S. Yadegari. Huurders zijn, hoewel deugdelijk opgeroepen, niet ter zitting verschenen.
2.De beoordeling
Een derde uitzondering (onderdeel c) betreft de situatie dat er geen sprake is van verhuur of onderhuur en dat dit in voldoende mate vast staat. Dit zal bijvoorbeeld het geval zijn als de hypotheekhouder bekend is met de feitelijke situatie ter plaatse en zich ervan vergewist heeft dat er geen andere personen dan de eigenaar en zijn huisgenoten wonen. De hypotheekhouder zou hiertoe navraag kunnen doen bij de eigenaar of enkele buurtbewoners. De in onderdeel b opgenomen uitzondering dient slechts ter voorkoming van het onnodig inroepen van het huurbeding. Twijfelt de hypotheekhouder over de situatie ter plaatse dan geldt het uitgangspunt van het inroepen van het huurbeding.”