ECLI:NL:RBOBR:2020:452

Rechtbank Oost-Brabant

Datum uitspraak
24 januari 2020
Publicatiedatum
28 januari 2020
Zaaknummer
C/01/354759 / FA RK 20-190
Instantie
Rechtbank Oost-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Machtiging tot voortzetting van een crisismaatregel in het kader van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg

Op 24 januari 2020 heeft de Rechtbank Oost-Brabant een beschikking gegeven betreffende een machtiging tot voortzetting van een crisismaatregel. Deze beschikking volgde op een verzoek van de officier van justitie tot verlenging van een eerder opgelegde crisismaatregel, die op 21 januari 2020 was ingesteld. Betrokkene, die niet in staat was zich te doen horen, verblijft in een instelling en is geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats]. De rechtbank heeft vastgesteld dat er sprake is van onmiddellijk dreigend ernstig nadeel, waaronder een aanzienlijk risico op levensgevaar en ernstig lichamelijk letsel, veroorzaakt door gedrag dat voortvloeit uit schizofreniespectrum- en andere psychotische stoornissen. Tijdens de mondelinge behandeling op 24 januari 2020 zijn verschillende betrokkenen gehoord, waaronder de advocaat van betrokkene, mr. M.E. González Pérez, en een psychiater. De rechtbank heeft geconcludeerd dat de voorgestelde verplichte zorg noodzakelijk is om het dreigende nadeel af te wenden. De machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel is verleend voor een periode van drie weken, tot en met 14 februari 2020. Deze beschikking is openbaar uitgesproken door rechter mr. J.W. Brunt in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

beschikking

RECHTBANK OOST-BRABANT

Familie- en Jeugdrecht
Zaaknummer : C/01/354759 / FA RK 20-190
Uitspraak : 24 januari 2020
Beschikking betreffende een machtiging tot voortzetting van een crisismaatregel
van de rechtbank Oost-Brabant naar aanleiding van het door de officier van justitie ingediende verzoek tot verlenging van een crisismaatregel, als bedoeld in artikel 7:7 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), ten aanzien van:

[betrokkene] ,

geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] ,
wonende te [woonplaats] aan de [adres] ,
verblijvende in [instelling] ,
hierna te noemen: betrokkene,
advocaat: mr. M.E. González Pérez.

Procesverloop

Bij verzoekschrift, ingekomen ter griffie op 22 januari 2020, heeft de officier van justitie verzocht om verlenging van de op 21 januari 2020 opgelegde crisismaatregel.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
  • een afschrift van de beslissing tot het nemen van de crisismaatregel
  • de medische verklaring d.d. 21 januari 2020;
  • de gegevens over eerder afgegeven machtigingen ingevolge de Wet BOPZ en de Wvggz;
  • de aanvraag relevantie politiegegevens;
  • relevante politiegegevens alsmede het uittreksel justitiële documentatie.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 24 januari 2020 op de locatie waar betrokkene verblijft: [instelling] .
Bij de mondelinge behandeling waren aanwezig en heeft de rechtbank de volgende personen gehoord:
- de advocaat van betrokkene mr. M.E. González Pérez;
- psychiater [naam] ;
- co-assistent [naam] ;
- verpleegkundige [naam] .
Omdat een nadere toelichting op of motivering van het verzoek niet nodig is, is de officier van justitie niet ter zitting verschenen.
De rechtbank heeft, na het gesprek met de hiervoor genoemde personen, vastgesteld dat betrokkene niet in staat was zich te doen horen. Betrokkene heeft geen woord gezegd en geen enkele vraag beantwoord toen de rechter probeerde met hem in contact te komen in een verblijfsruimte.

De beoordeling

Uit de overgelegde stukken en het behandelde ter zitting is gebleken dat er ten aanzien van betrokkene sprake is van onmiddellijk dreigend ernstig nadeel, dat bestaat uit het aanzienlijk risico op levensgevaar, ernstig lichamelijk letsel, ernstige materiële schade en de situatie dat de algemene veiligheid van personen of goederen in gevaar is. Betrokkene heeft onder meer met een bijl gezwaaid en geprobeerd vuur met zijn blote voeten te doven.
Vermoed wordt dat dit nadeel wordt veroorzaakt door gedrag dat voortvloeit uit schizofreniespectrum- en andere psychotische stoornissen. De crisissituatie is zo ernstig dat de procedure voor een zorgmachtiging niet kan worden afgewacht.
De rechtbank is van oordeel dat de volgende in de crisismaatregel genoemde zorg noodzakelijk is om het nadeel af te wenden:
- het toedienen van vocht;
- het toedienen van voeding;
- het toedienen van medicatie;
- het verrichten van medische controles;
- beperken van de bewegingsvrijheid;
- uitoefenen van toezicht op betrokkene;
- onderzoek aan kleding of lichaam;
- opnemen in een accommodatie.
Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben.
De voorgestelde verplichte zorg is evenredig en naar verwachting effectief. Uit de stukken blijkt dat rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen, alsmede met de veiligheid van betrokkene.
Gelet op het voorgaande zal een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel worden verleend, welke machtiging een geldigheidsduur heeft van drie weken na heden.

Beslissing:

De rechtbank:
verleent een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel ten aanzien van
[betrokkene],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] ;
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met 14 februari 2020.
Deze beschikking is gegeven door mr. J.W. Brunt, rechter, en in het openbaar uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier op 24 januari 2020.
Conc: SvdB
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.