Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
ENEXIS NETBEHEER B.V.,
1.Inleiding
- het tussenvonnis van 24 juni 2020 en de daarin genoemde stukken;
- het proces-verbaal van mondelinge behandeling van 15 december 2021 en de daarin genoemde stukken.
2.De feiten
3.Het geschil
€ 25.000,- exclusief BTW, te vermeerderen met de wettelijke (handels)rente;
4.De beoordeling
binnen de grenzen van dat rechtde in de wet genoemde beperkte rechten kan vestigen. De grenzen van het moederrecht (eigendom) zijn dus bepalend. In artikel 5:1 lid 1 BW is bepaald dat eigendom het meest omvattende recht is dat een persoon op een zaak kan hebben. De vrijheid van de eigenaar om met zijn zaak te doen wat hij wil, is echter niet onbeperkt: rechten van anderen en wettelijke voorschriften kunnen die vrijheid beperken (artikel 5:1 lid 2 BW). Het eigendomsrecht wordt beperkt door artikel 5:21 lid 2 BW. Omdat de grenzen van het eigendomsrecht bepalend zijn, wordt ook het recht van KEM als opstalhouder door artikel 5:21 lid 2 BW beperkt.
1.126,00(2,0 punten × tarief € 563,00)